ONDERZOEKSVRAAG EN STUDIEDESIGN
PICO is gebaseerd op de onderzoeksvraag en de klinische onderzoeksopzet van een
wetenschappelijke inleiding.
P: patiënt/probleem/populatie
I: interventie/blootstelling/determinant
C: controle/vergelijking
O: outcome
Observationeel onderzoek: de onderzoeker observeert enkel de deelnemers. De onderzoeker grijpt
niet in en verricht alleen metingen in bestaande situaties.
Experimenteel onderzoek: de onderzoeker voert een handeling (interventie) uit, waarvan het gevolg
bij deelnemers wordt gemeten.
RCT – randomised controlled trial experimenteel
Randomised = indeling in groepen op basis van loting
Controlled = controle over wie welke interventie of controlebehandeling krijgt
Trial = onderzoek
• Indeling in onderzoeksgroepen is vaak blind of dubbel blind
o Blind = alleen deelnemers weten niet in welke groep ze zitten
o Dubbel blind = deelnemers en onderzoekers weten niks over de groepsindeling
• Voordelen
o Groepen zijn vergelijkbaar door randomisatie
o Determinant wordt toegewezen → geen meetfouten
• Nadelen
o Beperkt toepasbaar want niet altijd ethisch/praktisch mogelijk
o Resultaten beperkt generaliseerbaar
Case-control observationeel
• De cases worden geselecteerd en daarbij worden vergelijkbare controles gezocht
o Case = persoon met uitkomst (vaak ziekte)
o Controle = persoon zonder uitkomst
• Altijd retrospectief (je kijkt terug), want;
o Je selecteert op de uitkomst
o Je vraagt terug naar mogelijke determinanten
• Voordeel:
o Zeer efficiënt bij zeldzame aandoeningen
o We hoeven niet te wachten tot mensen ziek worden, want we selecteren als ze al
ziek zijn (geweest)
• Nadelen
o Selectie cases en vooral controles is erg lastig. Vergelijkbare controles zijn mensen
die los van de blootstelling aan de determinant dezelfde kans op de uitkomst hadden
als de cases.
o Voor het meten van de determinant moeten we terugvragen in de tijd → moeilijk om
dat je precies te herinneren.
Cohort onderzoek observationeel
1
, • De onderzoekspopulatie bestaat uit een groep mensen die een of meer kenmerken delen
• Kan zowel prospectief als retrospectief zijn
o Retrospectief: determinant en uitkomst gemeten in het verleden
o Prospectief: determinant gemeten in het heden, uitkomst gemeten in de toekomst
▪ Cohortleden worden voor langere tijd gevolgd
▪ Er worden vaak meerdere metingen verricht binnen de onderzoeksgroep
met een vast meetinterval.
o Voordelen
▪ Minder kans op fouten bij selectie proefpersonen
▪ Geen recall, dus minder kans op meetfouten in determinant
o Nadelen
▪ Minder efficiënt: lang wachten tot de uitkomst optreedt, zeker bij zeldzame
aandoeningen
Cross-sectioneel onderzoek observationeel
• Cross-section (dwarsdoorsnede) van de bevolking
• Determinant en uitkomst worden op hetzelfde moment gemeten
• Veel gebruikmakend van vragenlijsten
• Meestal uitgevoerd met behulp van cohort
• Voordeel
o Behoorlijk efficiënt, behalve bij zeldzame determinant/ziekte
• Nadelen
o Oorzaak en gevolg vaak lastig uit elkaar te halen (want meting op hetzelfde moment)
o In de uitkomst wordt met prevalentie gevallen gewerkt (bestaande gevallen van
ziekte)
Prevalentie = proportie bestaande ziektegevallen op een bepaald tijdstip
Cumulatieve incidentie = proportie nieuwe ziektegevallen over een bepaalde tijdsperiode
Incidentiedichtheid = aantal ziektegevallen per tijdseenheid
Bewijskracht Efficiëntie/haalbaarheid
RCT Hoog (zeer hoge mate van Ethische bezwaren: vaak duur
causaliteit)
Cohort Relatief hoog (enige mate van Lang wachten op optreden
causaliteit) uitkomst. Vaak duur
Case-control Gemiddeld (beperkte mate van Hoog bij zeldzame uitkomst,
causaliteit) terugvragen (recall-bias); snel
en relatief goedkoop
Transversaal Relatief laag (geen causaliteit) Lastig bij zeldzame uitkomst;
terugvragen (recall-bias); snel
en goedkoop
Is
blootstelling/ ja RCT
interventie ja Case-Control
ethisch nee
Observati Onderzoek ik
een zeldzame Cohort
ja
verantwoord? oneel uitkomst? Ben ik geïnteresseerd
nee in enige mate van
causaliteit?
nee Transversaal
2
,R0 = niet blootgesteld aan determinant
R1 = wel blootgesteld aan determinant
OR = Odds ratio: kansverhoudingen (transversaal en case-
control). Interpreteren als:
OR < 1 duidt op verlaagde kans
OR> 1 duidt op verhoogde kans
OR = 1 duidt op geen verband
RV = risicoverschil: verschil tussen twee groepen.
