Samenvatting Inleiding tot het Nederlandse Internationaal Privaatrecht, ISBN: 9789013141399 Internationaal Privaatrecht (RGMUPRV009)
53 views 5 purchases
Course
Internationaal Privaatrecht (RGMUPRV009)
Institution
Universiteit Utrecht (UU)
Book
Inleiding tot het Nederlandse internationaal privaatrecht
Lange en duidelijke samenvatting van het boek Inleiding tot het Nederlands Internationaal Privaatrecht, waarbij de belangrijkste punten van het boek naar voren komen, per paragraaf en nummer van het boek. Daarnaast zijn op de laatste bladzijdes van de samenvatting nog van Asser/Kramer & Verhagen 10...
Inleiding tot het Nederlandse internationaal privaatrecht
Hoofdstuk 1.1 Begrip en functie van het internationaal privaatrecht
2 Bestaansvoorwaarden; doel
Het internationaal privaatrecht (IPR) bestaat door twee omstandigheden:
1. Het privaatrecht verschilt van land tot land.
2. De rechtshandelingen en rechtsfeiten houden zich niet aan de landsgrenzen.
Het IPR heeft als doel de problemen die voortvloeien uit de samenloop van nationale
rechtsstelsels bij internationale privaatrechtelijke rechtsverhoudingen te normeren. Een
doelmatige en rechtvaardige regeling van het door rechtsverscheidenheid gecompliceerde
internationale rechtsverkeer is het primaire doel van het IPR.
3 hoofdonderdelen
Er zijn 3 hoofdonderdelen van het IPR:
1. De bevoegdheid van de nationale rechter in internationaal verband: het internationale
bevoegdheidsrecht.
a. Dit deelgebied van het IPR bevat regels met betrekking tot de vraag welke zaken
met een internationaal karakter de nationale rechter mag berechten en welke niet.
2. De vraag naar het op internationale rechtsverhoudingen toe te passen recht: het
conflictenrecht.
a. Dit deelgebied geeft aan door welke rechtsregels rechtsverhoudingen met een
internationaal karakter worden beheerst.
3. Betreft de rechtskracht van buitenlandse vonnissen in de rechtsorde: het recht inzake de
erkenning en tenuitvoerlegging van buitenlandse rechterlijke beslissingen.
a. Dit deelgebied van het IPR bevat regels met betrekking tot de vraag onder welke
voorwaarden en in welke omvang rechtskracht kan worden toegekend aan
buitenlandse rechterlijke beslissingen en in geval van veroordelende beslissingen,
onder welke voorwaarden en op welke wijze die buitenlandse beslissingen kunnen
worden ten uitvoer gelegd.
Het internationale bevoegdheidsrecht en het recht inzake de erkenning en tenuitvoerlegging
van buitenlandse rechterlijke beslissingen worden samen aangeduid als het formele IPR, het
conflictenrecht als het materiele IPR.
5 IPR internationaal recht?
Elk land heeft eigen regels van IPR en is in beginsel vrij het IPR naar eigen inzicht in te
rechten. In zoverre is IPR geen internationaal recht, maar nationaal recht.
IPR is te beschouwen als een autonoom rechtsgebied binnen het privaatrecht in ruime zin.
7 Internationale gevallen
Het toepassingsgebied van het IPR omvat in beginsel slechts rechtsverhoudingen met een
internationaal karakter. Gelet op het primaire doel van het IPR heeft het IPR geen taak te
vervullen wanneer – zoals bij rechtsverhoudingen zonder internationale aspecten - van
samenloop van rechtsstelsels geen sprake is en dus vragen naar het toepasselijke recht of naar de
internationale bevoegdheid van de rechter niet rijzen.
Volgens de meest gangbare benadering van dit probleem dient het onderscheidend criterium
gezocht te worden in de feitelijk-geografische aspecten aan de rechtsverhouding. Wijzen al deze
feitelijke aspecten in de richting van een land, dan is de rechtsverhouding nationaal van karakter.
