100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting literatuur Beleid, Rationaliteit en Macht (BRM) $7.82   Add to cart

Summary

Samenvatting literatuur Beleid, Rationaliteit en Macht (BRM)

 38 views  4 purchases
  • Course
  • Institution

Samenvatting van de literatuur voor het vak Beleid, Rationaliteit en Macht ().

Preview 4 out of 43  pages

  • February 11, 2022
  • 43
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
Samenvatting literatuur BRM

Blogpost Carney: What is policy?

Wanneer we publiek beleid gaan onderzoeken, zullen we het begrip eerst definiëren. Een
voorbeeld van een definitie is de volgende: ‘publiek beleid is de som van de totale acties van
de overheid, onder andere de intenties als de definitieve outcomes vallen hieronder.’ Deze
definitie roept echter weer nieuwe vragen op.

Vervolgens wijzen we op de enorme omvang van de overheid. Deze omvang (schaal) is te
groot als bepaalde concepten en theorieën niet worden versimpeld. De omvang is daarnaast
te groot om te managen. Het opstellen van publiek beleid gebeurt vaak in de afwezigheid
van het publiek (de burgers). Bij de meest complexe gedeeltes van een besluit, is het publiek
niet betrokken, simpelweg omdat hier niet altijd tijd voor is.

De overheid als geheel is ook te moeilijk om te managen voor gekozen beleidsmakers. Om
deze reden wordt de overheid verdeeld in ‘manageable units’ en worden beslissingen
genomen door bureaucraten.

Dus: een groot gedeelte van publiek beleid gaat over wat er gebeurt wanneer noch het
publiek noch de gekozen beleidsmakers de mogelijkheid hebben om aandacht te schenken
aan de besluiten die in hun naam worden genomen.

Howlett H5 (week 7)

Beleidsmakers houden zich bezig met wat ze moeten doen, maar ook met hoe ze dat
moeten doen. Ze gebruiken beleidstechnieken (policy tools) en dit zijn middelen of
apparaten die overheden gebruiken om beleid te implementeren.

Verschillende auteurs hebben getracht om de beleidstechnieken te classificeren en te
categoriseren. Een voorbeeld van zo’n auteur is Theodore Lowi. Lowi vond dat verschillende
Amerikaanse overheden een bepaalde beleidstechniek prefereerde voor een bepaalde
periode en dit gaf hem de mogelijkheid om grote verschuivingen veranderingen in die
perioden te identificeren. De belangrijkste typen gaf hij weer in een matrix met vier cellen.
Hij identificeerde van origine drie beleidstypen, de vierde kwam er later bij:
1. Zwak gesanctioneerd en gericht op het individu (distributive policies)
2. Sterk gesanctioneerd en gericht op het individu (regulatory policies)
3. Sterk gesanctioneerd en algemeen gericht (redistributive policies)
4. Zwak gesanctioneerd en algemeen gericht (constituent policy)
Deze typologie wordt zelden toegepast, omdat het moeilijk is om te operationaliseren en
omdat het niet volledig consistent is.

Lowi’s typologie heeft er wel voor gezorgd dat andere auteurs ook meer zijn gaan kijken
naar de beleidsimplementatie en de impact daarvan. Salamon (1981) beweerde bijvoorbeeld
dat de focus meer moet liggen op de ‘technieken van sociale interventie’.



1

,Een andere simpele en sterke taxonomie is het NATO-model. Volgens Hood, de grondlegger
van het model, gebruiken alle beleidstechnieken één van de vier brede categorieën van
overheidsinstrumenten (governing resources). De vier instrumenten:
1. Het gebruiken van informatie die de overheid bezit (nodality)
2. Het gebruiken van wettelijke krachten (authority)
3. Het gebruiken van geld (treasure)
4. Het gebruiken van de beschikbare formele organisaties (organization)
Overheden kunnen beleidsmakers met deze instrumenten beïnvloeden. De taxonomie ziet
er dan als volgt uit:




Later werd er meer aandacht besteed aan de individuele instrumenten en waarom de ene
wordt verkozen boven de andere. In deze periode werd er uitgegaan van een substantive
view en er lag veel minder nadruk op de procedure.

We gaan het NATO-model nu verder bekijken en uitdiepen.

Nodality: informatie verstrekken, verschillende manieren
- De overheid verstrekt vaak vrij algemene informatie met als doel om het gedrag van
actoren hierop aan te passen. Deze informatie kan bijvoorbeeld worden verstrekt via
advertenties (algemeen), maar ook via individuele campagnes. Het is voor actoren
nooit verplicht om hun gedrag aan te passen als gevolg van deze handeling van de
overheid.
- De overheid kan actoren ook meer aansporen om hun gedrag te veranderen
(exhortation), maar dit vraagt wel om meer inspanning van de overheid. Er kunnen
bijvoorbeeld sprekers worden ingezet om de gewenste boodschap over te brengen.
Er is nog steeds vrij weinig leverage.
- De overheid kan ook aan benchmarking doen om vergelijkingen te maken en te leren
van het beleidsproces.
- De overheid kan bepaalde commissies instellen om informatie te verzamelen over
een bepaald onderwerp en bepaalde besluiten te nemen. Het gaat vaak om een ad
hoc commissie of een taakgroep. Er wordt wetenschappelijke informatie verzameld
maar ook input van het publiek.




