Anatomie en fysiologie, met MyLab NL toegangscode 6e editie
Een compacte samenvatting van de uitgewerkte leerdoelen behorende bij AFP periode 1 uit het eerste leerjaar. Hierin komt onder andere het cardiovasculair systeem, bloedpathologie, klinisch redeneren en basisparameters aan bod. In de samenvatting is ook ondersteunend materiaal te vinden zoals afbeel...
Anatomie, Fysiologie en Pathologie Leerdoelen Periode 1
1 Kennis maken met klinisch redeneren
Verwoordt welke deelvaardigheden nodig zijn voor een verantwoorde klinische redenatie
Klinisch redeneren gebeurd volgens het model van Tanner
Anamnese: Een anamnese is wat een patiënt met
betrekking tot de voorgeschiedenis en relevante
omstandigheden van zijn ziekte of aandoening
aan een zorgverlener kan vertellen.
Deze anamnese gebeurt op basis van de elf
gezondheidspatronen van Gordon.
, 1. Dit patroon omvat wat de patiënt van zijn eigen gezondheid en welzijn vindt en hoe hij
voor zijn gezondheid zorgt. Het gaat om de wijze waarop de patiënt gezondheid beleeft in
relatie met zijn huidige en toekomstige activiteiten. Daartoe horen ook de omgang met
gezondheidsrisico’s en het algehele gezondheidsgedrag zoals activiteiten m.b.t de
lichamelijke en geestelijke gezondheid, het opvolgen van gezondheidsvoorschriften en de
medewerking aan nazorg.
2. Dit patroon bevat de inname van vocht en voedsel in verhouding tot de fysiologische
behoeften, alsmede indicatoren van de plaatselijk aanwezige voedingsmiddelen. Denk
hierbij aan individuele eet- en drinkpatronen, de dagelijkse eettijden, soorten en
hoeveelheden geconsumeerd vocht en voedsel, voorkeuren voor bepaalde
voedingsmiddelen en het gebruik van voedings- en vitaminesupplementen. Ook borstvoe-
ding en het voedingspatroon van zuigelingen behoren tot dit patroon. Verder vallen
eventuele huiddefecten en het algemene vermogen tot genezing onder dit patroon. Tot slot
ook de toestand van huid, haar, nagels, slijmvliezen en gebit, en lichaamstemperatuur,
lengte en gewicht
3. Dit patroon omvat de uitscheidingsfunctie van darmen, blaas en huid. Inbegrepen zijn de
subjectief beleefde regelmaat van de uitscheiding, eventueel gebruik van laxantia of andere
middelen om de ontlasting op te wekken en eventuele veranderingen of problemen wat tijd,
wijze, kwaliteit en/of kwantiteit van uitscheiding betreft. Ook eventuele hulpmiddelen
(catheter, plaswekker, stoma-artikelen) vallen onder het uitscheidingspatroon.
4. Het activiteitenpatroon omvat het geheel van lichaamsbeweging, activiteiten,
ontspanning, recreatie en vrijetijdsbesteding. Hieronder vallen alle ADL-activiteiten zoals
wassen, kleden, koken, boodschappen doen, eten, werken en het huishouden. Ook de soort,
kwaliteit en kwantiteit van lichaamsbeweging en regelmatig beoefende sport horen tot dit
patroon. Daarnaast zijn inbegrepen factoren die een belemmering vormen voor het
gewenste of verwachte individuele patroon, zoals neuromusculaire functiestoornissen,
benauwdheid, pijn op de borst of spierkrampen bij inspanning. Tot slot maken de
vrijetijdsbesteding en alle recreatieve activiteiten die de patiënt alleen of met anderen
onderneemt, deel uit van dit patroon. De nadruk ligt op activiteiten die van groot belang zijn
voor de patiënt
5. Dit patroon omvat het patroon van perioden van slaap, rust en ontspanning verspreid
over het etmaal. Hierbij horen ook de subjectieve beleving van de kwaliteit en kwantiteit van
slaap en rust en de hoeveelheid energie, en eventuele hulpmiddelen zoals slaappillen of
bepaalde gewoontes voor het slapengaan
6. Het cognitiepatroon omvat alle cognitieve functies. Tot de cognitieve functies behoren
waarnemen, informatie verwerken, leren, denken en problemen oplossen. Ook zijn
adequaatheid van zien, horen, proeven, voelen, ruiken en eventuele com-
pensatiemechanismen of prothesen relevant. De pijnzin en omgang met pijn vallen onder dit
patroon, en het taalvermogen, geheugen, oordeelsvermogen en de besluitvorming
, 7. Het zelfbelevingspatroon betreft de wijze waarop iemand zichzelf ziet. Ideeën over de
eigen persoon, de beleving van de eigen vaardigheden (cognitief, affectief of lichamelijk), het
zelfbeeld, de identiteit, het gevoel van eigenwaarde en het algehele patroon van emoties.