Wijzen zij in de richting van verschillende landen, dan heeft de rechtsverhouding een
internationaal karakter.
Omdat in deze benadering van de internationaliteitsvraag de geografische aanknopingspunten
centraal staan, spreekt men van een geografische benadering.
- Hiertegenover staat de juridische benadering. Hierbij wordt de vraag naar de afgrenzing
van het internationale geval vanaf de andere kant bekeken, doordat niet de feitelijke
aspecten aan de rechtsverhouding beslissend worden geacht, maar de geldingspretenties,
, toepassingsaanspraken van rechtsstelsels. De relevante vraag is dan of de rechter van
meer dan een land bevoegdheid zou kunnen pretenderen en meer dan een rechtsstelsel
toepassing zou kunnen verlangen. Alleen dan is er immers sprake van een samenloop van
rechtsstelsels, heeft het IPR een taak te vervullen en mag de rechtsverhouding
internationaal heten.
Hoofdstuk 1.2 Bronnen van het Nederlandse internationaal privaatrecht
9 Bronnenverscheidenheid
Ongeschreven recht, wettelijke regelingen, een vrij groot aantal verdragen van verschillende
herkomst, en Europese verordeningen vormen de bronnen van het Nederlandse IPR.
Een verdragsautonome respectieve verordeningsautonome uitleg is aangewezen. Daarnaast
brengt het doel van internationale regelingen het streven naar rechtseenheid, mee dat bij de
uitleg van een IPR-regel uit internationale bron bijzondere betekenis toekomt aan de
rechtsvergelijkende interpretatiemethode.
Het ongeschreven recht is wat het conflictenrecht en het internationaal bevoegdheidsrecht
betreft bijna geheel vervangen door geschreven regelingen.
11 De wet; codificatie
De regeling van het conflictenrecht in Boek 10 BW en de regeling van het internationale
bevoegdheidsrecht in Boek 1 Rv laten de gelding van verdragen en Europese verordeningen op het
terrein van IPR onverlet. De wettelijke regeling van het conflictenrecht en het internationaal
bevoegdheidsrecht heeft daarom een subsidiair karakter; zij komt alleen tot gelding indien en
voor zover verdragsregelingen of Europese verordening niet van toepassing zijn.
12 Verdragen
Verdragen vormen een belangrijke bron van het Nederlandse IPR. De belangrijkste internationale
organisatie die zich bezighoudt met het tot stand brengen van IPR-verdragen is de Haagse
Conferentie voor Internationaal Privaatrecht.
13 Europese regelingen
Ingevolge art. 81 van het huidige verdrag betreffende werking van de Europese Unie, kan de
Europese Unie door middel van verordeningen regelgevend optreden op nagenoeg het gehele
terrein van zowel het formele als het materiele IPR.
14 Afbakening en rangorde
Bij samenloop van een IPR-regel uit internationale bron en een IPR-regel uit nationale bron
gaat de internationale regel in beginsel voor. Berdragsbepalingen die naar hun inhoud een ieder
kunnen verbinden hebben immers ingevolge het in Nederlands gehuldigde gematigd monistische
stelsel voorrang boven bepalingen van nationaal recht. De voorrang van Europese regelingen
vloeit mede voort uit het Unierecht.
Bij samenloop van IPR-regels uit verschillende internationale bronnen wordt de onderlinge
afbakening en rangorde bepaald door hetgeen de desbetreffende internationale verdragen of
regelingen daarover zelf aan voorzieningen bevatten.
Om vast te kunnen stellen dat sprake is van een samenloop van internationale regelingen dient
men voor ogen te houden wat de toepassingsgebieden van de betrokken regelingen zijn. Daarbij
dient onderscheid gemaakt te worden tussen het materiele, formele en temporele
toepassingsgebied van de regeling.
Het materiele toepassingsgebied betreft de door de regeling betreken onderwerpen, de afbakening
van de regeling ratione materiae.
