Hoorcollege 1: Introductie
Forensische accountancy is het specialistisch deelterrein van de accountancy waarbinnen accountants
zich ten behoeve van de rechtshandhaving bezighouden met het verzamelen, controleren, veredelen,
bewerken, analyseren van en het rapporteren over gegevens (opsporen van economische en financiele
delicten).
Waarom forensische accountancy?
o Vanwege globalisering en automatisering is financiele fraude toegenomen. Financiële stromen
eenvoudig weg te sluizen, maatschappelijke druk op prestaties (hoge verwachtingen)
o Criminele activiteiten resulteren in financiële opbrengsten
Waarom een accountant?
o Hij heeft een bepaalde deskundigheid op financieel gebied
o Hij ziet veel vanuit zijn controlerende taak
o Publiek verwacht dat hij vanuit zijn maatschappelijke taak dergelijke onvolkomenheden
signaleren (verwachtingskloof)
Vastgoedfraude
o ABC-constructie: In een korte tijd wordt een pand voor een steeds hogere prijs verkocht, van
persoon A naar persoon B naar persoon C. Deze personen delen de winst en vervolgens blijkt
dat niet meer op de hypotecaire lening wordt afgelost. De hypotheekverstrekker moet het pand
dan op een executieveiling tegen een lage prijs verkopen en draait verlies.
Faillissementsfraude
o Persoon A dreigt failliet te gaan en heeft meerdere schuldeisers. A verkoopt daarom met spoed
een pand aan B tegen een (te) lage verkoopprijs. Het verkoopbedrag is lager dan het pand
waard is. B is handlanger van A en verkoopt het pand naa een tijdje voor een hoog bedrag aan
C.
Hypotheekfraude
o Een vorm van bancaire fraude waarbij op basis van valse informatie een hypotecaire lening
wordt verleend. Een fraudeur laat een huis of bedrijfspand veel hoger taxeren dan de
werkelijke waarde. De bank verstrekt dan een te hoge hypotheek die niet meer wordt
terugbetald. Ook kan een fraudeur in korte tijd bij verschillende banken hypotheken aanvragen
en meerdere panden kopen. Vaak zitten er ook andere criminele activiteiten aan vast
(bijvoorbeeld hennepkwekerij). Als de fraudeur niet meer aan zijn (financiele) verplichtingen
kan voldoen, is de bank genoodzaakt het pand tegen een lage prijs te verkopen op een
executieveiling.
Balans: Overzicht van bezittingen (debet; nog te ontvangen bedrag = debiteur) en schulden (credit) op
een bepaald tijdstip. Het verschil met een verlies- en winstrekening is dat dit over een bepaald jaar gaat
(of een bepaalde periode). Kosten en opbrengsten nemen ook een machine mee waarover je
bijvoorbeeld afschrijfkosten werkt. Dit wordt vanuit economisch oogpunt gehanteerd.
Kasstroomoverzicht is van belang omdat je moet weten of je over de middelen beschikt om iets te
kunnen betalen.
Earningsmanagement: winstcijfers manipuleren. Het gaat dan vooral om nog te ontvangen bedragen
(debiteuren). Soms betalen debiteuren namelijk niet meer en dan mag je het bedrag niet meerekenen in
de winst, maar juist in het verlies.
Agency Theorie: Er zijn drie partijen, kapitaalverschaffer, manager en een controleur. Er komt een
moment dat de eigenaar niet meer zijn onderneming kan runnen. Deze persoon gaat op zoek naar
anderen. Maar deze persoon zal ook zijn eigen belangen nastreven. De een heeft de zaak, de ander
doet het werk en de ander controleert de zaak; het is een driehoeksverhouding.
