100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting alle verplichte literatuur voor participatie & rehabilitatie $5.27
Add to cart

Summary

Samenvatting alle verplichte literatuur voor participatie & rehabilitatie

 26 views  2 purchases
  • Course
  • Institution

Dit is een samenvatting van alle verplichte literatuur voor het vak participatie & rehabilitatie dat in het tweede jaar gegeven wordt op de opleiding Toegepaste Psychologie. Het kan zijn dat er wat typefoutjes in zitten.

Preview 4 out of 36  pages

  • February 8, 2022
  • 36
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
Literatuur samenvatting:
Week 48 Kansengelijkheid sociologie
12.1 Sociologisch perspectief

Een socioloog bestudeert de manier waarop mensen samenleven

- Welke keuzes maken wij?
- Hoe en met wie leven we samen?
- Hoe richten we onze samenleving in?
- Hoe werken wij?

Een socioloog onderzoekt dit soort vragen en ontwerpt vervolgens modellen en theorieën.

Met een sociologische bril op kijk je anders naar dingen die ‘normaal’ zijn en leer je op een andere
manier kijken naar afwijkende gewoonten en gedragingen: sociologisch perspectief.

12.2 Drie grondleggers van de sociologie

Modernisering: het geheel van samenhangende maatschappelijke veranderingen (sinds de
industriële revolutie) van de traditionele standensamenleving naar de moderne samenleving.

Gevolgen van de industriële revolutie waren groot

 Urbanisatie (gebeurt nog steeds), ordering in samenleving -> stijgen of dalen is sociale
mobiliteit -> vervreemding door weinig zeggenschap.

Nieuwe orderingen leidden tot sociale spanningen -> drie kernbegrippen van drie stromingen in de
sociologie:

1. Cohesie
2. Ongelijkheid
3. Rationalisering

Cohesie (Durkheim)

Sociale structuur van de samenleving: wat houdt de samenleving in? Hoe komt orde in de
samenleving tot stand? In welke mate geven mensen elkaar sociale steun en uiten zij positieve
gevoelens naar elkaar?

Emile Durkheim: ziet sociologie als tegengif voor desintegratie in de samenleving. Ontstaat geloof in
maakbaarheid van samenleving -> (structureel) functionalisme bouwt hierop voort.

Ongelijkheid (Marx)

Gaat om verschillen in macht en sociale veranderingen: Hoe worden schaarse, algemeen begeerde
zaken voorrechten in de samenleving verdeeld? Welke gevolgen heeft dat voor de onderlinge
verhoudingen tussen groepen in de samenleving?

Karl Marx: ernstige kritiek op ontwikkeling van de maatschappij. Hij zag een tweedeling ontstaan
tussen de bezitters (kapitalisten, de bourgeoisie), en de niet-bezitters (het proletariaat) van de
productiemiddelen: grond, gebouwen en machines -> ernstige ongelijkheid en revolutie ->
marxistische stroming in de sociologie.

 Conflictsociologie bouwt hierop voort.

,Rationalisering (Weber)

Gaat om sociaal handelen: welke processen sturen sociale verandering? Hoe verloopt het proces van
modernisering? Welke samenlevingstype is het gevolg van modernisering?

Max Weber: stond kritisch tegenover ontwikkelingen in de samenleving. Hij was van mening dat dat
mensen vooral beknot worden door de instellingen die ze zelf bedacht hebben om elkaar te
beheersen. Het is belangrijker om te vertrouwen op verstand (ratio) dan om te leven naar tradities
en (religieuze) dogma’s. De wens ontstaat om de ontwikkelingen in de samenleving beter te kunnen
voorspellen en beheersen.

 Het symbolisch interactionisme bouwt hierop voort.

12.3 Sociale relatie

Ieder mens maakt deel uit van sociale structuren. Binnen een sociale structuur onderhouden
mensen een sociale relatie met elkaar. Ook groepen mensen onderhouden een sociale relatie met
elkaar.

Dyade: kleinste sociale structuur, twee mensen die samen dingen doen.

Sociale relatie: de mensen of groepen gaan op een voorspelbare, stabiele manier met elkaar om, het
gedrag is voor een groot deel geregeld in sociale normen.

Drie dimensies van sociale relatie:

- Sociale afstand: intensiteit van de sociale relatie.
- Sociale integratie: is de relatie harmonieus of niet?
- Sociale rang: spreekt voor zich.
 Er bestaat een samenhang tussen de dimensies.

12.4 sociale structuur

Sociale structuur: is een verzameling mensen die ieder een bepaalde positie ten opzichte van elkaar
innemen, waaraan rollen met een bijbehorende status gekoppeld zijn.

Er is sprake van een voortdurende wisselwerking: de sociale structuren beïnvloeden jou in je keuzes
en omgekeerd oefen jij ook invloed uit. Iedereen heeft in een sociale structuur een positie. Hieraan
zijn bepaalde rollen gekoppeld. Elke positie is ook aan status verbonden.

Mensen kunnen verschillende posities verwerven: toegewezen, tijdelijk, onveranderbaar.

Bij een sociale structuur horen regelmaat en voorspelbaarheid van het handelen van mensen.

Om goed met elkaar samen te werken is bepaalde orde nodig.

Soms verlopen sociale structuren stroef: de communicatie kan bemoeilijkt worden door vergaande
specialisatie of door hiërarchische niveaus. Maar ook verschillen in belangen, machtsstrijd en cultuur
kunnen misverstanden veroorzaken.

 Te veel beperkingen: met elkaar of ten koste van elkaar proberen verandering brengen.

