Inleiding tot het recht
Deel1: Wat is recht?
1.1 kenmerken van het recht
Recht is het geheel van afdwingbare regels die het menselijk handelen in de samenleving ordenen.
Soorten rechtsregels:
Gedragsregels
Toepassingsregels en structuren (rechtsbescherming)
Regels voor maken en wijzigen van het recht
Objectief recht:
• Zegt gewoon als er iets voorkomt gaan we dat zo oplossen
▪ Staat los van elke concrete situatie.
• Abstracte regel
• Staat neutraal
Niet op 1 bepaalde persoon bedoelt
Subjectief recht:
• bevoegdheid om iets te mogen doen zoals jij dat wilt
(jij bent in fout bij auto-ongeval, andere persoon met schade kan jou subjectief een
schadevergoeding eisen)
• recht bij concrete situatie
• Persoonlijke rechten, rechten zijn op jou van toepassing Rechtspersoon: nv, een bedrijf met
rechten en plichten.
Rechtssubject: iets dat tussen komt in het recht.
Oefening: politiek of burgerlijk recht?
Jan wil gemeenteraadslid worden en heeft zich op de lijst gezet van “GROEN”.
=> Politiek recht
In het strafproces van Eric, was de onderzoeksrechter bevriend met de vader van het slachtoffer. Erik gaat in
hoger beroep omdat er belangenvermenging was tijdens het onderzoek
=> politiek(recht op eerlijk proces)
Jan heeft een fiets gekocht op het internet, na 13 dagen niet geleverd. Stuurt een aanmaning naar de winkel
om de fiets nog te krijgen.
=> burgerlijk (eisen om iets te doen)
, Roger aanspraak op een werkeloosheidsuitkering.
=> politiek
c
Politieke vrijheden: de overheid mag er niets tegen doen (vrijheid van meningsuiting, vrijheid van school)
Participatierechten: je mag meedoen met de overheid (kandidaat bij verkiezingen)
Sociaal-economische rechten: recht om aan de overheid bepaalde diensten te vragen
(werkeloosheidsuitkering)
Extra-partimoniale rechten: niks met centen te maken, niet economisch, kan je niet verkopen.
persoonlijkheidsrechten: rechten op je naam,.. (kan je niet verkopen)
familierechten: huwelijk, afstamming Patrimoniale rechten:
Zakelijke rechten: mijn fiets, mijn eigendom, ik mag erover beslissen
Vorderingsrechten: bevoegdheid die je hebt om de uitvoering van een verbintenis te vragen van
iemand anders (overeenkomst met iemand, bv: aannemer, geen lawaai maken na 10u)
intellectuele rechten: aanspraak op een idee, ik heb een boek geschreven dus ik mag beslissen wat er met dat
boek gebeurt.
Bijvoorbeeld: Jupilerblikjes lijken hard op die van MAES inbreuk op intellectueel recht van MAES.
Oefening: persoonlijkheidsrecht of familierecht
Jan wil een orgaandonatie doen voor zijn broer persoonlijk recht
Naar de notaris om te horen of ze kunnen trouwen familie recht
Spamberichten in mailbox, wil klacht indienen persoonlijk (recht op privacy)
E is 18 en wordt het huis uitgezet, ze dagvaard haar ouders omdat ze nog wil gaan studeren familierecht
S. is meerderjarig en wil graag een kind erkennen familierecht
,Rechtsfeit: er otnstaan wijzigingen in rechten of er verdwijnen rechten. Door het feit dat we geboren
werden hebben we persoonlijkheidsrechten gekregen. (niet de bedoeling)
Door het rechtsfeit krijgen we subjectieve rechten.
Door het feit dat je meerderjarig wordt krijg je ineens subjectieve rechten bij; verkiezingen.
Kader van objectief recht als je een handeling stelt kan het zijn dat je in dat plaatje past.
Rechtshandeling staat tegenover een rechtsfeit.
Rechtshandeling: je hebt de bedoeling om bepaalde rechten te verkrijgen
Eenzijdig: een rechtshandeling die door één persoon wordt gesteld. 1 persoon uit zijn wil. 1 persoon
met hetzelfde belang. (bv: testament, dagvaarding)
Meerzijdige: meerdere personen met een apart belang, een verschillend belang. (bv: scheiding,
schenking, huurovereenkomst)
Oefening: rechtsfeit of rechtsfeit
€400,00 voor eerlijke vinder rechtshandeling, eenzijdig. Je biedt 400 euro aan maar weet niet of het dier
gevonden wordt.
Trouwen rechtshandeling, meerzijdig.
Kindje krijgen rechtsfeit, het is niet de bedoeling om rechten te krijgen maar om een kind op de wereld te
zetten
Folder wibra rechtshandeling, eenzijdig. Je doet een aanbod maar je weet niet of ze erop gaan ingaan
, De planten water geven feit (geen rechten en plichten aan verbonden) Ik glij uit
rechtsfeit
Ik koop een huis rechtshandeling, meerderzijdig ( koper en verkoper )
Teckel bij voetbal rechtsfeit
Jan rijdt met auto in buskot rechtsfeit
Kat loopt weg, beloning rechtshandeling eenzijdig
Ik leen mijn fiets aan een collega rechtshandeling, meerzijdig
Ik geef mijn jas af bij de vestiaire aan de ingang van een discotheek rechtshandeling meerzijdig. Jas
gestolen rechtsfeit
Mijn kat heeft de duiven van mijn buur opgegeten rechtsfeit
Je wordt 18 rechtsfeit
Contract tekenen bij voetbalploeg rechtshandeling meerzijdig
Contractvoorstel eenzijdige rechtshandeling
Koop een auto rechtshandeling
Ik rij ermee rond een feit
Verhuur auto rechtshandeling meerzijdig
Bevrijdende verjaring: je bent bevrijd van je verbintenissen.
Verkrijgende verjaring: je krijgt bepaalde rechten zonder dat je er iets voor moet doen.
Wat krijg je door de verjaring;
- Rechtzekerheid om de mensen zekerheid te geven dat de rechten die ze krijgen vast staan.
- Bewijsproblemen worden voorkomen het is te moeilijk om het nu nog te bewijzen na x
aantal jaar. (getuigen is al overleden, geschrift is verloren geraakt,..)
Schorsing: situatie valt voor waarbij er iets gebeurt en we het op pauze zetten, na 1 jaar geschorst
bijvoorbeeld beginnen we terug te tellen.
Bv: zolang je minderjarig bent loopt de schorsing niet, vanaf je meerderjarig bent wel.
Je krijgt extra termijn als je minderjarig bent.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller TVB2000. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.00. You're not tied to anything after your purchase.