100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Geschiedenis werkplaats samenvatting HS 3 China Examenkatern VWO 4, 5, 6 $3.30   Add to cart

Summary

Geschiedenis werkplaats samenvatting HS 3 China Examenkatern VWO 4, 5, 6

 0 view  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Vlotte en volledige samenvatting van heel Hoofdstuk 3: China, van keizerrijk tot kapitalisme.

Preview 2 out of 6  pages

  • No
  • 3
  • February 20, 2022
  • 6
  • 2021/2022
  • Summary
  • Secondary school
  • Unknown
  • 6
avatar-seller
China, van keizerrijk tot kapitalisme
(1842 – 2001)



3.1 Het Chinese keizerrijk (1842 – 1911)
- Hoe de situatie was in China omstreeks 1842
- Hoe China te maken kreeg met het moderne imperialisme
- Hoe China reageerde op de westerse invloed
- Waardoor verloor China zijn positie als regionale grootmacht?

China omstreeks 1842
Landbouwstedelijke samenleving. Traditioneel bestuurssystheem (ookal geen keizerlijke
families op de troon meer): gebasseerd op de ideologie van Confucius (leefde omstreeks
500 v.C.): confucianisme: streven naar harmonie en orde en het vermijden van chaos, dus
traditionele deugden als plichtsbetrachting, beleefdheid en eerbied voor ouderen. Vrouwen
gehoorzaam aan hun man en voorouders vereerd.
Keizer, had hemels mandaat, geholpen door staatsambtenaren: de mandarijnen, toegelaten
na mandarijnenexamen: citeren werken Confucius.

19e eeuw: Dynastie van Qing (sjing) (voortgekomen uit Mantsjoe-veroveraars, die in 1644 de
keizerlijke troon hadden veroverd vanuit Mantsjoerije (ten noordoosten van China), etnische
minderheid. Meerderheid: Han-Chinezen), vrede, rust, welvarendste rijk op aarde. Chinezen
vonden zichzelf en vooral de keizer verheven boven andere volkeren en koningen.

Vanaf 19e eeuw: politieke crises, hongersnoden en curruptie: verlies regionale grootmacht,
verval keizerrijk en (Britse) opiumverslaving: import verboden, maar corrupte amptenaren,
waarvan werd verwacht dat zij als vaders voor de bevolking zorgden, lieten het toe en
persten onderdanen af; velen hadden het verplichte mandarijnenexamen niet afgelegd, maar
functie gekocht; belasting verdween in hun zak, centrale gezag verzwakt door hebzicht en
machtswellust.

Imperialisme
19e eeuw: modern imperialisme richting China: In eerste instantie weinig Europeanen
toegelaten: 1757: Zuid-Chinese havenstad Kanton enige haven waar buitenlanders mochten
komen.
Veel opium, dus keizer Daoguang (deejokwan) liet Britse opium verbranden => Britse
regering stuurde oorlogsschepen die de kust bombardeerden en veroverden de kust: Eerste
Opiumoorlog (1839 – 1842): Chinezen waren kansloos tegen technologisch en
organisatorisch superieure Britten (industriële revolutie). Einde: Verdrag van Nanking: Britten
mochten nu in vijf havensteden handel drijven en China moest de vernietigde opium
compenseren en stond Hongkong af: ongelijke verdragen, westerse landen eisten steeds
meer op.
1856: Tweede opiumoorlog nadat China onder verdragen uit probeerde te komen: Frans-
Britse troepenmacht bezette de hoofdstad Peking, China moest nog meer havens
openstellen (verdragshavens, exterritoriale rechten, buitenlanders leefden in consessies)
en opiumhandel nu volledig vrij.

, China’s reactie op de westerse invloed
Vernederende buitenlandse aanwezigheid, woede en onvrede volk, minder ontzag keizer,
hongersnood door overbevolking. => 1851 – 1864: Taipingopstand: volksopstand zuiden,
begon onder boeren die de Han-chinezen opriepen op in onstand te komen tegen de Qin-
dynastie. Zij predikten een Chinese versie van het Chistendom, tegen boedhisme.
Overeenkomsten met latere Chinese communisten: afschaffen privebezit, verwerpen
vonfucianisme, verklaarden mannen en vrouwen gelijk, keerden zich tegen luxe en
genotszucht, vermoordden rijke boeren, grondbezitters, ambtenaren.
1851 – 1868: Nianopstand: volksopstand noorden: ‘Dood de rijken en help de armen’.
Opstanden met moeite met Franse en Britse hulp neergeslagen. Gevolg opstanden:
epidemieën en hongersnoden.

Moderniseren, zelfversterkingsbeweging: vanaf 1860, om China sterker te maken met
moderne technologieën, waar de volk hield van de keizer en buitenlanders niets te zeggen
hadden. Leider: Li Hongzangh. Japan als voorbeeld
Tegenstanders: conservatieven die bang waren verstoren rust en orde van de voorouders
door technologie.

Ondanks de zelfversterkingsbeweging raakte China achterop.
1894-95: Oorlog met Japan, omdat Japan Korea, dat ooit onder de Chinese keizer viel,
binnendrong. Japan veel beter bewapend, sterker georganiseerd, dus vernederend
vredesverdrag op het einde : Taiwan en Korea Japanse kolonie en Japan krijgt concessies in
Chinese havensteden. Zwakte China  nieuwe golf van westers imperialisme (Duitsland als
eerst met oorlogsvloot). Nóg meer ongelijke verdragen en concessies en buitenlandse
bedrijven.

Hervormingsbeweging (de zelfversterkingsbeweging?), gesteund door jonge keizer
Guangxu: spoorwegen, moderne scholen, machinefabrieken, gemoderniseerd bestuur.
Maar tante van de keizer, keizerinweduwe Cixi, was conservatief en dwong in 1898 Guangxu
een wet te tekenen: zij adviseur, zij hield de macht: westerse zakenlieden, bestuurders,
militairen, missionarissen, zendelingen naar China, die wilden christendom. Protest
hiertegen: Nationalistische volksbeweging van landloze boeren (niet tegen dynastie, maar
tegen buitenlanders): Boksers.
Bokseropstand: 1900, boksers naar Peking, Cixi steunde  oorlog tegen buitenlanders en
boksers vallen ommuurde ambassadewijk aan. Buitenlandse oorlogstroepen sloegen de
oorlog af na 55 dagen  vernederend vredesverdrag (boetes, afbraak forten en
verdedigingswerken, verplicht geweld tegen buitenlanders aan te pakken).
Cixi ging tóch moderniseren: afschaffing examenstelsel voor mandarijnen en voorbereiding
grondwet.

Nederlaag bokseropstand, onvrede over de Qing-dynastie, China bleef corrumt en chaotisch,
financieel afhankelijk van buitenlandse leningen.
1908: Cixi en Guangxu overleiden, troonopvolger haar 3-jarige achterneefje Puyi: einde
gezag van de Qings.
1911: nationalistische militairen sloegen aan het muiten  democratische revolutie  1912:
keizer trad af, China republiek: na 2100 jaar einde Chinese keizerrijk.



3.2 De Chinese republiek (1912-1949)

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller EdenV. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.30. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

80461 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling

Recently viewed by you


$3.30
  • (0)
  Add to cart