100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting orthopedagogische doelgroepen in internationale context $8.05
Add to cart

Summary

Samenvatting orthopedagogische doelgroepen in internationale context

 35 views  4 purchases
  • Course
  • Institution

Volledige samenvatting 19/20 op het examen

Preview 4 out of 34  pages

  • February 3, 2022
  • 34
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
Orthopedagogische doelgroepen in internationale contexten
1 Een breder perspectief
1.1 Cultuurmodellen

Drie verschillende perspectieven of benaderingswijzen bij de beschrijving van culturen:
1) Westers-etnocentrische visie
 Neokoloniale visie: men beschouwt de andere cultuur als minderwaardig, men
beschouwt eigen waarden en normen als superieur
 Dichotoom wereldbeeld: wij-zij denken tot zelfs discriminatie en racisme
 Anderen moeten zich aanpassen aan ons
2) Humanistische visie
 Elkaar leren kennen
 Elkaar respecteren
 Relativisme: culturen zijn gelijkwaardig en men kan zich perfect integreren in een andere
cultuur met behoud van de eigen cultuur
3) Pluralistische visie
 De andere cultuur is niet minder maar ‘anders’
 Niet enkel verschillen maar ook overeenkomsten
 Onderscheid tussen culturele en transculturele waarden (= fundamentele waarden die
universeel zijn bv. de mensenrechten)

1.2 Classificatiemodellen

Enkele classificatiemodellen:
1) Benadering van de waardenoriëntaties (Clyde Kluckhohn)
2) Dichotoommodel van David Pinto
3) Culturele dimensies van Geert Hofstede

1.2.1 Benadering van waardenoriëntaties

Kluckhohn classificeert culturen naar gelang hun waarden en visies met betrekking tot eerdere
filosofische kwesties zoals:
1) Visies op de menselijke aard (de mens is slecht, goed of een combinatie van beiden)
2) Visies op de interactie mens en natuur (de mens staat boven of onder de natuur of in harmonie)
3) Visies met betrekking tot tijd (heden, verleden of toekomst
4) Visies met betrekking tot sociale relaties (individualisme, collectivisme, voorouderouders)
5) Visies met betrekking tot persoonlijkheid (eerder gericht zijn op doen, spirituele groei of op zijn)

Kritiek:
 Vrij filosofische benadering
 Hoe kan men de waardenoriëntaties vaststellen?
 Gevaar statisch cultuurbeeld
 Leidt tot veralgemening en stigmatisering

,1.2.2 Dichotome classificaties

In de dichotome classificatie classificeert men een cultuur van:
 Modern versus niet-modern
 Westers versus niet westers
 Collectivistisch (wij-cultuur met nadruk op groep) versus individualistisch (ik-cultuur met nadruk
op de persoon)
 Fijnmazig versus grofmazig

Het model van David Pinto behoort ook tot deze benadering en hij maakt dus een onderscheid
tussen fijnmazige en grofmazige culturen:
 Met fijnmazig bedoelt hij behorend tot de F-cultuur
o Collectivistisch en familie is belangrijk
o Gedetailleerde gedragsregels en weinig denkruimte voor het individu
 Met grofmazig bedoelt hij behorend tot de G-cultuur
o Individualistisch
o Algemene gedragsregels die men kan aanpassen naargelang de context




Kritiek:
 Vereenvoudigt sterk de werkelijkheid bv. ‘In India worden veel kinderen geslagen’  wanneer je
praat met mensen individueel, blijken daarover de laatste jaren veel genuanceerde visies en
handelingswijzen te bestaan
 Statisch beeld van cultuur  culturen evolueren ook: het is een dynamisch gegeven dat
voortdurend in beweging is
 Leidt tot veralgemening en stigmatisering bv. ‘Afrikanen denken niet verder dan vandaag’  er
zijn ook overheden die werken met een actieplan op middellange of lange termijn

,1.2.3 Benadering van de culturele variabiliteit

Hofstede:
 Een Nederlandse organisatiepsychologie verbonden aan de Universiteit in Maastricht
 Ontwikkelde in de jaren 60 een cultuurmodel binnen het informaticabedrijf IBM
 Vergelijkt geen culturen, maar wel landen
 Beschouwde aanvankelijk vier dimensies waarop landen van elkaar kunnen verschillen 
naarmate onderzoek groeide kwamen er twee dimensies bij
 Per dimensie kunnen landen een hoge, lage of middel score vertonen
 Benadrukt dat we verschillen tussen landen niet mogen gebruiken om individueel gedrag te
verklaren

