Samenvatting verbintenissenrecht voor eerste helft van vak privaatrecht. Tweede deel: goederenrecht apart. HBO-rechten aan hogeschool Leiden 2021/2022. Boekdruk verschilt met voorgeschreven stof, maar is aangepast (geschreven met editie3 3). Met deze samenvatting en mijn samenvatting van goederenre...
Praktisch verbintenissenrecht – privaatrecht (Boek derde druk dus anders)
Week 1
H1: Rechtsfeiten
Vermogensrecht: verbintenissenrecht en goederenrecht tezamen. Een hoofdonderdeel van het
privaatrecht en regelt de verhoudingen die op geld waardeerbaar zijn tussen burgers onderling.
Bestaat uit:
- Verbintenissenrecht: staat de rechtsrelatie tussen personen onderling centraal: verbintenis.
- Goederenrecht: het rechtsgebied dat gaat over de rechtsrelatie tussen een persoon en een
goed.
Privaatrecht (burgerlijk of civiel): ziet op alle juridische betrekkingen tussen burgers onderling.
Bestaat uit:
- Personen- en familierecht: andere hoofdonderdeel van het privaatrecht.
- Vermogensrecht: zie boven.
Publiekrecht: relatie tussen overheid en een persoon. Op landelijk (overheid) of lokaal niveau
(gemeente) en hieronder valt het: strafrecht, publiekrecht en bestuursrecht.
Personen:
- Natuurlijke personen mens van vlees en bloed.
- Rechtspersonen: staat wat het vermogensrecht betreft gelijk aan een natuurlijk persoon,
maar ook bedrijven, scholen, stichtingen en verenigingen.
Verbintenis: een rechtsrelatie tussen twee personen, ene partij verplicht is om prestatie te leveren
(schuldenaar) en andere partij recht hierop heeft (schuldeiser).
Soorten feiten:
- Gewone feit: feit zonder rechtsgevolg. Bv Maria stuurt een appje, het gras is groen.
- Rechtsfeit: feit met rechtsgevolg: het feit heeft een gevolg volgende het geldende recht.
- Bloot rechtsfeit: geen handelingen, maar wel rechtsgevolg en vinden hoe dan ook plaats. Bv
iemands dood, meerderjarig worden, AOW-leeftijd bereiken of vordering komt te vervallen.
- Rechtens relevante handeling: handeling die relevantie heeft voor het recht: handeling die
rechtsgevolg heeft.
Verschil bloot-rechtens relevant: geen handeling, maar wel rechtsgevolg – wel handeling
en een rechtsgevolg.
Soorten handelingen:
- Feitelijke handeling (rechtens relevante handeling): handelingen met rechtsgevolg, maar niet
gericht. De handelende persoon had niet de bedoeling om rechtsgevolg tot stand te brengen
(Bv verkeersongeluk).
- Rechtshandeling (rechtens relevante handeling art. 3:33 BW): uitdrukkelijke handelingen met
rechtsgevolg. En kent twee voorwaarden:
Oogkenmerk: er is een op een rechtsgevolg gerichte wil.
Wilsuiting: die wil heeft zich door een verklaring geopenbaard.
, Soorten rechtshandelingen:
- Eenzijdige rechtshandeling: rechtsgevolg tot stand door een persoon, zonder medewerking
van een ander nodig is. Er is een wilsuiting, gericht op een bepaald rechtsgevolg. Bv
testament opzetten of overeenkomst eindigen.
- Meerzijdige rechtshandeling: rechtsgevolg tot stand door twee personen. Wilsuiting van
beide partijen vereist en gericht op hetzelfde rechtsgevolg. Bv huurovereenkomst,
koopovereenkomst en schenking.
Onderscheiding eenzijdige rechtshandeling:
- Persoonsgericht eenzijdige rechtshandeling: verricht door de ene partij en gericht op andere
partij. Bv huurovereenkomst eindigen:
Rechtsgevolg: A is geen huurder meer.
A kan eenzijdig de overeenkomst beëindigen.
A kan het niet opzeggen bij een willekeurig persoon, maar de verhuurder (specifiek persoon).
- Niet-persoonsgerichte rechtshandeling (ongerichte): handeling door één partij gericht aan
andere partij (geen specifieke persoon). Bv geboorteaangifte aanvragen bij ambtenaar:
Rechtsgevolg: geboorteaangifte opzetten.
Eenzijdig door partij (ouders) aangevraagd.
Behandelaar niet specifiek iemand, maar iemand die bevoegd is.
Dus, persoonsgericht: specifiek persoon en niet-persoonsgericht: niet van belang wie.
Onderscheiding meerzijdige rechtshandeling:
- Overeenkomst (art. 6:213 lid 1 BW): met de voorwaarden:
Meerzijdige rechtshandeling
Partij gaat verbintenis aan jegens andere partij
BV huurovereenkomst, arbeidsovereenkomst of koopovereenkomst.
- Andere meerzijdige rechtshandelingen: geen overeenkomst
Bv vaststellen van notulen tijdens vergadering.
Onderscheiding overeenkomst:
- Verbintenisscheppende overeenkomst (obligatoire overeenkomst): een of meerdere
verbintenissen geschept tussen partijen. Verplichtingen vloeien voort.
- Andere overeenkomst: bv een huwelijk aangaan, verplichtingen staan in de wet geregeld.
- Eenzijdige overeenkomst: schept slechts voor een van de twee partijen een verplichting. Bv
de schenkingsovereenkomst.
- Meerzijdige overeenkomst (art. 6:261 lid 1 BW): partijen hebben over en weer
verplichting(en), dus een wederkerige overeenkomst. Bv koopovereenkomst: koper betaalt
en ontvangt goed – verkoper geeft goed en ontvangt geld.
Zie rechtsfeiten schema hieronder.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Rechtenstudentje005. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.22. You're not tied to anything after your purchase.