Onder het formele toepassingsgebied is te verstaan het naar personele en/of territoriale criteria
bepaalde ruimtelijke toepassingsgebied van de regeling.
Het temporele toepassingsgebied betreft de overgangsrechtelijke voorzieningen van de regeling.
Samenloop doet zich slechts voor indien de concrete casus valt binnen zowel het formele, het
materiele als het temporele toepassingsgebied van twee of meer internationale regelingen.
,Hoofdstuk 2 Internationaal bevoegdheidsrecht
Hoofdstuk 2.2 De bevoegdheidsregeling van de Brussel I bis-Verordening
40 Toepassingsgebied van de bevoegdheidsregeling
In welke gevallen is de bevoegdheidsregeling in H II van de Brussel I bis-Verordening van
toepassing?
Materiele toepassingsgebied: art. 1 Brussel I bis-Verordening; in burgerlijke en handelszaken,
ongeacht de aard van het gerecht (dus ook bij strafrechter of bestuursrechter).
- Vindt de rechtsbetrekking in het civiele recht en wordt door de overheidsinstantie geen
gebruikgemaakt van bevoegdheden die buiten het bestek van de op betrekkingen tussen
particulieren toepasselijke regels vallen, dan is de zaak aan te merken als een burgerlijke
of handelszaak.
- In art. 1 lid 2 sub a tot en met sub f Brussel I bis-Verordening staan onderwerpen die
buiten het materiele toepassingsgebied vallen.
Formeel toepassingsgebied: er is een onderscheid tussen de bevoegdheidsregeling in H II en de
regeling inzake de erkennings- en tenuitvoerlegging in H III.
- De hoofdregel van de bevoegdheidsregeling moet worden afgeleid uit art. 4, gelezen in
samenhang met art. 5 en 6 Brussel I bis-Verordening: woonplaats verweerder beslissend.
o Woont de verweerder buiten de EU, dan valt de zaak buiten het formele
toepassingsgebied en is Brussel I bis-Verordening niet van toepassing.
- Op de hoofdregel zijn uitzonderingen:
o De consumentenovereenkomst, art. 18 Brussel I bis-Verordening
o Arbeidsovereenkomst, art. 21 lid 1 sub b Brussel I bis-Verordening
o Exclusieve bevoegdheidsregels, art. 24 Brussel I bis-Verordening
o De forumkeuzeregeling, art.25 Brussel I bis-Verordening.
Als algemene binnengrens aan het formele toepassingsgebied van de bevoegdheidsregeling
geldt het internationaliteitsvereiste: op gehele interne gevallen is de bevoegdheidsregeling van de
verordening niet van toepassing.
Temporeel toepassingsgebied: art. 66 lid 1 Brussel I bis-Verordening. Indien de vordering voor de
datum is ingesteld, dan is de oude Brussel I-Verordening van toepassing.
Samenloop: art. 67 Brussel I bis-Verordening en de verordening vervangt de tussen de lidstaten
onderling geldende executieverdragen van art. 69 Brussel I bis-Verordening.
- Art. 70 lid 1 Brussel I bis-Verordening
41 Het stelsel van de bevoegdheidsregeling
Art. 4 Brussel I bis-Verordening is de algemene hoofdregel: het forum rei.
- Art. 7, 8 en 9 Brussel I bis-Verordening bieden ter aanvulling een aantal alternatieve
bevoegdheidsregels.
Daarnaast ken de verordening andere bevoegdheidsregels die in beginsel wel derogeren aan de
hoofdregel van art. 4 Brussel I bis-Verordening:
- Verzekeringszaken, art. 10 tot en met 16
- Consumentenovereenkomsten, art. 17 tot en met 19
- Arbeidsovereenkomsten, art. 20 tot en met 23.
Daarnaast is in art. 24 Brussel I bis-Verordening een aantal exclusieve bevoegdheden neergelegd
en art. 25 en 26 Brussel I bis-Verordening over de forumkeuze.
