Dit gaat over de rechtsrelatie tussen personen onderling. Zoals huurder – verhuurder bij een
huurcontract.
Goederenrecht
Dit gaat over de rechtsrelatie tussen personen en een goed. Zoals Jasper fietst naar school
elke dag. Ofwel er bestaat een relatie tussen Jasper en zijn fiets.
Vermogensrecht
Gezamenlijk vormen verbintenissenrecht en goederenrecht het vermogensrecht. Regelt alles
tussen burgers onderling wat met geld waardeerbaar is.
Privaatrecht
Bestaat uit 2 delen. Vermogensrecht en personen- en familierecht.
Verbintenis
Bij een rechtsrelatie tussen (rechts)personen ontstaat vaak een verbintenis. Hierbij is de ene
partij verplicht tot een prestatie en heeft de andere partij hier recht op.
Schuldenaar
Degene die verplicht is tot prestatie.
Schuldeiser
Degene die recht heeft op de prestatie.
Gewone feiten vs. Rechtsfeiten
Gewone feiten hebben geen rechtsgevolg. Voorbeeld: Auke stuurt een appje. Een rechtsfeit
heeft een gevolg volgens het geldende recht.
Schenking vs. Gift
Een schenking is een meerzijdige rechtshandeling. Dit komt omdat een schenking een
overeenkomst bevat. Deze moet aanvaard worden door de begunstigde. Bij een gift is hier
geen sprake van. Een voorbeeld van een juridische gift is de verkoop van een goed tegen een
vriendenprijsje.
, Rechtsfeiten
Bloot rechtsfeit Rechtens relevante handeling
Feiten die een rechtsgevolg Handelingen die een
hebben zonder dat hier een rechtsgevolg beoogd hebben.
handeling voor verricht is. Deze kunnen meervoudig of
Een voorbeeld is geboorte. enkelvoudig zijn.
Rechtshandeling Feitelijke handeling
Dit zijn handeling met als Dit zijn handelingen met een
beoogd resultaat een rechtsgevolg, die hier niet op
rechtsgevolg. gericht waren.
Art 3:33 BW
Hiervoor zijn twee of meer Hiervoor is de wil van een
personen nodig. De wilsuiting enkel persoon nodig. Een
van beide personen is voorbeeld is een testament.
noodzakelijk.
Persoonsgerichte rechtshandeling Niet - persoonsgerichte rechtshandeling
Deze rechtshandeling is uitgevoerd door een Ook wel ongerichte rechtshandeling genoemd.
enkel persoon en is gericht tot een specifieke Het gaat hier om een handeling die gericht is tot
andere partij. Voorbeeld: het opzeggen van een andere partij, maar niet een specifieke
huur bij een verhuurder. Dit kan niet bij een partij. Voorbeeld: doen van aangifte van een
willekeurig persoon. Leroy zegt zijn huur op bij geboorte bij een ambtenaar van burgerlijke
Bart. Dit kan alleen bij Bart. stand.
, Meerzijdige rechtshandelingen
Overeenkomsten Voorbeeld van een ander soort
meerzijdige rechtshandeling is
Art 6:213 lid 1 BW
het vaststellen van notulen
tijdens een vergadering.
Obligatoire overeenkomsten Andere overeenkomsten zijn bijvoorbeeld:
aangaan van het huwelijk.
Dit zijn verbintenis scheppende
overeenkomsten. Door het aangaan van
zo’n overeenkomst ontstaan er een of
meerdere verbintenissen. Voorbeeld:
huurcontract, arbeidsovereenkomst etc.
Een eenzijdige overeenkomst schenkt Bij een meerzijdige overeenkomst hebben
maar voor een partij een verbintenis. partijen over en weer een verplichting.
Voorbeeld: een schenkingsovereenkomst. Ook wel wederkerige overeenkomst.
De ontvangende partij is niet tot een
Art 6:261 lid 1 BW
prestatie verplicht.
Art 6:1 BW stelt dat verbintenissen alleen kunnen ontstaan als deze voortvloeien uit de wet. Bij elke
verbintenis is er sprake van een prestatie:
• Geven: bijvoorbeeld bij een koopovereenkomst. Hierbij wordt van de verkopen geacht het
verkochte goed te geven.
• Doen: bijvoorbeeld bij een arbeidsovereenkomst.
• Dulden: bijvoorbeeld bij recht van overpad. De eigenaar van een pad wat tussen twee
woningen door loopt, moet dulden dat zijn buurman hier gebruik van maakt.
• Nalaten (niet doen): bijvoorbeeld bij een concurrentiebeding.
Bij zowel geven als doen wordt gesproken van betalen. Dus als er betaling staat betekent dit niet
automatisch geld.
Nakoming van een verbintenis is afdwingbaar: art 3:296 lid 1 BW. De prestatie kan afgedwongen
worden bij een rechter.
Redelijkheid en billijkheid
Schuldenaar en schuldeiser zijn verplicht zich te gedragen volgens de eisen van redelijkheid
en billijkheid. Dit zijn ongeschreven normen over wat personen redelijk en rechtvaardig
vinden. Art. 6:2 lid 1 BW
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ingewitziers. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.82. You're not tied to anything after your purchase.