Taak 1A: Forensische accountancy en fraude
Twee Bachelorstudenten van de rechtenfaculteit, Piet-Hein en Ernst, staan aan het einde van hun
bachelorstudie en discussiëren samen over welke masteropleiding zij willen gaan volgen. Na het
raadplegen van verschillende brochures blijft o.a. de master “Forensica Criminologie en Rechtspleging”
over als één van de alternatieven. Als Piet-Hein en Ernst samen de verschillende vakbeschrijvingen
lezen, stuiten zij op het vak Forensische Accountancy. Ernst is niet enthousiast. “Ik weet niet of een
dergelijk economisch vak wel wat voor mij is. De term accountancy vereenzelvig ik met mannen in grijze
pakken met de rekenmachine in aanslag, die de hele dag alleen maar met cijfertjes werken.”
1
,Piet-Hein, die een huisgenoot heeft die accountancy studeert aan de economische faculteit is het niet
helemaal met hem eens. “Die huisgenoot van mij heeft ook een aantal accountancy-vakken, waar geen
rekenmachine bij te pas komt, dus misschien valt het wel mee. Hij heeft mij bovendien een aantal
krantenartikelen gegeven, waarin het onderwerp “Forensiche Accountancy en Fraude” aan bod komt.”
Samen besluiten ze een lijstje te maken een aantal vragen, die ze graag beantwoord willen zien om hen
te steunen in de beslissing om de juiste master te kiezen:
o Wat is forensische accountancy en wat is het belang hiervan voor rechtenstudenten?
Forensische accountancy is het specialistisch deelterrein van de accountancy waarbinnen
accountants zich ten behoeve van de rechtshandhaving bezighouden met het verzamelen,
controleren, veredelen, bewerken, analyseren van en het rapporteren over gegevens
(opsporen van economische en financiele delicten).
Het heeft te maken met de handhaving van de rechtsorde, vandaar dat het voor
rechtenstudenten van belang is. Een accountant bekijkt wat er in en uit gaat in een
onderneming en maakt aan de hand daarvan bijvoorbeeld een balans. Hij controleert dan de
balans of jaarrekening en kijkt of hier fouten zijn gemaakt.
o Wat is de relatie tussen forensische accountancy en fraude?
Bij fraude gaat het om het (opzettelijk) ontduiken van regels om voordeel te behalen waarbij de
handeling met name strafrechtelijk verwijtbaar is. Een forensisch accountant kan ingeschakeld
worden om fraude op te sporen. Dit is niet meteen het doel van een reguliere accountant; bij
een forensisch accountant wel.
o Bij wat voor soort organisaties werken forensische accountants en wat doen deze
instituten? Een snelle zoektocht via google verwees al naar organisaties als FIOD-ECD,
BFO, CRI (heet tegenwoordig IPOL), Big Four (openbare) accountantskantoren en het
OM. Zie onderstaande samenvatting van het artikel ‘’De forensisch accountant: een veeleisend
beroep’’ voor de omschrijving van de FIOD, BFO, CRI, KPMG, OM. De Big four zijn Deloitte,
KPMG, PwC en Ernst & Young. Het zijn de grootste accountantskantoren (openbaar).
o Hoe heeft het vakgebied Forensische Accountancy zich ontwikkeld in de laatste
decennia?
Vanaf de jaren ’80 zich met betrekking tot eenzelfde terrein van onderzoek, het achterhalen
van vermogen met een criminele herkomst (Koppelbazen), twee ontwikkelingen voor: die van
het financieel rechercheren en die van de forensische accountancy. Bron voor beide
ontwikkelingen is het ontstaan van een maatschappelijk bewustzijn met betrekking tot het
bestaan van dat soort vermogen en de risico’s daarvan voor de samenleving.
In de ontwikkeling van de FA onderscheidt Pheijffer vijf (zes) fasen:
1. Publieke behoefte (1980-1993): FA onstaat binnen opsporingsdiensten (onder leiding van
het OM) en is vooral gericht op strafrechtelijke onderzoeken.
