100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
samenvatting medische ethiek, deontologie en recht - onderdeel ethiek $8.13   Add to cart

Summary

samenvatting medische ethiek, deontologie en recht - onderdeel ethiek

 34 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Deze samenvatting is gemaakt op basis van de lessen en de powerpoints van professor Dierickx

Preview 6 out of 12  pages

  • February 20, 2022
  • 12
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
Medische ethiek

Inhoudstafel
Hoofdstuk 1 : Ethische modellen voor tandheelkundige ethiek
1. Inleiding
2. Terminologie
3. Indeling ethiek
o Descriptieve ethiek
o Normatieve ethiek
o Meta-ethiek
4. Waarden en normen
5. Belang mensbeeld
6. Verschillende modellen binnen normatieve ethiek
o Utilitarisme
o Deontologische theorieën
o Principe denken
 Principe van goed doen
 Principe van niet schaden
 Principe van rechtvaardigheid
 Principe van autonomie
o Personalistische persoonlijkheidsethiek

Hoofdstuk 2 : Verbetering
1. Inleiding
2. Eugenetische utopieën
3. Individuele genetische modificatie
4. Betekenissen van verbetering
5. Tussen reconstructie en verbetering

Hoofdstuk 3 : Slecht resultaat en slecht werk
1. Inleiding
o Slecht resultaat vs slecht werk
o Professionele normen tandheelkunde
2. Situatie : als tandarts slecht werk van andere tandarts zien
o Patiënt van andere collega
 Geaccepteerde verplichtingen
 Professioneel-ethische reden voor verplichtingen
 Hoe als tandarts reageren bij slecht werk
 Slecht resultaat, geen slecht werk
 Onduidelijk of door slecht werk
 Duidelijk dat slecht werk
o Eigen patiënt die bij iemand anders geweest
 Slecht resultaat door andere tandarts
 Slecht resultaat door eigen werk

,
, 1

Samenvatting

Hoofdstuk 1 : ethische modellen voor tandheelkundige ethiek
Inleiding
- Delicate ethische dilemma’s in tandheelkundige wetenschappen
o Wat is goed?
o Wat mag?
o Mag wat kan?
- Ethiek = vaag begrip
- Wat is output / doel van ethiek?
- Morele ervaring (intuïtie, aanvoelen) als opstapje : iedereen is ethicus in notendop
 buikgevoel, spontane ‘mening’
 negatieve contrastervaringen en volheidservaringen : ethische oordelen gebaseerd op extremen
- Voor verdere argumentatie is ethiek nodig : systematische bezinning op verantwoordelijk handen

Terminologie
Ethiek Gewoonte en innerlijke houding
Moraal Gedragsregels die binnen groep als vanzelfsprekend
Wat ‘men’ doet
Moraliteit Handelen volgens inwendige overtuiging
Moreel Gewoonten gegrond op innerlijk gevoel van zedelijkheid
- Algemeen : moreel = ethisch <-> amoreel
- Specifiek : moreel = wenselijk, behoorlijk <-> immoreel
Recht / Recht : wetgeving – uitspraken rechters bepalen wetgeving
Ethiek / Ethiek : systematische studie morele
Deontologie Deontologie : plichtenleer, beroepscodes – niet altijd gebonden aan wetten, vaak wel aan regels

Indeling ethiek
Descriptieve ethiek
- Onderzoek naar feitelijke normen en waarden in specifieke gemeenschap
- Beschrijven : wat is er aan de hand
- In 2 stappen
o Empirische studie van ethos
 Empirisch : ethisch gevoelige zaken in kaart brengen
 Voorbeeld : klinische tandheelkundige studie bij kinderen
 Niet doen als zelfde studie bij volwassenen kunnen doen
 Wat vinden ouders belangrijke argumenten
 Ethisch goed
 Vroeger : deductief – als beantwoorden aan grote (van hoger) ethische principes
 Nu : inductief – mensen bevragen van wat er van vinden
o Eerste vorm van inwendige verklaring
 Hypothese proberen vormen
 Voorbeeld : meer euthanasie in Vlaanderen dan Wallonië – Waarom?
 Nederland : oudere discussie euthanasie – Vlaanderen zelfde taal : beïnvloed?
 Vlaanderen meer aansluiten met traditie (wet volgen en aangeven) ; Wallonië meer
aansluiten Z-Europese landen (minder strikt met regels) => niet aangeven?