De dimensies zijn:
1) Individualisme vs. collectivisme
 Individualisme: zelfbepaling van het individu
 Collectivisme: sociale verantwoordelijkheid en bij de groep horen
2) Mate van masculiniteit vs. feminiteit
 Masculien: ambitie, competentie en assertiviteit (Japan)
 Feminien: dienstbaarheid, bescheidenheid, solidariteit (Nederland en Zweden)
3) Mate van sterke tot zwakke onzekerheidsvermijding
 Angst voor de toekomst: veel regels en procedures (Japan, België en Duitsland)
 Geen angst voor de toekomst: weinig regels (Groot-Brittannië)
4) Mate van toegeeflijkheid vs. terughoudendheid
 Genieten, plezier mag en is goed
 Bevrediging en genot worden onderdrukt (Oost-Azië)
5) Tijdsoriëntatie korte termijn vs. lange termijn
 Korte termijn denken: onmiddellijk resultaat (Europese en Angelsaksische landen zoals
Australië, Canada, Nieuw-Zeeland, VK, VS,…)
 Lange termijn denken (Oost-Aziatische landen)
6) Mate van kleine machtsafstand vs. grote machtsafstand
 Kleine machtsafstand: weinig hiërarchie en machtsongelijkheid (Nederland en
Scandinavische landen)
 Grote machtsafstand: hiërarchie tussen mensen (Latijns-Amerika en Arabische landen)

Kritiek:
 Hij nam steekproeven enkel bij IBM medewerkers en dat zijn ingenieurs (IBM medewerkers zijn
in sommige landen een elite)
 Onderzoek in meer dan 40 landen  Geen IBM medewerkers in communistische landen
 Cultuur wordt als vrij statisch beschouwd
 Vrij stigmatiserend
 Meer en meer stelt men vast dat culturen naar elkaar toegroeien = convergentie  dus minder
verschillen

, 1.3 Culturaliseren en de de-culturaliseren

De valkuil van culturaliseren:
 Sterke klemtoon op ‘cultuur’
o Cultuur determineert en bepaalt alles, haalt jou en de ander uit haar of zijn kracht 
want als je het verklaart vanuit de cultuur, is het onveranderlijk
o Het reduceert de mens tot zijn nationale, etnische of religieuze identiteit
o Mens alleen ‘product’ van zijn of haar cultuur maar men is ook ‘producent’
o Cultuur is niet statisch maar wel dynamisch en verandert voortdurend
 Is polariserend
o Generaliseert en stereotypeert met ‘wij’ versus ‘zij’ en ‘zij’ dikwijls minderwaardig
o Geeft aanleiding tot een ideologische aanpassing strijd: wie past zich aan, aan wie?
o Focus op de verschillen en niet op de overeenkomsten
 Enge manier van kijken
o Geen oog voor socio-economische factoren
o Geen oog voor individuele verschillen

Belang van de-culturaliseren:
 Reduceren tot een gewone ontmoeting tussen mensen
 Ook als je niet akkoord bent, blijf je de persoon erkennen  Je tracht te luisteren, te begrijpen
(visie, emoties, beweegredenen) en zo komen tot dialoog
 Wil de ander niet veranderen  de kortste weg naar verandering is de omweg van de erkenning

1.4 Interculturele competenties

Algemeen:
 Er bestaat geen éénduidige oplossing voor interculturele communicatie
 Er is de laatste decennia heel wat gepubliceerd met betrekking tot het verwerven van passende
interculturele competenties  dit kan aangeleerd worden

We kunnen in grote lijnen twee benaderingswijzen vaststellen:
 De cultuurspecifieke modellen: kennis en inzicht verwerven en gedrag afstemmen op rituelen,
(non)-verbale uitingen en gedragsregels  via cursussen, gidsen, boeken,…
 De cultuur algemene modellen: kennis en inzicht verwerven over die cultuur, maar dit alleen
volstaat niet
o Driestappenmethode van Pinto
 Interculturele modellen
o TOPOI-model

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller daphnevanpamel. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $8.05. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

52355 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$8.05  4x  sold
  • (0)
Add to cart
Added