,12.5 sociologische stromingen

Door het geloof in de maakbaarheid van de samenleving heeft dit idealisme gezorgd in de jaren
zeventig en tachtig voor een verzorgingsstaat en ontwikkelingshulp aan arme landen. Dit is de
laatste twee decennia getemperd en de verzorgingsstaat is afgebroken.

Sociologische visies zijn interpretaties van de werkelijkheid en daarmee niet per definitie waar.

12.5.1 het structureel functionalisme

Bouwt voort op het werk van o.a. Emile Durkheim. De maatschappij wordt bekeken van een afstand,
dus op macroniveau. Men ziet dan allerlei onderdelen in de maatschappij en die onderdelen kennen
allemaal eigen normen, waarden en tradities en hebben ieder een eigen functie in de maatschappij
als geheel. Iedere structuur kent eigen patronen van menselijk gedrag en al die sociale structuren
zijn met elkaar verbonden.

De samenleving kun je beschouwen als een lichaam dat alleen maar kan functioneren als alle
onderdelen op elkaar zijn afgestemd en hun functie goed vervullen in het geheel.

Structureel functionalisme: is een sociologische stroming die de samenleving beschouwt als een
complex systeem met onderling verbonden delen die samenwerken en stabiliteit nastreven.

‘functie’: de positieve bijdrage van een sociale structuur aan het in stand houden van de
maatschappij.

Functionalisten gaan ervan uit dat er consensus is binnen de samenleving over hetgeen moreel juist
en wenselijk is. Ze benadrukken het belang van harmonie of evenwicht binnen de samenleving.

 Verstoringen dienen te worden tegengegaan, het is gevaarlijk wanneer systemen
disfunctioneren want dat heeft een negatieve werking op het voortbestaan van de
samenleving.

Veranderingen in structuren kunnen ontstaan door veranderingen in deelstructuren.

 Veranderingen van een structuur gaan meestal geleidelijk en zijn het gevolg van andere
manieren van denken en gedragen, een verandering in onze cultuur. Ook wel idealistische
visie.

Idealisme: de visie dat maatschappelijke verschijnselen en sociale verandering primair worden
bepaald door ideeën en opvattingen van mensen.

Criminaliteit heeft een positieve functie: het dwingt de maatschappij om te blijven definiëren en
verdedigen wat men onder rechtvaardig of correct moreel gedrag verstaat.

12.5.2 conflictsociologie

Conflictsociologen en hebben een fundamenteel andere kijk op de samenleving. Zij zien de
ongelijkheid: bepaalde groepen mensen worden veroordeeld, anderen benadeeld.

Karl Marx keek vooral naar de economische verhoudingen binnen de samenleving.
Conflictsociologen kijken meer algemeen naar de ongelijke verdeling van macht, prestige, opleiding
en geld in relatie tot bijvoorbeeld sekse, afkomst, handicap, ras. Ze kijken ook naar hoe dit de
opvattingen en de cultuur beïnvloedt. Hanteert het materialisme.

, Materialisme: de visie dat ideeën en opvattingen slechts het product zijn van de materiële
omstandigheden waaronder mensen leven.

Conflictsociologen wijzen dus op de (economische) tegenstellingen binnen sociale structuren.
Wanneer de verschillen erg groot zijn, leidt dit tot gevoelens van onrechtvaardigheid en boosheid.
Die leiden weer tot conflicten en daarmee tot veranderingen in de samenleving.

Conflictsociologie: is een sociologische stroming die de ongelijkheid in de samenleving beschouwt
als de bron van conflicten die leiden tot veranderingen.

Processen waarin er een conflict is over een als onrechtvaardig ervaren ongelijkheid binnen de
maatschappij, heeft de interesse van de conflictsocioloog.

Marxisten en andere conflictsociologen zijn het erover eens dat de structuur van de samenleving
bepalend is voor de cultuur. Zij vinden de sociale ongelijkheid binnen onze samenleving niet
rechtvaardig en richten zich daarom op de structurele veranderingen van die samenleving. Dat moet
leiden tot een grotere rechtvaardigheid en een eerlijkere verdeling. Men gelooft in de maakbaarheid
van de samenleving.

Het structureel functionalisme en de conflictsociologie bekijken de maatschappij van een afstand. Zij
kijken hoe de grote structuren in de maatschappij uiteindelijk het dagelijks leven van burgers
beïnvloeden. Een vraag is bijv.: wat voor invloed heeft het koningshuis op het leven van de burgers?

De drie stromingen vullen elkaar aan, bieden aanvullende inzichten op de wisselwerking tussen
sociale structuren en individuen.

12.5.3 het symbolisch interactionisme

Deze stroming bouwt voort op het werk van Max Weber. Hij betoogt dat de structuren juist ontstaan
uit het sociale gedrag van individuele mensen: mensen maken de structuur i.p.v. het leven van
mensen wordt bepaald door de structuur.

Hij wou onderzoek doen naar het sociale gedrag van mensen binnen een sociale structuur om te
weten te komen hoe dat gedrag een structuur in stand houdt of verandert.

Dit gedrag vindt plaats vanuit motieven of gedachten of drijfveren.

Veranderingen ontstaan door veranderende percepties van de deelnemers. Veranderende
overtuigingen en waarden hebben een transformerende kracht.

 De veranderende samenleving is het product van nieuwe opvattingen, van een andere
manier van denken.

Sociaal gedrag uit zich ook in allerlei symbolisch gedrag dat wij in onze cultuur hebben leren
interpreteren.

Selffulfilling prophecy hoort bij symbolisch interactionisme.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Avsvdh. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.27. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

51036 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$5.27  2x  sold
  • (0)
Add to cart
Added