Samenvatting Anatomie en fysiologie, met MyLab NL toegangscode 6e editie, ISBN: 9789043032346 Anatomie & Fysiologie
0 view 0 purchase
Course
Anatomie & Fysiologie
Institution
Hogeschool Zuyd (HZ)
Book
Anatomie en fysiologie, met MyLab NL toegangscode 6e editie
Een samenvatting van hoofdstuk 1 van het boek: Anatomie en fysiologie (Martini). Tevens wordt de informatie uit het hoorcollege Tractus Circulatorius in de samenvatting verwerkt.
Hartcyclus
• Periode vanaf ene hartslag tot het begin van de volgende hartslag = contractiefase
(systolische fase) en ontspanningsfase (diastolische fase)
Systole
• Atrium of ventrikel stuwt bloed in aangrenzend compartiment of een arterie
Diastole
• Atrium of ventrikel vult zich met bloed en bereidt zich voor op volgende contractie
Verplaatsing bloed
• Van gebied met hogere druk naar gebied met lagere druk en via één richtingsverkeer
door de AV- en halvemaanvormige kleppen
Systole is stuwing vanuit het atrium over ventrikel naar het aangrenzende compartiment. Dus je kan
spreken van een atriale systole, dat betekent dat er een contractie is van de atria, waardoor de atria
worden geleegd en het volgende compartiment, de ventrikels worden gevuld. Bij een ventriculaire
systole wordt de ventrikel geleegd en wordt de pulmonalis of aorta gevuld.
Diastole is de het moment dat de atrium of ventrikel helemaal leeg geknepen is en zich dan weer
gaat ontspannen. Bij het ontspannen wordt het atrium of ventrikel gevuld met bloed. Bij de atriale
diastole stroomt het bloed via de onderste en bovenste holle ader naar binnen. De ventriculaire
diastole is het moment waarop de ventrikel zich ontspant en de klep tussen het atrium en ventrikel
(AV- klep) opengaat en het atrium zich heeft leeg geknepen waardoor de ventrikel zich heeft kunnen
vullen.
Deze onderdelen zijn onderdeel van het hartcyclus. Hartcyclus is de periode van de ene hartslag tot
het begin van de volgende hartslag. Daartussen zit dan de contractie fase (systolische fase) en de
ontspanningsfase/ vullingsfase (diastolische fase).
Verplaatsing van bloed is om het compartiment of boezem te vullen/ legen. De verplaatsing zal altijd
plaatsvinden van een gebied met een hoge druk naar lage druk. Het is ook altijd één richtingsverkeer,
dus in de richting van de vene naar de atria toe, van atria tot de ventrikels en van de ventrikels toe
naar de arteriën. Dit is dus altijd een één richtingsverkeer, omdat door de kleppen die tussen de atria
en ventrikels zitten, er kleppen zitten. Op het moment dat de kleppen gesloten zijn kan de druk zich
opbouwen. Op het moment dat de kleppen weer opgaan is de druk bv. in een atria groter dan in de
ventrikels, dus kan het bloed wanneer de atria gaan samen knijpen en de druk verhogen zich
verplaatsen naar de ventrikels, waar de druk dan lager is dan in de atria. Zodra de ventrikels gevuld
zijn gaan de AV-kleppen dicht. Maar dan zal de druk zich opbouwen in de ventrikels en dan gaan de
aorta en pulmonalis klep open, omdat de druk in de ventrikels nu hoger is en in de aorta en
pulmonalis lager, vindt de verplaatsen van het bloed via de aorta en pulmonalis plaats.
, Hartcyclus drukverloop
Op de linker afbeelding zien we het drukverloop doorheen het hart weergegeven. Op de Y-as zien we
dat de volume en druk is weergegeven. Als we eerst kijken naar de druk kant. De druk wordt in
mmHg uitgedrukt, dit geeft de druk in een bepaalde compartiment aan. Op de X- as zien we de tijd-
as. We zien dat wanneer de atria zich hebben gevuld, dat betekent dat de atria zijn gevuld door de
vena cava inferior of superior en de vena pulmonalis aan de andere kant. De mitralisklep is de klep
tussen het linker atrium en linker ventrikel. Als deze gaat sluiten betekent het dat er in het hart de
druk in het linker ventrikel gaat toenemen. Als de AV-klep en aorta klep dicht is gaat de druk
toenemen tot op een bepaald moment, ongeveer 80 mmHg. Dan gaat de aorta klep open, en
stroomt het bloed met een hogere druk (120 mmHg) de aorta in. Op het moment dat dit gebeurt zal
er in het ventrikel de druk terug naar 0 mmHg gaan door het samenknijpen en volledig legen. Zodra
het linker ventrikel helemaal leeg is, moet de mitralisklep weer openen, zodat er vanuit de atrium
bloed kan stromen in de ventrikel. De linker atria hebben maar een lage druk nodig om de linker
ventrikels te vullen. Het sluiten van de kleppen is te horen met een stethoscoop. Het sluiten van de
mitralisklep is de eerste toon, het sluiten van de aorta klep is de tweede toon.
Afbeelding rechts is hetzelfde als afbeelding links. We zien dat de druk in het linker ventrikel eerst
afneemt bij contractie (systole). Dan hebben we de diastole, de druk is heel laag want het ventrikel
moet zich vullen vanuit het atrium. Dan sluit de mitralis klep en krijg je druk opbouw in de ventrikels,
dat betekent dat het linker atrium na de ventrikel zich vult. Tot die tijd is de aorta klep dicht, zodra
het opengaat stroomt het bloed via de aorta klep weg en zal de druk weer dalen. Dit is bij de linker
kant van het hart het geval.
Aan de rechter kant van het hart zijn de drukken lager. Dit komt omdat het drukverloop gedurende
de hele circulatie minder wordt en bijna nul is wanneer het bij het rechter atrium aankomt (we
hebben drukken tussen de 0 en 30 mmHg max.). Als de rechter ventrikel samengeknepen heeft
(minder gespierd dan links) dan wordt de rechter ventrikel gevuld. Met een kleine druk wordt de
rechter ventrikel gevuld. Op het moment dat deze helemaal gevuld is, is er een druk opbouw in het
rechter ventrikel (max. 30 mmHg). Op het moment dat deze zich vult krijg je een contractie, bij de
contractie gaat de truncus pulmonalis (longslagader) zich vullen met bloed uit het rechter ventrikel.
Dit bloed stroomt naar de longvertakkingen toe om daar gezuiverd te worden, het is namelijk O2 arm
bloed. De pulmonalis gaat van 10 mmHg naar 30 mmHg, omdat het samengeknepen heeft. Bij het
openen van de kleppen van de pulmonalis gaat het bloed verder stromen en worden de longen van
O2 arm bloed voorzien.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller essiee. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.24. You're not tied to anything after your purchase.