2. Ontginning van de private markt (1993-1997): Een aantal accountantskantoren krijgt
aandacht voor FA en voegt FA toe. De openbare kantoren (KPMG) komen op en het
civielrechtelijk kader wordt naast het strafrechtelijk belangrijk. Er ontstaat concurrentie tussen
de private en de publieke sector.
3. Stabilisatie en institutionalisering (1997-1999): FA stabiliseert; FORAC (functionele groep
forensische accountants) is opgericht binnen de NIVRA.
4. Verbreding en uitbouw (1999-2000): Een groeiende acceptatie bij de (semi) overheid en
particuliere organisaties (STE, VK, DNB) van FA maar onduidelijkheid over het uitvoeren van
FA-onderzoeken (jurisprudentie biedt enige aanscherping).
5. Tegenwind (2000-2001): Veel negatieve publiciteit en tuchtzaken. Er is een gebrek aan
regels.
6. Herorientatie en nieuw leven (2003-heden): Bindenga noemt deze zesde fase. Na de fase
van tegenwind besluiten de accountantskantoren hun forensische activiteiten in te krimpen, te
hernoemen en te herschikken. In deze fase komen er regels, namelijk de Gedragsrichtlijn
persoonsgerichte onderzoeken.
Taak 1B: Terreinafbakening
Nadat Piet-Hein en Ernst de antwoorden op bovenstaande vragen opgezocht en vergeleken hebben,
zijn een aantal zaken een stuk duidelijker: Er blijken 4 fasen te zijn in de fraudeaanpak, waarin
forensische accountants van belang kunnen zijn, namelijk:
1. Preventie
2. Detectie
3. Bewijsvergaring/Bewijsconstructie
4. Ontneming
Toch zijn ook een aantal zaken nog niet geheel duidelijk. Zij vragen zich als rechtenstudent af, hoe de
relatie tussen fraude en hun studie is. In hoeverre kunnen zij hun kennis toepassen op dit vakgebied?
Specifiek vragen zij zich het volgende af, waarbij ze afspreken de jurisprudentie op dit gebied te
onderzoeken:
o Heeft de forensische accountant te maken met een geheimhoudingsplicht?
2
, In artikel A-100.4 van de Verordening GedragsCode is omschreven wat het fundamentele
beginsel van geheimhouding inhoudt (dit artikel vindt zijn uitwerking in hoofdstuk A-140): De
accountant eerbiedigt het vertrouwelijke karakter van informatie die hij in het kader van zijn
beroepsmatig en zakelijk handelen heeft verkregen. Hij maakt deze informatie zonder
specifieke machtiging daartoe niet aan een derde bekend, tenzij wettelijk of beroepshalve een
recht of plicht daartoe bestaat. Het is de accountant niet toegestaan vertrouwelijke informatie
die hij bij zijn beroepsmatig of zakelijk handelen heeft verkregen, te gebruiken om zichzelf of
een derde te bevoordelen. Artikel A-100.20 stelt dat de accountant dient te overwegen of hij
juridisch advies moet inwinnen om zodoende vast te stellen of hij verplicht is een fraude te
melden bij de daarvoor aangewezen instanties. De geheimhoudingsplicht blijft gelden na het
eindigen van de relatie. De forensisch accountant heeft ook meldplicht; wanneer hij fraude
opmerkt, moet hij dit melden.
o Heeft de (forensisch) accountant een verschoningsrecht?
De bankier, de accountant en de belastingsadviseur hebben geen verschoningsrecht. De
accountant is dus geen functioneel geheimhouder en komt als zodanig dus geen (zelfstandig)
verschoningsrecht toe. Dit betekent niet dat de accountant geen beroep kan doen op het
verschoningsrecht. Het publieke belang (fraude moet opgespoord worden) weegt hier hoger en
niet het eigen belang (zoals dat bij de verdachte is). Als hij werkt voor een advocaat kan hij in
een situatie komen te verkeren dat hij een beroep op het verschoningsrecht kan doen van de
advocaat (afgeleid verschoningsrecht). Hieronder valt ook het eindrapport van de accountant
(omdat deze afgeleid is van gegevens van de advocaat).
o Hoe verhouden de geheimhoudingsplicht en het verschoningsrecht zich tot elkaar?
