Samenvatting van alle hoorcolleges van het vak RCA/CNA/ONCO. Leerdoelen uitgewerkt voor de kennistoets. Ideaal dus om te gebruiken als voorbereiding voor je kennistoets.
1. Beschrijft de zes stappen van de sensomotorische kring, van motivatie tot uitvoering en
weer opnieuw.
2. Benoemt de anatomische locaties (in Latijnse en Nederlandse termen) van de stappen van
de sensomotorische kring en wijst deze aan op een hersenmodel.
De groeve is sulcus centralis en die maakt de verdeling tussen
motorische en sensorisch schors.
1. Primaire motorische cortex → beweging uitvoeren
2. Premotorische cortex → beweging programmeren
3. Prefrontale cortex → bepalen van beweging, keuze of
beslissing maken
,Sensomotorische kring
M3 → er word een keuze gemaakt (is in de prefrontale cortex)
M2 → info wordt gestuurd naar secundaire motorische cortex en word de
beweging geprogrammeerd. Hier heb je optie A en B, iets als lopen kun je al en
worden de basale kernen voor gebruikt. Anders gebruik je wel echt je secundaire
motorische cortex.
M1→ word doorgestuurd naar primaire motorische cortex. Info word via de
ruggenmerg doorgestuurd voor uitvoering. → volgen homunculus
S1 → Vervolgens krijg je informatie binnen via de tast (primaire sensorische cortex)
S2 → deze informatie word geanalyseerd (secundaire sensorische cortex)
S3 → Daarna word deze informatie gekoppeld aan andere sensorisch (zoals zicht en gehoor) & moet
je misschien weer een nieuwe keuze maken (tertiaire sensorische cortex)
Je kunt op 3 verschillende niveaus starten:
1. M1 → je wilt naar school
2. Limbisch → je hebt honger
3. S1 → je voelt iets op je hand
Voorbeelden:
Tastsignaal van je hand → komt binnen op S1 → ken je het gevoel? kan ook gelijk naar M2 gaan
omdat je dit herkend (zoals een kriebel van een grassprietje) → gevoel blijft en je gaat analyseren
wat het is S2 → vervolgens kijk je en maak je een koppeling tussen zicht en je gevoel en je ziet dat
het een spin is (S3) als je er bang voor bent krijg je gelijk een reactie → anders kun je vanuit M1 weer
een keus maken wat je gaat doen.
3. Beschrijft hoe motoriek vanuit de hersenen wordt aangestuurd, via de belangrijkste
motorische banen (tractus corticospinalis).
4. Beschrijft hoe motoriek wordt bijgestuurd door feedback en feedforward.
De centraal motorische neuronen in de hersenschors (M1) sturen de perifeer motorische neuronen
aan in het ruggenmerg = medulla spinalis. → deze hoort nog bij het centraal zenuwstelsel maar er zit
dus verschil tussen de cortex (centraal motorisch neuron) en de medulla (perifeer motorisch neuron)
Tussen de 2 groepen neuronen zit een baansysteem om signalen door te geven. Op de centraal
motorisch neuron geven de boodschappen door, door te faciliteren of inhiberen. Dit gaat via de alfa
en gamma neuronen. → daarom word de perifeer motorisch neuron ook wel alpha neuron
genoemd.
De baan die loop van centraal en perifeer motorisch neuron = tractus corticospinalis. → directe
verbinding van cortex naar ruggenmerg (en andersom) + er zijn indirecte banen bijvoorbeeld via de
hersenstam.
, Tractus corticospinalis
Direct naar ruggen merg (interneuronen)
- Lateralis: 85% gekruist → naar heup, schouder en extremiteiten. + 10% gaat direct
motorneuronen van de hand (hier in dus een directe baan tussen cortex en de handen)
- Anterior : 15% ongekruist → naar axiale spieren (nek en romp)
+ er zijn dus meer banen die op andere niveaus ontspringen (vanuit hersenstam of basale kernen).
Deze lopen ongekruist en indirect naar axiale spieren (nek en romp)
Terugkoppeling sensomotorische kring
- Bijsturing via somatosensorische cortex (S1)
- Bijsturing via cerebellum →
Op basis van feedback → vergelijkt instructies van cortex met het effect (is langzaam signaal
omdat het moet wachten op info uit de cortex)
Op basis van feedforward → voordat de instructies worden gestuurd naar de spieren word
het al bij gestuurd door de cerebellum op basis van de verwachting.
5. Benoemt de vier meest kenmerkende neurologische functiestoornissen (SSSS)
6. Beschrijft welke functiestoornissen voorkomen bij schade op verschillende locaties in het
centrale zenuwstelsel (cortex cerebri, basale kernen, cerebellum, ruggenmerg)
7. Beschrijft en herkent de meest voorkomende klinische beelden bij schade op de
verschillende locaties in het centrale zenuwstelsel
CNA heeft stoornissen op 3 niveaus → motorisch, sensorisch en cognitief. Motorische & sensorisch
word opgedeeld is de 4S’en. → Spierkracht, Spiertonus, Sturing & Sensibiliteit.
Schade op Cortex cerebri
Er zit natuurlijk verschil waar de schade is, op tertiaire, secundaire of primaire functie. Gaat nu uit
van schade ergens op primaire functie. → er is een hemibeeld
- Net als spierkracht afhankelijk van de schade
- Homunculus (gekruist)
- Distaal > proximaal
- Altijd min, symptomen → dus vermindering van sensibiliteit (zal nooit meer zijn)
Spiertonus
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller AlieW. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.10. You're not tied to anything after your purchase.