Lichaamshouding, motoriek, oogcontact, stem en spraak maken deel uit van dit patroon.
8. Dit patroon omvat de belangrijkste rollen en verantwoordelijkheden van de patiënt in zijn
huidige levenssituatie en zijn familie-, gezins-, werk- en sociale relaties met de bijbehorende
verantwoordelijkheden. Ook de subjectieve beleving van de rollen en relaties, de tevreden-
heid van de patiënt ermee en eventuele verstoringen horen tot het patroon.
9. Het seksualiteit/voortplantingspatroon omvat de seksuele relaties, seksualiteitsbeleving
en het voortplantingspatroon, en de mate van (on)tevredenheid hiermee en eventuele
subjectief ervaren problemen. Bij de vrouw zijn ook de vruchtbaarheid, maturiteitsfase
(premenopauze, overgang, postmenopauze) en eventuele subjectief ervaren problemen van
belang
10. Het stressverwerkingspatroon omvat de wijze waarop iemand in het algemeen met
problemen en stress omspringt. Inbegrepen zijn de reserve, de draagkracht of het vermogen
om persoonlijke crises te doorstaan, coping-mechanismen, steun van familie of anderen en
het subjectief ervaren vermogen om macht over de situatie uit te oefenen
11. Dit patroon omvat de waarden, normen, doelstellingen en overtuigingen waarop iemand
zijn keuzes en beslissingen baseert. Inbegrepen zijn wat iemand belangrijk acht in het leven,
en eventuele subjectief ervaren conflicten tussen bepaalde waarden, overtuigingen of
verwachtingen ten aanzien van de gezondheid
Verpleegkundige diagnose: dit zijn gevolgen van de medische diagnose. Zo kunnen pijn en
koorts een verpleegkundige diagnose zijn maar geen medische diagnose. Kenmerkend is dat
de verpleegkundige diagnose aangeeft waar de interventies zich op moeten richten. Om een
verpleegkundige diagnose te stellen kan gebruik worden gemaakt van de PES-structuur.
- (P) gezondheidsprobleem
- (E) etiologie ofwel samenhangende factoren/oorzaken (bijvoorbeeld het gedrag van de
patiënt of omgeving)
- (S) signs and symptoms ofwel kenmerken/criteria
Diagnose + Resultaat + Interventies = Het verpleegplan
, Het verpleegkundig proces verloopt niet altijd volgens een vast patroon. In een latere fase
van het proces kan namelijk teruggegaan worden naar een eerdere fase. Bij iedere volgende
fase wordt er dan gebruik gemaakt van een voortschrijdend inzicht om uiteindelijk tot een
optimale situatie te kunnen komen. Dit voortschrijdend inzicht is het proces van
verpleegkundig redeneren.
Benoemd de relatie tussen klinisch redeneren en methodisch handelen
Klinisch redeneren is een proces van methodisch handelen, waarin je alle stappen moet
doorlopen om de beste zorg te kunnen bieden.
Is zich bewust van de relatie tussen kennis van biomedisch domein en het klinische
besluitvormingsproces
Door kennis van het biomedisch terrein weet men hoe een gezond lichaam functioneert,
hierdoor kan men dus ook constateren wanneer dit niet het geval is en van daaruit wordt
het klinisch besluitvormingsproces in gang gezet doormiddel van de anamnese. Hiernaast
wordt de kennis over het biomedisch domein ook toegepast in de andere stappen van het
klinische besluitvormingsproces. Zoals bij het maken van interventies en het opstellen van
een haalbaar resultaat.
2 Basis parameters
Relateert observatieparameters aan orgaanfuncties
Parameter Normaalwaarde
Reactiepatroon AVPU/EMV AVPU: a/v is normaalwaarde
EMV: score van 15
Oriëntatievermogen Persoon/Tijd/Plaats; rekening houdend
met de belevingswereld van de patiënt
Pupil reactie PEARL: Pupils Equally Adapting and
reacting to Light (consensuele reactie)
Pijnscore 0 tot 4
Ademfrequentie 12/18 12/20 bij volwassene
Ademhalingspatroon Regelmatig
Ademgeruis Vesiculair ademgeruis
Saturatie SpO2 95-100% bij gezonde volwassene
Kleur Huidskleur (bleekroze)
NIBP/MAP 120/80 mm hg
Hartfrequentie (snelheid) Tussen 60 en 100 p/m bij volwassene
Hartritme Sinusritme
Halsvenen Centraal Veneuze Druk R-4 tot R-9 cm H2O
Capillaire Refill Tijd 2-3 seconden
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lotte12345678. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.78. You're not tied to anything after your purchase.