100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Uitgebreide samenvatting Publiekrecht Blok 2 opleiding Vastgoed & Makelaardij $14.36
Add to cart

Summary

Uitgebreide samenvatting Publiekrecht Blok 2 opleiding Vastgoed & Makelaardij

 9 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Samenvatting behorende de opleiding Vastgoed & Makelaardij. Deze samenvatting bevat uitgetypte hoorcolleges en een samenvatting van de desbetreffende hoofdstukken. De hoofdstukken die worden behandeld zijn: H1 t/m H4. Er worden veel voorbeelden gegeven en de wetsartikelen die van toepassing zijn wo...

[Show more]
Last document update: 2 year ago

Preview 4 out of 42  pages

  • February 12, 2022
  • February 12, 2022
  • 42
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
Publiekrecht
Week 1 inleiding staatsrecht
————————————————————————————————————————
Tentamenstof:
Grondwet II
Provinciewet II
Gemeentewet II
Waterschapswet II
Algemene wet bestuursrecht II

Kennisclip:
De staat = Nederland, niet het koninkrijk der Nederlanden.
Criteria voor het vormen van een staat:
- Er is een grondgebied
- Bewoners
- Staatsgezag = soeverein (inperking van de EU). Bv luchtverontreiniging wordt Europees
aangepakt, je kunt dat niet alleen verbeteren binnen Nederland.

(Democratische) rechtsstaat, criteria
- Grondrechten; bv vrijheid van meningsuiting, vrijheid van godsdienst
- Legaliteitsbeginsel (& specialiteitsbeginsel)
Legaliteitsbeginsel = overheidsoptreden moet altijd een wettelijke grondslag hebben. De
bevoegdheid om als overheid te handelen mag slechts gebruikt worden voor zover de
wettelijke regels en rechtsbeginselen dit toestaan. Eerst de wet dan de bevoegdheid.
Iemand moet bevoegd verklaard zijn.
Specialiteitsbeginsel = het openbaar bestuur mag in de gevallen waarvoor de wet is
vastgesteld alleen het specifieke belang behartigen waarvoor de wet is bedoeld.
- Trias Politica = bepaald dat de machten in de staat te onderscheiden zijn; wetgevende
macht, uitvoerende macht en de rechtelijke macht.
Wetgevende macht = S-G (1e en 2e kamer) + regering. Mag alleen wetten maken in
samenspraak van de regering —> onzuiverheid. Zij maken de hoogste wetten in ons land
= formele wetten. De wetten zijn voor alle burgers bindend (avv). Er zijn ook wetten die de
regering voor zichzelf maakt, burger hoeft zich daar niet aan te houden (bv
begrotingswet).
Uitvoerende macht = de regering. Het toepassen en uitvoeren van regels wordt
gecontroleerd door de S-G.
Rechtelijke macht = verschillende instanties. Taak: uitspraak doen in juridische
geschillen. Hoogste rechter is de Raad van Staten.

Scheiding niet geheel zuiver
- Regering = UM en zit ook in WM
- RvS = afdeling wetgeving + afdeling rechtspraak.




1

,Democratie; uitgangspunt:
Burger kan invloed uitoefenen op het functioneren van de overheid.
I. Kiesrecht, actief & passief.
Actief kiesrecht = je kunt bepalen individueel wie het land bestuurd.
Passief kiesrecht = jezelf beschikbaar stellen om het land te vertegenwoordigen.
II. Andere manieren
- Referendem.
- Brieven inzenden naar partijen die jou belangen behartigen.




2

,Boek H1
Waarom hebben wij recht nodig?
Recht is een middel om de samenleving te ordenen. Het recht geeft regels hoe in een
dergelijk geval te handelen. In het recht zijn ethische normen vastgesteld. Veel moet ook
‘gewoon’ geregeld worden. Geschillen dienen te worden opgelost in onderling overleg of
eventueel door een derde, bv een rechter.

Onderverdeling van het recht
Geschreven vs ongeschreven recht
Geschreven recht = regels die vaststaan. Het opnemen van regels in wet- en regelgeving
heet codificeren.
Ongeschreven recht = regels die niet vaststaan. Vb is gewoonterecht.

