Dit is een kleine belangrijke samenvatting
- Blad met soorten vennootschappen + info
- Blad met alle formules
- Blad met alle begrippen
- Supersamenvatting van de belangrijkste dingen
Voltijdse equivalenten (VTE)
= Slaat op het aantal tewerkgestelde personen.
10 werknemers, 6 voltijds, 4 halftijds = 8 VTE’s
Omzet
= Totale waarde van de marktverkoop van goederen en diensten aan derden. Het gaat om
de verkoop van goederen die de onderneming zelf produceert, ingekochte goederen voor
verkoop of de ontvangen vergoeding voor het lenen van diensten. Uitgedrukt in excl BTW.
Toegevoegde waarde
= Het verschil tussen de verkopen en de koste van de producten, diensten en diverse
goederen. Het komt ongeveer overeen met het verschil tussen de omzet en de aankopen.
De jaarrekening
= In eerste instantie puur een kwestie van cijfers, opgemaakt volgens een strak wettelijk
stramien.
Het jaarverslag
= Kan creatief ingevuld worden. Doelgroep is hier ruimer en heeft niet noodzakelijk een
economische achtergrond.
Resultatenrekening
= Een overzicht van alle kosten en opbrengsten van een bedrijf over een bepaalde periode
(meestal 1 jaar).
Platformisering
= Het ontstaan van nieuwe bedrijfsmodellen die platformen gebruiken om aanbieders en
klanten online te verbinden, zowel in B2C als in B2B.
( zoals TakeAway.com)
- B2C = Business 2 Customer
o Rechtstreeks verkopen van producten aan klanten.
- B2B = Business 2 Business
o Betreft bedrijven die specifiek zaken doen met andere bedrijven.
Liquiditeit
= Voldoende geldmiddelen (cash flow) hebben om de schulden in een korte periode te
kunnen betalen (binnen 1j)
Solvabiliteit
= De mate waarin een bedrijf alle schulden, zowel op korte als op lange termijn kan
terugbetalen.
Kostprijs
= De som van alle kosten om een prestatie te realiseren.
1
Liselothe Françoys – Economie
, Afschrijven
= een boekhoudkundig begrip, betekent dat je de kost van een investering verdeelt over de
tijd.
Directe kosten
= kosten die je onmiddellijk kan toewijzen aan een product
Vb Aantal uren drukken en verpakking * loonkost drukker
Indirecte kosten
= kosten die je niet rechtstreeks kun toewijzen aan het eindproduct.
Vb afschrijving computer
Opbrengsten EXCL BTW
= de bedrijfsopbrengsten (omzet) ontstaan op het moment dat een onderneming goederen
of diensten verkoopt. De omzet is de verkoopprijs * de afzet. Naast de bedrijfsopbrengsten
zijn er ook financiële en uitzonderlijke opbrengsten.
Ontvangsten INCL BTW
= Zijn inkomende geldstromen, wat we effectief op onze rekening krijgen of cash ontvangen.
Uitgaven INCL BTW
= Wat we effectief betaald hebben
KOSTEN EXCL BTW
= moment dat we goederen aankopen op het moment dat ik het product verbruik in
productie.
2
Liselothe Françoys – Economie
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lisefra. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.64. You're not tied to anything after your purchase.