2500 jaar geleden in het klassieke Griekenland en in de handelssteden uit Klein-Azië
in de 6e eeuw v. Chr.
Filosofie = het westers denken (rationeel denken).
Filosofen stellen zich vragen over het mens zijn.
Kosmologie
Politiek
Moraal
Kennisleer
Logica: rationeel denken
Het filosofisch antwoord op deze vragen wordt gekenmerkt door het rationeel karakter (=
verschil met mythologie).
Waarom ontstond het rationeel denken in de 6e eeuw v. Chr. in Griekenland?
Economisch welvarend gebied met veel handelscontacten met andere volkeren. Dit
contact wekte nieuwsgierigheid: de verwondering is de moeder van de filosofie.
Er komt tijd vrij voor opvoeding, cultuur en wetenschap.
Er gold een beperkte vorm van democratie voor volwassen, mannelijke burgers. Zij
werden getraind in argumenteren en helder formuleren van eigen mening.
De filosoof
= wijsgeer
= een vriend van de wijsheid en zoeker van de waarheid op een belangeloze (= weten om te
weten) en rationele manier.
Hij beperkt in zijn zoeken. Hij is gesitueerd in tijd en ruimte en kan daarom slechts een
deelwaarheid ontdekken die gekleurd is door zijn omgeving en cultuur.
De eerste filosofen verschilden niet veel van dichters, schrijvers, …
De metafysica
,= het pronkstuk van het westerse denken: door de eeuwen heen zal ondanks kritiek de
zoektocht naar de waarheid steeds weer in een aangepaste versie triomferen.
Het virtueel uittekenen van de absolute waarheid kreeg de naam metafysica.
De metafysica bepaalde de ethiek: zoeken naar geluk.
Het heersende wereldbeeld dient als leidraad voor het menselijk handelen
(goed/kwaad).
Max Wildiers formuleerde dit ideaal als volgt: “De Europese mens verdreef zich steeds uit het
paradijs dat hij voor zichzelf heeft opgebouwd.”
Generatie na generatie wordt het telkens moeizaam opgebouwde paradijs (geheel van zeker
en antwoorden opnieuw in vraag gesteld.
Omgang met metafysica:
1. Soms neemt de leerling genoegen met het aanvullen en nuanceren van zijn
leermeester, maar in traditie blijven (bv. Plato kijkt naar Socrates maar breidt zijn werk
uit).
2. Nog dingen gebruiken van vorige denken (bv. Aristoteles deed dit met de
‘brokstukken’ van Plato).
3. Andersdenkenden die de zoektocht naar waarheid radicaal ontkennen, scherpe
kritiek (bv. Sofisten).
1: Ok, uitbreiden
2: Tegenspreken, opnieuw met recuperatie materialen
3: Critici breken alles af, ook waarheidszoekerij
ILLUSTRATIES P.8
2. De westerse filosofie van Thales tot Thomas
Aquino
2.1 De Griekse mythologie
De mythologie
Mythologisch stadium:
1. De mythe vertelt een verhaal: hoe dankzij bovennatuurlijke wezens de werkelijkheid is
gegroeid = verklaring ontstaan. (Oorsprongsverhaal.)
, 2. Mythe wordt beschouwd als een ware geschiedenis die concrete dingen van de
werkelijkheid bevestigd. (Goddelijke oorsprong.)
3. Mythe biedt een totaalinzicht in de werkelijkheid. (Mens kreeg zo vat op de wereld.)
Dankzij de mythe verstond de Griekse mens zijn oorsprong en plaats in de wereld. Dit zorgde
voor een gevoel van geborgenheid.
De Griekse filosofie:
1. Filosofie brengt geen verhaal maar een rationeel verantwoorde uiteenzetting. In
plaats van feiten moeten er harde bewijzen naar voren gebracht worden.
2. De filosofie bouwt haar redenering op met argumenten pro en contra: dialoog.
3. Individuele bewustzijn moet zich via de rede ontvoogden van de machten die hem
domineren.
4. Mens is onafhankelijk (van de grillige goden uit de mythologie) en beheerst meer het
gebeuren.
Filosofie verwerft autonomie, vrijheid en zelfbestemming en maakt de mens bewust en
kritisch. Er is niet langer zekerheid/geborgenheid. De mens wordt zoekend, vragend en
onzeker achter. Het leven wordt gecompliceerder.
2.2 De Grieken voor Socrates
De natuurfilosofen op zoek naar een oerstof of ordenend principe
De eerste filosofen in de geschiedenis van het westerse denken noemen we de
natuurfilosofen of pre-socratici.
Zij gingen de natuur demythologiseren, waren op zoek naar een oerstof of ordenend
principe om rationele samenhang te brengen in de chaotische natuur.
Denkpistes
Denkpiste 1: Aan de basis van de hele werkelijkheid ligt een fysische OERSTOF
Thales van Milete:
Hij zocht naar de eenheid achter de veelheid en de veranderlijkheid van de zichtbare
wereld. Alle dingen waren volgens hem terug te brengen tot 1 oerstof: water.
Anaximenes van Milete:
Hij was ervan overtuigd dat lucht de oerstof was, die wijzigde verdichting of
verdunning.
, De atomisten, zoals Democritus:
Zij zagen de wereld als een samenspel van stoffelijke lichamen, die elk bestonden uit
een groep ‘atomen’. Atoom = onveranderlijk / ondeelbaar. Democritus was de eerste
materialistische denker omdat hij stoffelijke atomen als basis zag voor de
werkelijkheid.
Denkpiste 2: Aan de basis van de hele werkelijkheid ligt een mathematisch, of wetmatig
OERPRINCIPE
Heraclitus van Efese:
Werkelijkheid is volgens hem een proces van eeuwig worden, niets is blijvend.
(= dialectisch proces: vooruitgang gebeurt via voortdurende overgang tussen
tegengestelden.)
Er bestaan een onzichtbare logos: een inwendige principe van evenwicht, rustpunt,
waarnaar de mens op zoek moet gaan.
Basis voor de persoonlijk ethiek: wanneer de mens inzicht verkreeg in logos kon hij
geluk vinden.
Vanuit deze theorie werd later nagedacht om het begrip natuurwet te bekomen.
Parmenides van Elea
De werkelijkheid, de vanzelfsprekende logische waarheid ‘is’ en zal nooit
ophouden te bestaan. Alle dingen ‘zijn’, ongeacht de toestand waarin ze zich
bevinden. Het zijnde is onverwoestbaar, ondeelbaar en eeuwig. Het ‘zijn’ is enkel
kenbaar via het denken, niet via de empirie.
(Beweging is onmogelijk: beweging houdt in dat ‘zijn’ gaat naar ‘niet zijn’ en dit kan
niet. schijnbedrog.)
De redeneringen van Parmenides leidde tot enorme filosofische problemen die later
een scheiding zou maken tussen 2 types van kennisverwerving:
2 filosofische stromingen:
Rationalisme: Kennis kan enkel verworven worden via het rationele denken.
Empirisme: Kennis kan enkel verworven worden via empirie, waarnemingen en de
zintuigen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Kimberlyvdg. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.25. You're not tied to anything after your purchase.