Tentamen Strafprocesrecht Dwangmiddelen 2018-2019 tweede kans
Lees dit aangepaste fragment:
Gerechtshof ’s-Hertogenbosch
Datum uitspraak: 29-11-2018
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken, gewezen op het hoger beroep, ingesteld
tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Limburg van 9 april 2018 in de
strafzaak met parketnummer 03-700417-08 tegen: Hendrik Martens (…)
Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
hij op of omstreeks 15 juni 2017 in de gemeente Maastricht tezamen en in vereniging met
een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk aanwezig heeft gehad, ongeveer 137,5
gram, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende heroïne (diacetylmorfine)
en/of ongeveer 5,8 gram, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende
cocaïne, zijnde heroïne en/of cocaïne (telkens) een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet
behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet. (art.
2 onder C jo. art. 10 lid 3 Opiumwet)
Bijzondere overwegingen omtrent het bewijs
Namens verdachte is primair ten verweer betoogd dat de omstandigheden waaronder
verdachte en zijn medeverdachte op 15 juni 2017 zijn aangetroffen bij tankstation Samba
aan de Tongerseweg te Maastricht niet een redelijk vermoeden konden opleveren dat in de
onderzochte auto middelen als bedoeld in lijst I of II van de Opiumwet aanwezig waren. De
verbalisanten hadden om die reden geen toegang tot de auto. Subsidiair is aangevoerd dat
het in de auto verrichte onderzoek onrechtmatig was.
Het hof overweegt aan de hand van de bovengenoemde bewijsmiddelen ten aanzien van dit
verweer het volgende. Op 15 juni 2017 zagen verbalisanten Janssen en Vermeulen dat bij
tankstation Samba aan de Tongerseweg te Maastricht, een doorgaande weg richting de
Belgische grens, een personenauto met een Frans kenteken geparkeerd stond. De auto
stond zo geparkeerd dat deze niet te zien was bij het passeren ervan in de richting van de
Belgische grens. De verbalisanten zagen de auto pas toen zij, na het keren van hun
opvallend politiedienstvoertuig, vanaf de Belgische grens het tankstation naderden. De
motorkap van de auto was geopend en verdachte en zijn medeverdachten stonden ernaast.
Verdachte verrichtte handelingen onder de motorkap. Toen de verbalisanten naderden,
gingen verdachte en zijn medeverdachte rechts voor de auto staan en sloten zij de
motorkap. Verdachte en zijn medeverdachten hadden een zeer onverzorgd uiterlijk, gelijkend
op het uiterlijk van gebruikers van verdovende middelen. Voorts waren de handen van
verdachte besmeurd met op olie gelijkende zwarte substantie. Het was de verbalisanten
ambtshalve bekend dat de Tongerseweg te Maastricht een weg is waarop drugsrunners zich
begeven om verdovende middelen te verkopen aan Belgische en Franse drugstoeristen en
voorts dat het aan die weg gelegen tankstation Samba een locatie is waar drugsrunners en
drugskopers elkaar treffen. Het was de verbalisanten eveneens ambtshalve bekend dat
drugstoeristen hun verdovende middelen vaak verstoppen in gemonteerde onderdelen van
hun personenauto.
Het hof is van oordeel dat de ambtshalve kennis van de verbalisanten in samenhang met de
concrete omstandigheden van het geval - in het bijzonder de locatie van het tankstation bij
de Belgische grens, de aan het oog onttrokken plaats waar verdachte zijn auto had
geparkeerd, het feit dat de auto van verdachte een Frans kenteken had, de omstandigheid
dat verdachte en zijn medeverdachte de motorkap van de auto sloten toen zij verbalisanten
zagen naderen en het met drugsgebruik in verband te brengen uiterlijk van verdachte en zijn
, medeverdachte - het redelijk vermoeden bij de verbalisanten rechtvaardigde dat met de auto
van verdachte middelen als bedoeld in lijst I of II van de Opiumwet aanwezig waren. De
verbalisanten hadden derhalve, voor de vervulling van wier taak zulks redelijkerwijs nodig
was, toegang tot de personenauto van verdachte door de motorkap te openen. Het hof
verwerpt bijgevolg hetgeen door de raadsman primair is aangevoerd.
Met betrekking tot het subsidiair aangevoerde overweegt het hof echter het volgende. Nadat
verbalisant Vermeulen zich rechtmatig de toegang tot de personenauto van verdachte had
verschaft door de motorkap te openen, heeft hij het topdeel van het luchtfilter afgenomen en
heeft hij het luchtfilter verwijderd. Onder het luchtfilter zag hij vervolgens op heroïne
gelijkende bruine gekleurde brokken liggen. Het hof duidt het afnemen van het topdeel en
het verwijderen van het luchtfilter door de verbalisant als een doorzoeking van de
personenauto van verdachte. Hiertoe verleende evenwel artikel 9 van de Opiumwet noch
een andere wettelijke bepaling de bevoegdheid. Zij heeft derhalve onrechtmatig plaatsgehad.
Vraag 1 (max. 5 punten)
Beoordeel de juistheid van het oordeel van het hof ten aanzien van het subsidiar
aangevoerde (u mag ervan uitgaan dat het hof het primair aangevoerde op juiste gronden
heeft weerlegd).
2. Stel: De vondst van de heroïne onder het luchtfilter door verbalisant Vermeulen was
rechtmatig. Bij de auto was het intussen erg druk geworden door de toeloop van
nieuwsgierige reizigers. De aanhouding van de verdachte en de medeverdachte loopt
daardoor ongelukkigerwijze mis: de twee weten te ontkomen. ‘Geen man overboord,’
aldus de ervaren Vermeulen. ‘Ik laat het kenteken direct checken, dan hebben we één
verdachte alsnog snel te pakken.’ Het kenteken blijkt evenwel vals te zijn. ‘Dan zoeken
we in de auto wel naar een rijbewijs of iets vergelijkbaars waaruit de identiteit blijkt,’
vervolgt Vermeulen. Direct daarop gaat Vermeulen aan de slag, waarbij als eerste de
kofferbak wordt geopend. Daarna treft Vermeulen een klein kastje links onder het stuur,
alwaar achter een klepje het ID-bewijs van ene Hendrik Martens wordt aangetroffen.
Vraag 2 (max. 5 punten)
Is het in de auto verrichte onderzoek met het oog op de vaststelling van de identiteit van de
(mede)verdachte in één dan wel meerdere opzichten onrechtmatig? Besteed in uw antwoord
aandacht aan alle facetten van het geschetste onderzoek.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller pamela22. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.75. You're not tied to anything after your purchase.