Interpretatie: groep R1 had …% meer risico op de uitkomst dan groep R0
RR = relatief risico: verhouding van risico’s tussen twee groepen. Interpreteren als:
RR < 1 duidt op bescherming
RR > 1 duidt op verhoogd risico
RR = 1 duidt op geen verband
Risico = de kans dat iets optreedt in een gegeven tijd. Dit iets kan ook positief zijn, bijvoorbeeld
genezing van een ziekte.
GROEI EN ONTWIKKELING
Soorten lichamelijke groei:
1. Lengte
2. Gewicht
3. Hoofdomtrek
Deze worden gemeten op een consultatiebureau. De schoolarts meet alleen de lengte en het
gewicht, NIET de hoofdomtrek. De hoofdomtrek wordt vooral tijdens het eerste jaar gemeten. Dit is
van cruciaal belang tijdens de neurologische ontwikkeling.
Hoe weet je of je kind voldoet aan de norm?
Consultatiebureaus en schoolartsen gebruiken hiervoor een groeidiagram. Kinderen met
groeistoornissen kunnen zo vroegtijdig worden opgespoord en worden doorverwezen naar de juiste
zorgverlener. Deze groeidiagrammen zijn gebaseerd op een groot aantal representatieve gegevens
van kinderen uit een populatie. Het is een cross-sectionele curve, waarbij een kind in de loop van de
tijd wordt gemeten en ingetekend, wat resulteert in een persoonlijke groeicurve.
Hier is de lengte en leeftijd van jongens te zien. De
lengte staat op de y-as (cm) en de leeftijd staat op de
x-as. In de grafiek staan standaarddeviatiescorelijnen
De standaarddeviatie is een maat van de spreiding
van de meetwaarden rondom het gemiddelde van
een populatie. Daarbij neem je aan dat de
meetwaarden een normale verdeling hebben. De
standaarddeviatiescore is het aantal
standaarddeviaties boven of onder het gemiddelde.
Een lengte is gemiddeld als hij zich op de SDS lijn
bevindt (de dikgedrukte lijn).
3
, Standaarddeviatiescore > 0 duidt op een meetwaarde --ven het gemiddelde
Standaarddeviatiescore < 0 duidt op een meetwaarde onder het gemiddelde
De meeste kinderen (95%) zullen een lengte hebben tussen een score van -2 en 2.
Groei is een hele gevoelige parameter voor ziekte en gezondheid. Wanneer groei binnen korte tijd,
bijvoorbeeld door ziekte, wordt onderbroken, zal deze zich nadat de storende factor is uitgewerkt,
herstellen. Het kind zal dan via inhaalgroei (catch up growth) weer zijn eigen groeilijn opzoeken. Bij
chronische aandoeningen krijgt inhaalgroei geen kans en zal het kind onder de oorspronkelijke
groeilijn in het diagram blijven en is het noodzakelijk om het kind goed te blijven monitoren.
Om ervoor te zorgen dat groeidiagrammen actueel blijven, worden ze regelmatig vernieuwd. In
Nederland zijn vijf landelijke groeistudies uitgevoerd (1955, 1965, 1980, 1997 & 2009). Deze studies
maken het mogelijk om de gegevens over de lengte en het gewicht van kinderen in Nederland over
de tijd te vergelijken. Dat is belangrijk, want het monitoren van groei geeft ook informatie over de
gezondheidsstatus van een populatie. Bijvoorbeeld over de prevalentie van overgewicht of obesitas,
of de gemiddelde lengte.
Factoren die lengtegroei bepalen:
• Genetische factoren
o De lengte van de ouders –> lange ouders krijgen eerder lange kinderen.
o Etniciteit --> Nederlandse kinderen zijn gemiddeld langer dan bijvoorbeeld Turkse,
Marokkaanse of Chinese kinderen.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller biermanannika. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.00. You're not tied to anything after your purchase.