Dwingend vs aanvullend recht
Dwingend recht = recht waar niet van afgeweken kan worden.
Aanvullend recht = recht waar wel van afgeweken kan worden.

Objectief vs subjectief recht
Objectief recht = geheel van geldende rechtsregels. Alle geschreven en ongeschreven
recht. Aan het objectieve recht worden subjectieve rechten ontleend door rechtssubjecten
(natuurlijke personen en rechtspersonen).
Subjectief recht = een persoonlijk recht dat voortvloeit uit een objectief recht.

Publiekrecht vs privaatrecht
Publiekrecht = situatie waarbij de ene partij door de overheid (gemeente bv) wordt
vertegenwoordigd en aan de andere kant de burger.
- Staatsrecht
- Bestuursrecht
- Belastingrecht
- Strafrecht
Privaatrecht = relatie tussen burgers onderling. 2 partijen die een overeenkomst aangaan.
- Personen- en familierecht
- Vermogensrecht (alles wat op geld waardeerbaar is)
- Ondernemingsrecht

Rangorde binnen wettelijke regelingen
stap 1: hogere regelingen gaan boven lagere regelingen.
stap 2: jongere regelingen gaan voor oudere regelingen.
stap 3: regelingen voor een bijzonder geval gaan altijd boven algemene regelingen. Zie
min 24 in week 1 voor uitleg.

Waar is het recht te vinden?
De wet is een belangrijke rechtsbron.
- Wet in formele zin = wet die tot stand is gekomen tussen regering en S-G, art. 81.
Formeel recht ziet op procedures.
- Wet in materiële zin = wet die regels bevat die burgers binden. Materieel recht ziet op
de inhoud van regels.




3

, Wet in formele zin Wet in materiële zin

Ja Ja Omgevingswet

Ja Nee Toestemming huwelijk
troonopvolging

Nee Ja APV


Verdrag = een overeenkomst tussen 2 of meer staten. De Europese regelgeving heeft zeer
vergaande invloed op het dagelijks leven in Nederland.

Jurisprudentie = alle rechtelijke uitspraken. De wijze waarop de rechtspraak de wet
interpreteert is op zichzelf een rechtsbron: in andere vergelijkbare gevallen in de toekomst
wordt gekeken hoe in eerdere gevallen is geoordeeld.
Uitspraken van bestuursrechters = uitspraken.
Uitspraken in privaatrechtelijke zaken van rechters en rechtbanken = vonnissen.
Rechters in gerechtshoven of de Hoge Raad = arresten.

Interpretatiemethoden
- Grammaticale methoden = waarbij wordt aangesloten bij het normale spraakgebruik.
- Kijken naar wets- of rechtsgeschiedenis = kijken in de parlementaire geschiedenis wat
de wetgever nu eigenlijk heeft bedoeld.
- Systematische methoden = er wordt gekeken hoe een regeling is opgebouwd en daar
worden conclusies aan verbonden.
- Teleologische interpretatie = de bedoeling van de wetgever.

Boek H2 t/m 2.6:
2.2 Legaliteitsbeginsel
Overheidsoptreden dienen gebaseerd te zijn op een wettelijke grondslag.

Openbare lichamen = rechtspersoonlijkheid, art 2:1 BW. Het betreft publiekrechtelijke
rechtspersonen: staat, provincie, gemeente en waterschap. Wanneer de overheid
privaatrechtelijk optreedt, treedt het openbaar lichaam of de publiekrechtelijke
rechtspersoon op.
Bestuursorgaan = bevoegdheden zijn door de wetgever toegekend aan bestuursorganen.
De overheid beschikt over bevoegdheden om beleidsmatige doelen te behalen.
Publiekrechtelijke instrumenten = er kan eenzijdig door de overheid worden ingegrepen in
de rechten en plichten van burgers en bedrijven: instemming wordt niet gevraagd.

Bevoegdheden vallen uiteen in het stellen van algemene regels en het nemen van
besluiten in een concreet geval.
Algemene regels = voor iedereen bindend, wetgeving in materiële zin. Worden op elk
overheidsniveau gemaakt.
Concreet geval besluit nemen = worden aangeduid als beschikkingen. Vb, vergunningen,
vrijstellingen en ontheffingen.




4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Bentegielis. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $14.36. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

52510 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$14.36
  • (0)
Add to cart
Added