100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Romeinse Tijd $5.89   Add to cart

Summary

Samenvatting Romeinse Tijd

 4 views  0 purchase
  • Course
  • Level

Een samenvatting die duidelijk uitlegt hoe het Romeinse Rijk ontstond en hoe het zich ontwikkelde van simpele stadstaat tot een wereldrijk. Ook wordt er verteld over het christendom dat aanhangers kreeg en over de vele keizers.

Preview 2 out of 6  pages

  • February 16, 2022
  • 6
  • 2019/2020
  • Summary
  • Secondary school
  • 1
avatar-seller
Geschiedenis samenvatting hoofdstuk 3
Paragraaf 1
Deelvraag:
- Hoe groeide Rome uit van kleine stadstaat tot wereldrijk?
Er waren veel Griekse kolonies in de buurt van Rome. De Griekse kolonies waren rijk en veel verder
ontwikkeld dan Rome. Van de Grieken leerden de Romeinen olijfolie en wijn kennen, de aanleg van
havens, het gebruik van schrift en van munten. Dit was allemaal nuttig voor de handel. Vanaf 620
v.Chr. had Rome koningen uit belangrijke Etruskische families. In Rome kwamen veel Etrusken
wonen en werken. Zij zorgde er voornamelijk voor dat Rome een echte stad begon te worden. Rome
breidde steeds verder uit.

Samenvatting:
Het oudste Rome
 Rome was nederzetting streek Latium 8e eeuw v.Chr.
 Rome maakte gebruik van goede ligging.
 Oversteekplaats rivier de Tiber  veel wegen kwamen samen
 Rome had zout te bieden  was zeldzaam
 Salaris afgeleid van sal = zout
 Griekse kolonies rijk + verder ontwikkeld dan Rome
 Romeinen leerden door de Grieken het volgende kennen  handig voor handel
o Olijfolie
o Wijn
o Aanleg van havens
o Gebruik schrift + munten
 Ook Griekse godensysteem
 Invloed Etrusken, minstens zo groot
 Rome koningen van belangrijke Etruskische families
 Veel Etrusken wonen en werken  Rome steeds meer stad
 Landbouw nog lang belangrijkste middel van bestaan vooral veeteelt.
Rome als wereldmacht:
 4e en 3e eeuw v.Chr romeinen steeds meer macht Italië
 Veroveringen Zuid-Italië  contact Grieks-hellenistische cultuur
 Heel Italië in macht  concurrent: carthagers
 Carthago heer en meester westelijk Middellandse Zeegebied.
 Twee oorlogen tegen Carthago in 3e eeuw v.Chr
 Nadat Carthago met moeite was verslagen grote veroveringen beginnen
 In 2 eeuwen westelijk deel hellenistische rijken  bijna heel Spanje en Noord-Afrika
 Sprake van Imperium Romanum  Romeinse Rijk
 Romeinen vechten nu in Griekenland, Turkije, Syrië  te ver soldaten om terug naar huis te
gaan.
 Tot 2e Punische oorlog Romeinse leger alleen Romeinse burgers die zelf wapens betaalden
 Vanaf 2e eeuw ook soldaten die geen geld voor wapens hadden  steeds meer arme
vrijwilligers
Julius Caesar:
 Generaals niet elk jaar meer vervangen  gelegenheid grote gebieden veroveren + goede
band opbouwen met soldaten.
 In 1e eeuw v.Chr legercommandanten machtig + rijk  konden doen wat ze wilden
o Julius Caesar
 J.C. bouwt Imperium uit naar Noordwest-Europa  58 – 50 v.Chr.
 Veroverd Gallië
 Liet zijn soldaten genieten oorlogsbuit.
 Hij kon rekenen op steun van legioenen
 J.C. rijkste Romein  door Gallië veroveren
 Ook oppermachtig politiek

, Paragraaf 2
Deelvraag:
- Hoe werd het Romeinse Rijk een monarchie, een republiek en uiteindelijk toch weer een
monarchie?
Steeds vaker wetten ingediend door populares via volksvergadering in plaats van senaat. Ook had je
optimates die hun wetten op oude manier indienden via senaat. Steeds vaker vochten ze tegen elkaar.
Degene die als overwinnaar uit zo’n burgeroorlog kwam, wilde macht houden. Hij liet zich benoemen
tot enige consul of dictator. Toen Julius Caesar met legioenen alle andere generaals verslagen had,
werd hij dictator voor leven, alleen werd jaar erna gedood door senatoren die echte republiek terug
wilden. Weer ontstonden burgeroorlogen. Doordat jonge, geadopteerde zoon van Caesar de trouwste
generaal Marcus Antonius van Caesar had verslagen kreeg hij heel veel macht. Hij was
opperbevelhebber van leger, jarenlang consul, hoogste priester en hij beheerde belangrijkste schatkist.
Zo lag macht eigenlijk weer bij één persoon. En zo ontstond de Romeinse keizer tijd, of te wel weer
een monarchie.

Samenvatting:
Nooit meer een koning:
 Etruskische koning Tarquinius Superbus verjaagd  arrogant + wreed.
 Monarchie afgeschaft.
 Macht ook niet overgaan vader op zoon.  Rome republiek
 Elk jaar twee nieuwe consuls
 Andere bestuursfuncties verdeeld even aantal mannen.  macht netjes verdeeld.
 Na Ambtstermijn automatisch in senaat.
 Senaat is 300 daarna 600 leden.
 Lange tijd machtigste bestuur in Romeinse Republiek
Patriciërs en plebejers:
 De oude adellijke families T.S. hadden verjaagd kregen macht in Rome.
 Ze zaten in senaat, leverden consuls + andere bestuurder en waren rechter + priesters.
 Dit waren patriciërs
 Rest van volk waren plebejers
 Nauwelijks politiek invloed
 Mochten wel stemmen in volksvergadering, stem telde minder mee.
 Rome in 4e grond uitbreiden + steeds meer handel drijven  grote verschillen plebejers qua
rijkdom.
 Rijkste plebejers en patriciërs bijna geen verschil
 Plebejers vonden oneerlijk dat niet dezelfde rechten hadden + Geen Consul of senator kon
worden.
 Uiteindelijk volledig gelijk rechten
 Zelf meer politieke mach dan patriciërs.
o Minstens 1 consul = plebejer
o Eigen bestuurders  10 volks tribune  hadden patriciërs niet
 Toch invloed patriciërs groot  belangrijkste priesterfuncties
 Romeinen vonden belangrijk goden vereren.  niet veel veranderen anders gaat slecht met
Rome.
Burgeroorlogen:
 1e veel legercommandanten machtiger dan senaat.
 Wetten vaker ingedeeld via volksvergadering
 Politieke leiders die dat deden  populares kozen onderwerpen goed lagen bij volk.
o Verdeling grond
o Uitdeling gratis graan
 Populares net zoveel bezig carrière al belang volk.
 Daarin niet verschillen vak politieke tegenstander  optimates
 Potimates wetten indienden via senaat
 Steeds vaker generaal vechten tegen elkaar

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller oliviastrijbis8. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.89. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

72042 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.89
  • (0)
  Add to cart