Iemand die een geheimhoudingsplicht heeft, bijvoorbeeld door zijn beroep, kan tuchtrechtelijk
of strafrechtelijk vervolgd worden indien hij deze breekt. De geheimhouding geldt voor
iedereen behalve voor de rechter. Er zijn geheimhouders die naast hun geheimhouding ook
een verschoningsrecht hebben en daardoor ook niet hoeven te spreken voor de rechter.
o Hoe kan een (forensische) accountant van belang zijn in de 4 fases van fraudeaanpak en
criminaliteitsbestrijding? Hoe verhoudt dit zich met de Wet ter voorkoming van
witwassen en financieren van terrorisme (Wwft)?
Er blijken 4 fasen te zijn in de fraudeaanpak, waarin forensische accountants van belang
kunnen zijn, namelijk:
1. Preventie
2. Detectie
3. Bewijsvergaring/Bewijsconstructie
4. Ontneming
Voornamelijk nummer 1, 2 en 4 zijn belangrijk.
Wet ter voorkoming witwassen en financieren van terrorisme (Wwft):
Geldstromen/kasstromen worden in de gaten gehouden (internationaal) om witwassen en
financieren van terrorisme op te sporen. In de wet komen de 4 fasen voor waarbij een
forensisch accountant van belang kan zijn.
o In hoeverre is het una via-beginsel van belang?
Het niet-naleven van fiscale wetten en regels kan bestreden worden door middel van het
opleggen van bestuurlijke boetes of het instellen van strafvervolging. De overheid moet een
keuze maken tussen beide; op grond van het una via-beginsel mogen niet beide.
Handboek Fraude en Accountant
Fraude
Fraude blijkt moeilijk te omschrijven; onder fraude wordt een veelvoud aan verwijtbaar handelen
geschaard. De kern zit ‘m vooral in het ontduiken van regels om voordeel te behalen waarbij de
handeling met name strafrechtelijk verwijtbaar is. Fraude wordt meestal gekoppeld aan een sector
waarin gefraudeerd wordt (bouw, HBO, zorg, beurs), hoe gefraudeerd wordt (examen, declaratie,
subsidie, verzekering), wie fraudeert (directeur, werknemer) of waar gefraudeerd wordt (binnen of buiten
de entiteit). Fraude wordt opzettelijk gedaan, fouten niet. Daarom is fraude moeilijker op te sporen.
Beroepsnormen
Richtlijn 240 definieert fraude als een opzettelijke handeling door een of meer personen uit de kring van
de leiding, de orgaan belast met governance, het personeel of derden, waarbij misleiding wordt gebruikt
om een onrechtmatig of onwetting voordeel te behalen. Mocht het vermeende frauduleuze handelen
niet vallen onder standaard 240, dan moet de accountant er rekening mee houden dat het handelen nog
wel kan vallen onder de term ‘onwettig handelen’. Standaard 250 bepaalt dat de accountant zich bewust
moet zijn dat het niet-naleven van wet- en regelgeving een materieel effect op de jaarrekening kan
hebben. De ontdekkeing van overtredingen, ongeacht hun materieel belang, zal leiden tot
(her)overweging van de integriteit van de leiding of het personeel en het mogelijke effect op andere
aspecten die voor de controle van belang zijn. Overtreding van normen omvat zowel het handelen als
het nalaten van handelen door de controlerende entiteit. De schending van wet- en regelgeving hoeft
niet opzettelijk te zijn, maar het moet wel gaan om zakelijke transacties, dus verricht door de entiteit dan
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller MB91. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.86. You're not tied to anything after your purchase.