Normatieve ethiek
- = kern van ethiek  mogen of niet mogen? / ethisch goed of ethisch verkeerd?
- Eerst stap afstand : komen tot oordeel
o Stap terug zetten na beslissing -> goed vinden of niet?
o Idee van ethisch goede : werkelijkheid hieraan toetsen
- Via uitwerking theoretisch kader : universaliseerbaar en prescriptief

Meta-ethiek
- Nadenken over ethische systematiek
- Kritische studie van concepten die gebruikt in normatieve ethiek
- Wat is ‘goed’, ‘gezond’, ‘geneeskunde’

, 2

Waarden en normen
Normen = waarmee handeling beoordelen
= resultaat van gestolde ervaringswijsheid (ervaring) , gegroeid uit particuliere verhaalgemeenschappen
Voorbeeld : hier niet roken,
- Concreet
- Negatief geformuleerd – “je mag niet…” : geeft vorm vrijheid want rest mag wel
- Haalbaar
- Naleven – sanctie als niet naleven
- Context-gebonden – afhankelijk van plaats en tijd waarin leven
- Veranderen – loopt tijd achterna (vroeger wel roken binnen, nu niet)
- Omwille van iets : waarden
Waarden = kwaliteiten die wij als positief ervaren
= ‘waarom van normen’ – verschillende normen voor zelfde waarde
Voorbeeld : zelfrespect, comfortabel leven, schoonheid, veiligheid, solidariteit…
- Vaag – moeilijk om zeggen wat precies is
- Positief
- Nooit 100% haalbaar – realistisch genoeg moeten zijn dat niet helemaal kunnen halen
- Er naar leven – niet naleven zoals regels, wel naar leven
- Universeel
- Permanent – plaats op ladder afhankelijk van plaats en tijd

Belang mensbeeld
- = beeld van wat ten volle mens zijn is (iedereen licht verschillende mening) – set essentiële waarden
- Mee bepaald door
o Opvoeding : bij ouders gezien of net niet
o Groep waartoe behoren / godsdienst
- Op zoek naar criterium om spanning tussen feitelijke en behoorlijke toetsen = het menselijke
- Ethiek : berust op antropologie
- Onderzoeken in welke mate toepassing nieuwe biomedische mogelijkheden bijdragen om mens tot recht te laten
komen

Verschillende modellen binnen normatieve ethiek
- Normatieve ethiek : handeling goed of slecht
- Wat speelt mee bij beoordelen handeling?
o Gevolgen – meeste mensen beter van geworden (niet manier waarop bereiken)
o Intentie – niet slecht bedoeld (bij goede vriendin geloven, bij ‘vijand’ niet geloven)
o Vrijheid – onder dwang vs voor kiezen
o Context – als handeling uitvoeren : welke patiënt, eigen situatie…

Utilitarisme
- Nuttigheidsdenken voorop staan
- Handeling goed
o Zo veel mogelijk nut voor zo veel mogelijk mensen
o Zo weinig mogelijk schade voor zo weinig mogelijk mensen
- Meest gebruikte model binnen verschillende sectoren samenleving
- Problemen
o Hoe ‘weegschaal’ ijken?
 Hoe sterk dingen laten doorwegen -> soortelijk gewicht argumenten
 Voorbeeld : relatie en op erasmus gaan – tegenargument enkel relatie maar heel belangrijk
o Weinig rekening morele ervaring (buikgevoel)
o Iets voor sterkeren
 Grotere groep : kunnen opleggen aan kleinere groep => macht vh getal
 Opletten voor manipulatie
- Voorbeeld
o 1 meneer ‘perfect’ ; 24 ‘imperfect’
 Stukken ‘perfect’ verdelen over ‘imperfect’
 => doden 1 persoon en maken 24 ‘perfect’
 MAG volgens utilitarisme : grotere goed

, 3

Deontologische theorieën
- Strikt naleving ethische principes moeten zwaarst wegen, ongeacht gevolgen
o Iets doen omdat ten diepste overtuigd dat moet – los van gevolgen, los van context
o Iets niet doen omdat tegen eigen mensbeeld ingaan
- Nadruk op innerlijke kwaliteiten handeling (voorbeeld : respect, trouw, mensenleven…)
- Problemen
o Menselijke onmacht?
 Geen rekening dat sommigen niet anders kunnen
 Voorbeeld : voor moeder zorgen, zelf ziek waardoor niet kunnen ook al willen
o Fundamentele waarde van leven?
o Statisch wereldbeeld?

Principe denken
- Typisch model geneeskunde
- Volgens protocol nagaan of 4 principes naleven

Principe van goed doen (benificence)
- Morele plicht en handeling die gedaan om anderen GOED te doen
o Handelen in belang van patiënt
o => goede bevorderen / tot stand brengen goede
- Experimenten
o Primair belang ≠ belang patiënt maar wetenschappelijke kennis
o Therapeutisch experiment
 Kan voordeel voor patiënt
 Voorbeeld : testen nieuwe kankertherapie
o Niet-therapeutisch experiment
 Geen voordeel
 Voorbeeld : bepalen farmacologische eigenschappen en toxiciteit

