100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Nederlands in de bovenbouw $5.05   Add to cart

Summary

Samenvatting Nederlands in de bovenbouw

 4 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Samenvatting van het boek Portaal voor het tentamen Nederlands in de Bovenbouw

Preview 3 out of 21  pages

  • Yes
  • February 11, 2022
  • 21
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
De vier domeinen van taal
1. Spreken
2. Luisteren
3. Schrijven
4. Lezen

Onderscheid tussen
1. Gesproken en geschreven taal
2. Receptieve en productieve processen

Productief
- Spreken
- Schrijven

Receptief
- Luisteren
- Lezen

Functies van taal
1. Communicatief
2. Conceptualiserende functie: greep krijgen op de werkelijkheid
3. Expressieve functie

Taal heeft betekenis
- Je kunt met taal vertellen over iets
- Taal kan verwijzen naar een werkelijkheid die niet aanwezig hoeft te zijn

Taal heeft een systeem
- De taal is gestructureerd volgens een systeem dat klanken tot tekens, tekens tot woorden en
woorden tot zinnen combineert.

In een communicatieve situatie onderscheiden we een aan een boodschap
- Een zakelijk aspect
o De letterlijke betekenis van een zin
- Een appellerend aspect
o Wat de zender van de ontvanger gedaan wil krijgen
- Een relatie tussen zender en ontvanger
o Wie kan wat tegen wie zeggen?
- Een expressief effect
o Bepaalde indruk die je met de boodschap meegeeft


In schriftelijke taaluitingen wordt de communicatie gestuurd door extra linguïstische middelen
- Accenttekens
- Onderstrepingen
- Cursiveringen
- Bolt

,Lexiale woorden
- Woorden met een eigen betekenis
o Een woord dat niet afhankelijk is van de context waarin het woord gebruikt wordt.
 Stoel
 Lopen

Polysemie
- Verwijst naar het feit dat hetzelfde woord in verschillende contexten kan leiden tot een
verschil in betekenis
o Het verwijst nog wel naar dezelfde algemene betekenis, maar geeft er toch een
andere nuance aan.
 Ik heb geen geld meer in mijn portemonnee
 Hij heeft het geld niet voor zo’n huis
 Vroeger had je in bijna elke Europees land ander geld.

Homoniemen
- Zijn woorden die dezelfde klank hebben en dezelfde schriftelijke weergave, maar een geheel
andere betekenis hebben.
o Bank kan verwijzen naar kredietinstelling, maar ook naar een zitmeubel

Synoniemen
- Woorden die ongeveer dezelfde betekenis hebben, maar andere klanken
o Fiets en rijwiel

Systeem
- Taal kun je zien als een systeem dat uit verschillende lagen bestaat.
o Fonologie: klanken
o Morfologie: vormleer van woorden
o Syntaxis: zinsbouw
o Teksten: opbouw en taalgebruik



Assimilatie:
- Spraakklanken hebben invloed op elkaar.
o Beek wordt geschreven met /ee/ en beer ook, maar beide worden door de andere
klanken.

Woordsoorten:
- Zelfstandig naamwoord: mensen dieren dingen
- Bijvoeglijk naamwoord: zegt iets over het zelfstandig naamwoord
- Telwoord: een, twee, enkele
- Werkwoord: dingen die je doet
- Voornaamwoord: hij jullie die deze dergelijke
- Bijwoord: erg groot, gisteren, misschien
- Voegwoord: en, maar, omdat, wanneer
- Voorzetsel: op, door, aan, in, achter
- Lidwoord: de het een
- Tussenwerpsel: ja, bravo, helaas

, Afleidingen
- Zijn woorden die bestaan uit een woord met een affix.
o Letterlijk aanplaksel
o Affix bestaat uit
 Prefix
 Voorvoegsel
 Suffix
 Achtervoegsel

De redekundig ontleding
- Analyse van een zin waarbij de zinsdelen worden benoemd naar hun grammaticale functie
o Onderwerp
o Gezegde (naamwoordelijk en werkwoordelijk)
o Lijdend voorwerp
o Meewerkend voorwerp
o Voorzetselvoorwerp
o Oorzakelijk voorwerp
o Bijwoordelijke bepaling
o Bepaling van gesteldheid

Componenten
- Klanken (fonemisch component)
- Betekenis van woorden en zinnen (semantische component)
- Opbouw van woorden (morfologische component)
- Vorm van zinnen (grammaticale of syntactische component)
- Structuur van teksten (tekstuele component)
- Functies van taal (pragmatische component)
- De schriftelijke weergave van taal (orthografie of spelling)

Visies op taalonderwijs
- Traditioneel taalonderwijs
o Taal wordt gezien als een belangrijke drager van onze cultuur.
o Taal bestaat uit een aantal deelvaardigheden die in het onderwijs geïsoleerd
aangeleerd worden.
o Er ligt meer nadruk op schriftelijke vaardigheden, en daarbinnen is er veel nadruk op
vormaspecten
- Thematisch – cursorisch taalonderwijs
o Uitgangspunt is dat kinderen vooral taal leren door taal te gebruiken.
o Leerlingen werken zo veel mogelijk vanuit bepaalde thema’s met taal.
o Cursorische activiteiten waarbij kinderen vakonderdelen oefenen die wel belangrijk
geacht worden, maar die niet in het kader van een thema kunnen worden geleerd en
geoefend
 Technisch lezen
 Spelling
 Grammatica
- Taal bij alle vakken
o Er wordt uitgegaan dat taal meer is dan materie die geleerd moet woorden en dat je
door middel van taal kunt leren.
 Veel interactie
 Betekenisvol

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sylvia-barnhoorn. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.05. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

83637 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.05
  • (0)
  Add to cart