2

,Authority-based policy instruments:
- De overheid kan reguleren, zowel als het gaat om bijv. economische als om sociale
doeleinden.
o Economische regulatie: m.b.t. herverdeling van middelen
o Sociale regulatie: m.b.t. gezondheid, veiligheid en sociaal gedrag
Regulatie heeft voordelen: er is weinig informatie nodig om te reguleren + bepaald
gedrag kan worden afgedwongen + regulatie maakt coördinatie vanuit de overheid
mogelijk + het is een handig instrument in tijden van crisis
Regulatie heeft ook nadelen: regels hebben altijd een soort politieke basis + bepaalde
regels kunnen innovatie tegenwerken + regulatie is zelden flexibel
Vanwege deze nadelen heeft er later veel deregulatie plaatsgevonden.
- Een andere vorm van regulatory instruments is gedelegeerde regulatie: non-overheid
actoren krijgen dan de mogelijkheid om zichzelf te reguleren. Dit wordt ook wel zelf-
regulatie genoemd.
Deze mogelijkheid zorgt voor kostenbesparing. Uiteindelijk kan het echter ook tot
extra kosten leiden door bijvoorbeeld inefficiënte en/of ineffectieve administratie en
uitvoering.
- De overheid kan ook selection-committees invoeren waarin geselecteerde
representatieven plaatsnemen (dit kan tijdelijk maar ook permanent). Ze hebben
vaak een specifieke functie.

Treasure-based policy instruments:
- Een overheid kan subsidies verstrekken zodat een producent meer kan produceren
van een bepaald (gewenst) goed. Een overheid kan geld verstrekken, maar ook
belastingvoordeel geven. De overheid kan daarnaast lonen aanvullen tot een
gewenst niveau.
Voordelen van subsidies: makkelijk in te voeren + subsidies zijn flexibel en kunnen
met de regering mee veranderen + subsidies kunnen innovatie stimuleren + de
administratiekosten zijn laag + subsidies zijn politiek vaak acceptabel
Nadelen van subsidies: er is geld nodig voor subsidies en dit kan voor moeilijkheden
zorgen in het begrotingsproces + er is veel informatie nodig om te bepalen hoe hoog
een subsidie zou moeten zijn + time lag (dus: niet handig in tijden van crisis) +
subsidies kunnen verboden worden in internationale verdragen
- Een overheid kan ook belastingen en charges invoeren (om bepaalde dingen juist niet
te stimuleren), dit zijn negatieve stimulansen of sancties.
Voordelen: administratief gemakkelijk + continue stimulans + het stimuleert
innovatie + flexibel + administratief wenselijk omdat het reduceren van een bepaalde
handeling wordt overgelaten aan een individu/bedrijf
Nadelen: specifieke informatie benodigd + resources kunnen verkeerd worden
toegekend tijdens het proces + niet effectief in tijden van crisis
- De overheid kan ook denktanks en belangengroepen inzetten.




3

, Organization-based policy instruments:
- De overheid kan zelf goederen/diensten produceren, denk hierbij bijvoorbeeld aan
Defensie.
Voordelen: makkelijk in te stellen vanwege weinig eisen aan informatie + de
benodigde technieken en resources zijn vaak beschikbaar + het vermijdt
onderhandelingen en discussies met andere actoren
Nadelen: de bureaucratische overheid kan inflexibel zijn waardoor het produceren
van sommige dingen niet mogelijk is + de politiek speelt een grote rol + het kan
zorgen voor en leiden onder conflicten in de overheid
- De overheid kan ook deels (51% of meer) eigenaar zijn van andere organisaties
(public enterprises).
Voordelen: efficiënt + er is niet veel informatie nodig + het kan publiek management
versimpelen + winst kan in de publieke schatkist terechtkomen
Nadelen: het kan moeilijk zijn voor de overheid om te beheersen + het kan inefficiënt
zijn als de onderneming bijvoorbeeld failliet gaat + het gaat vaak om ondernemingen
met een monopolie, waardoor de prijs voor consumenten erg hoog wordt
- De overheid kan ook quango’s instellen (een soort tak van de overheid). Hierdoor kan
de centrale overheid bepaalde taken decentraliseren (dit kan zowel een voordeel als
een nadeel zijn)
- De overheid kan ook partnerschappen aangaan.
- Families, de gemeenschap, vrijwilligersorganisaties en kerken kunnen ook
goederen/diensten leveren. De overheid is hier amper bij betrokken. In theorie zou
dit heel efficiënt moeten zijn, maar in de praktijk blijkt dat een tekort aan hiërarchie
ook nadelen heeft.
- De overheid kan ook markten creëren: op een markt is schaarste, maar wel vraag
naar een bepaald product. De overheid kan de uitwisseling tussen vraag en aanbod
regelen door de rechten en plichten van beide actoren te reguleren. De overheid kan
dit doen door eigendomsrechten te ontwikkelen: deze zijn makkelijk om aan te
houden (voordeel), maar kan ook zorgen voor misleiding (cheating) en speculatie
(nadeel). De overheid kan dit ook doen door privatizering.
- Een laatste voorbeeld is het reorganiseren van de overheid. Er kunnen dan nieuwe
agencies ontstaan. Deze reorganisaties hebben echter wel grenzen (nadelen): ze zijn
erg duur, kosten veel tijd, komen in sommige gevallen te vaak voor en zijn soms
vanwege de wet niet mogelijk.




4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller usbo001. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.82. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

72841 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$7.82  4x  sold
  • (0)
  Add to cart