§2 Bevoegdheidsgronden
43 De hoofdregel van art. 4
De hoofdregel van de bevoegdheidsregeling van de Brussel I bis-Verordening staat in art. 4: de
rechter van de lidstaat waar de verweerder zijn woonplaats heeft is bevoegd.
- Art. 63 lid 1 Brussel I bis-Verordening over rechtspersonen.
, 44 De alternatieve bevoegdheidsregels
- Art. 7 en 8 Brussel I bis-Verordening.
o De bevoegdheidsregels bieden de eiser de mogelijkheid om onder bepaalde
voorwaarden de vordering bij een andere rechter aan te brengen dan die welke
krachtens de hoofdregel van art. 4 Brussel I bis-Verordening bevoegd is.
o Deze artikelen bepalen de internationale bevoegdheid en de interne relatieve
bevoegdheid van de rechter.
o Dit zijn uitzonderingen op art. 4 Brussel I bis-Verordening
45 Verbintenissen uit overeenkomst, art. 7 sub 1 Brussel I bis-Verordening
Eerste alternatieve forum in dit artikel.
Hoofdregel: met betrekking tot geschillen over verbintenissen uit overeenkomst is alternatief
bevoegd de rechter van de plaats waar de verbintenis die aan de eis ten grondslag ligt, is
uitgevoerd of moet worden uitgevoerd. Vereist: kwalificatie, identificatie en lokalisatie.
- Hieronder vallen ook verbintenissen die in de plaats treden van de geschonden
contractuele verbintenis.
Kwalificatie Verbintenissen uit overeenkomst
- Begrip moet ruim opgevat worden en mag niet worden uitgelegd dat het ziet op een
situatie waarin er geen sprake is van een verbintenis die een partij vrijwillig jegens een
andere partij is aangegaan.
Identificatie: de verbintenis die aan de eis ten grondslag ligt
- Er moet worden geïdentificeerd welke verbintenis aan de eis ten grondslag ligt, want die
verbintenis is maatgevend voor de bevoegdheidsvraag
Lokalisatie de plaats van uitvoering van de verbintenis die aan de eis ten grondslag ligt
- De plaats wordt bepaald waar deze verbintenis is uitgevoerd of moet worden uitgevoerd.
De hulpregel in punt B; koop en dienstverlening
De koop en verkoop van roerende lichamelijke zaken en overeenkomsten tot de verstrekking
van diensten, is een bijzondere regeling ontworpen in art. 7 sub 1 punt b Brussel I bis-
Verordening.
- Verklaard slechts 1 rechter bevoegd.
Aangenomen mag worden dat dit betekent dat partijen voor iedere verbintenis uit de
koopovereenkomst of overeenkomst voor de verstrekking van diensten, een eigen plaats van
uitvoering kunnen afspreken, en dat de rechter van die plaats dan bevoegd is om kennis te nemen
van geschillen ter zake van die verbintenis.
Hulpregel in punt c
Art. 7 sub 1 punt c is van toepassing indien punt b niet van toepassing is.
46 Verbintenissen uit onrechtmatige daad, art. 7 sub 2 Brussel I bis-Verordening
Alternatief bevoegd is de rechter van de plaats waar het schade brengende feit zich heeft
voorgedaan of zich kan voordoen.
Verbintenissen uit onrechtmatige daad
Dit artikel ziet op elke rechtsvordering die beoogt aansprakelijkheid van een verweerder in het
geding te brengen en die geen verband houdt met een verbintenis uit overeenkomst in de zin van
art. 7 sub 1 Brussel I bis-Verordening.
Art. 7 sub 2 Brussel I bis-Verordening is een alternatief forum, geen exclusief forum.
- Sub 2 doelt op de locus delicti: de rechter van de plaats waar de onrechtmatige daad heeft
plaatsgevonden.
- Kalimijnen-zaak.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller meeeerx. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.42. You're not tied to anything after your purchase.