1. Algemeen onderzoek van de orthopedische patiënt
Gerefereerde pijn = pijn dat op een andere plaats waar word gevonden terwijl het op een andere
plaats ontstaat.
1.1 Klinisch onderzoek
Observeren is zeer belangrijk en begint op het moment dat de patiënt binnen komt.
Een systematisch klinisch onderzoek is belangrijk omdat je dan minder snel zaken over het hoofd ziet.
1.1.1 Anamnese
Vragenlijst dat van algemeen naar specifiek gaat over het probleem dat de patiënt ervaart. Het is
belangrijk om in kaart te kunnen brengen hoe het probleem de patiënt hindert ook in zijn dagelijks
leven. Om zo ook een kijk te krijgen hoe de patiënt er mee omgaat.
Vragen over:
- Huidige ziektegeschiedenis
o Wat is het probleem?
o Hoe lang is het al bezig?
o …
- Algemene vragen
o Leeftijd
o Geslacht
o …
- Medische voorgeschiedenis
o Systeemaandoeningen zoals diabetes of reuma
o Eerdere operaties
o …
- Familiale voorgeschiedenis
1.1.2 Inspectie
Ontkleed de patiënt voldoende: zodat het aangedane lichaamsdeel goed zichtbaar en
beweeglijk kan zijn
Onderzoek bilateraal: onderzoek niet alleen de aangedane zijde maar ook de andere zijden
omdat men zo kan vergelijken en mogelijke aangeboren vervormingen kan ontdekken. Vb.
kromme pink.
Kijk specifiek naar:
o Kleur
o Zwelling
o Atrofie (= afnamen van weefsel of orgaan massa)
o Vochtigheidsgraad
o Haargroei en nagels
o Wonden of littekens
o Afwijkende standen van beenderen, gewrichten of wervelkolom
,1.1.3 Bewegingsonderzoek
Belangrijk om normale bewegingsmogelijkheid te kennen
Persoon afhankelijk
Leeftijd afhankelijk
Aangedane + gezonde zijden onderzoek en deze ook vergelijken
, Terminologie:
- Flexie = plooien van het gewricht
- Extensie = strekken van het gewricht
- Dorsie flexie = voet buigen naar voor
- Plantaire flexie = voet buigen naar beneden (strekken)
- Abductie = van het lichaam weg
- Adductie = naar het lichaam toe
- Exorotatie = naar buiten draaien
- Endorotatie = naar binnen draaien
- Supinatie = handpalm maar boven
- Pronatie = handpalm naar onder
- Inversie = voet naar buiten kantelen
- Eversie = voet naar binnen kantelen
1.1.4
Stabiliteit
Hyperlaxiteit: Hier moet je opmerkzaam zijn dat sommige mensen uit nature al een
hyperlaxiteit hebben en is het dus belangrijk om de beide kanten te vergelijken.
Luxatie is een vorm van instabiliteit
1.1.5 Kracht
Weerstandtesten = meet de kracht van het lichaamsdeel door weerstand te bieden
Oorzaken verminderde weerstand:
o Peesruptuur
Spier wordt aan bod gehecht door pees. Wanneer de pees door is kan de
spier het bot niet meer aansturen.
o Atrofie door bv gips
Wegens de spier lange tijd niet is gebruikt kan er spieratrofie ontstaan.
o Zenuwstelsel
De spier kan niet aangestuurd worden, dus er is ook geen beweging.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller janamartens. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.90. You're not tied to anything after your purchase.