Principe van niet schaden
- “primum non nocere ; in dubio abstine” = ‘eerst en vooral niet schaden, in twijfel niet beginnen of ophouden’
- Sterkere verplichting dan goed doen
o Voorbeeld : iemand valt in water – niet achteraan springen als niet kunnen zwemmen
o Voorbeeld : moeilijke endodontologie – niet zelf doen maar doorsturen
- Verschillende vormen pijn
o Fysiek-psychisch
 Blauwe plek, lichamelijke handicap tot overlijden
 Achterwege laten behandeling (controle)
 Depressies, suïcide
o Schade aan belangen
 Iedereen andere belangen
 Voorbeeld : veel belang hechten aan privacy ; bij experiment niet voorzichtig met gegevens
o Schade als onbillijkheid
 Schade aan iemand als onrecht toegebracht
 Voorbeeld : met opzet verkeerd voorgelicht over doel studie
o Schade als inbreuk op morele integriteit
 Bewust aanzetten om morele regels te breken
 Voorbeeld : wetenschappelijk onderzoek dat aanzet om te bedriegen
- Context
o Lange vs korte termijn
o Sociaal vs individueel
o Situationisme (tandarts) – korte termijn + individueel belang
o Instellingsniveau (firma) – lange termijn + collectief belang
- Daad met dubbel gevolg (DDG)
o Eisen
1. Beoogd effect niet ethisch verkeerd -> hoofddoel
2. Bedoeling is positief effect realiseren -> groot hoofdeffect; zo klein mogelijk neveneffect
3. Goede mag geen gevolg van negatieve
4. Proportionaliteit (voorziene positieve effecten ≥ voorziene negatieve effecten)
o Problemen
 Al ethische discussie vooraf – is doel ethisch goed of niet?
 Intentionaliteit – goede bedoeling niet kunnen bewijzen
- Schade en handelingsprincipe van “kleinste kwaad”
o Kwade vs goede effecten
o Niet altijd kunnen uitsluiten om schade aanbrengen

, 4

Principe van rechtvaardigheid
- Ieder geven waar recht op hebben
- Gelijk? Nodig? Inspanning? Maatschappelijke bijdrage? Individuele verdienste?
- Wat is rechtvaardig? Iedereen even veel ; krijgen volgens wat nodig hebben…
- Voorbeeld : patiënt met sterk mentale beperking – nood zeer dure interventie
= grote kost voor maatschappij => mag interventie doen?

Principe van autonomie
- Gevolg van verlichting : sapere aude (“durf te denken”)
- Zichzelf wet stellen (autos nomos)
o Eigenschap (descriptief)
o Ideaal (normatief)
- Informed consent
o 3 voorwaarden
 Competent : ouder dan 18, geen mentale beperking
 Onafhankelijk : niet ‘brainwashen’ patiënten
 Kennis
o Dwang en drang
 Machtspositie tandarts-onderzoeker
 Financiële vergoeding?
 Gevangenen? – geen andere keuze dan meedoen met experimenten
o Adequate informatie
 Veel aspecten
 Doel experiment
 Reden waarom patiënt gevraagd
 Belang van onderzoek
 Activiteiten die van proefpersoon verwacht
 Belasting voor proefpersoon
 Risico’s voor proefpersoon
 Maatregelen om risico’s beperken
 (eventuele) vergoeding voor proefpersoon
 Verzekering voor proefpersoon tegen eventuele schade
 Vertrouwelijkheid van gegevens
 Recht op deelname weigeren (zonder gevolgen voor behandeling)
 Recht om ten alle tijden terugtrekken (zonder verdere consequenties behandeling)
 Identiteit en bereikbaarheid onderzoeker
 Mogelijkheid vragen stellen
 Mogelijkheid overleggen familie / bekenden
 Volledig?
 Mondelinge toelichting
o Kritiek
 Mensbeeld heel rationeel
=> van uit gaan dat mensen alleen op basis van rationele elementen keuze maken

Personalistische persoonlijkheidsethiek
- Personalistische visie op mens
o Menselijke persoon = subject, geen object zoals wereldse dingen
o Menselijke persoon = subject in lichamelijkheid
o Owv materialiteit lichaam = ons zijn een zijn-in-de-wereld
o Menselijke personen : wezenlijk op elkaar betrokken
o Menselijke personen : sociale wezens
o Menselijke personen : fundamenteel open naar God
o Menselijke personen : historisch
o Menselijke personen : fundamenteel gelijk, tegelijk unieke subjecten
- Kijken of iets goed is
o Gevolgen
o Materiële handeling
 Handeling op zich – meeste handelingen op zich niet ethische verkeerd
 Contex – welke mogelijkheidsvoorwaarden
 Vrijheid – niet ethisch of onethisch kunnen handelen als niet vrij
 Doel waarneembare handeling
 Proportionaliteit middelen/ doel
o Fundamentele gezindheid
Hoe mensen je kennen – rode draad
“fantastische tandarts” maakt fout = per ongeluk VS “voortdurend kantjes aflopen” = ‘verwachten’

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller THKstudente. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $8.13. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

79223 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$8.13
  • (0)
  Add to cart