Medisch rekenen; oefenvragen
De patiënt is opgenomen op de afdeling IC. Het medicatievoorschrift luidt: éénmalig 10 mg
Noradrenaline [Infusie]. Beschikbaar zijn ampullen van 1 ml met een concentratie Noradrenaline van
1 mg / ml. De voorgeschreven medicatie moet gevoegd worden bij de inhoud van een infuuszakje
met 50 ml NaCl 0,9%. Je collega heeft het infuuszakje met daarin de Noradrenaline aangehangen om
08:00 uur en de pompstand ingesteld op 40 ml / uur. Het is nu 09:00 uur.
Hoeveel mg Noradrenaline [Infusie] heeft de patiënt in deze tijd gekregen?
Eerst berekenen hoeveel ml je nodig hebt voor 10 mg. -> 10 ml want 1mg = 1 ml dus 10 mg = 10 ml.
10 + 50 ml = 60 ml. Dus totaal dien je 60 ml toe.
Patiënt krijgt 40 ml per uur, en is al 1 uur bezig, dus de patiënt heeft al 40 ml toegediend gekregen.
Nu omrekenen hoeveel mg er in 40 ml zit (per uur). Je geeft 60 ml totaal, waarvan 40 ml in een uur,
je weet dat er 10 mg in 60 ml zit dus je moet berekenen hoeveel mg er in 40 ml zit. Zie tabel.
60 1 40 60 : 60 = 1 x 40.
10 10 : 60 x40 = 6,67 = is de mg wat de patiënt in één
uur heeft gekregen.
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Een patiënt heeft een infuus van 75 ml. met antibiotica. De druppelsnelheid is 15 druppels per
minuut.
In hoeveel minuten is dit infuus ingelopen? 100 min
Indien niet anders aangegeven mag je er vanuit gaan dat er 20 druppels in een ml. vloeistof zitten.
Het infuus van 75 ml. bevat dus 75 keer 20 is 1500 druppels.
1500 druppels gedeeld door 15 druppels per minuut is 100 minuten.
20 druppels is 1 ml. 15 druppels = 1 min. Je wilt dit eerst makkelijk omrekenen. Als 15 druppels 1
minuut is zijn 60 druppels 4 minuten. Dan wil je weten hoeveel ml dat is. 2o druppels is 1 ml dus 60
druppels is 3 ml. (60:20=3) dus 3 ml = 4 minuten.
3 ml 75 ml 3:3 = 1 x 75 = 75 ml. Wat je boven doet, doe
je ook onder dus: 4 : 3 x 75 = 100
4 min
Tabel maken:
Wat je al hebt/weet dat zet je vooraan. Wat je nodig hebt/naar toe werkt, zet je achteraan.
Onder elkaar is wat gelijk aan elkaar is en naast elkaar is dezelfde eenheden (mg/ml).
,De heer Lubberts is opgenomen op de afdeling Neurologie. In verband met een ernstige vitamine B1-
deficiëntie is medicatie voorgeschreven. Het medicatievoorschrift is: 75 mg Thiamine [Injectie] 1 dd
intramusculair (IM). Beschikbaar: Thiamine [Injectie] injectievloeistof, ampul van 1 ml 100 mg/ml.
Hoeveel ml geef je de heer Lubberts? 0,75ml
De vloeistof in de ampul bevat 100 mg/ml. Je moet 75 mg geven. Een ezelsbruggetje wat veel
gebruikt wordt is dat wat je moet geven moet je delen door wat je hebt (indien uitgedrukt in mg/ml).
Dus 75 gedeeld door 100 is 0,75 ml.
Mevrouw Gerridzen heeft een infuus waarin een medicijn is opgelost in een concentratie van 7 %.
Het infuus loopt met een druppelsnelheid van 20 druppels per minuut.
Hoeveel gram van het medicijn krijgt mevrouw Gerridzen in 1 uur en 10 minuten?
Een oplossing van 7 % wil zeggen dat er 70 gram van het middel zit in 1 liter van de vloeistof. Dat is
hetzelfde als 70 mg per ml. Het infuus loopt met een druppelsnelheid van 20 druppels per minuut.
Het infuus liep 70 minuten. In die tijd heeft mevrouw Gerridzen dus 70 maal 20 is 1400 druppels
gekregen. Tenzij anders aangegeven mag je uitgaan van 20 druppels per ml. Mevrouw Gerridzen
kreeg dus 1400 gedeeld door 20 is 70 ml van de oplossing. Je weet dat 1 ml 70 mg van het middel
bevat. De berekening is nu 70 maal 70 is 4900 mg. Van mg naar gram is delen door duizend. Het
juiste antwoord is 4,9 gram.
Je weet dat 1% = 10 mg in 1 ml. Je wilt niet 1% maar 7% weten dus : 7% = 70 mg in 1 ml.
Je weet dat ze 20 druppels krijgt per minuut. Je wilt het van 70 minuten weten (1 uur en 10 min). Dus
Je wilt weten hoeveel ml 1400 druppels zijn = 1400 : 20 = 70 ml. Want je wil weten hoeveel gram er
in 70 ml zit.
70 mg 4900mg 70 x 70 = 4900mg
1 ml x 70 = 70 ml
1 ml 70 ml ? (staat gelijk aan 1400 druppels)
4900 mg moet je omrekenen naar gram = 4,9 gram.
Je hebt 250 ml van een 60 procent oplossing van een bepaald schoonmaakmiddel.
, Hoeveel ml water moet je toevoegen om een 45 procent oplossing te krijgen?
De verdunningsfactor is 60 gedeeld door 45 is 1,33333333333333.
Het uiteindelijke volume is het aantal ml (250) keer de verdunningsfactor 1,33333333333333 is
333,333333333333 ml.
Je hebt al 250 ml, dus je moet 83,3333333333333 ml toevoegen. Normaal afronden geeft 83 ml.
VF: 60 : 45 = 1,33
Je moet water toevoegen dus beginfvolume x VF = 250 x 1,33 = 333,33 = totale hoeveelheid.
333,33 – 250 = 83,33 -> 83 ml.
De patiënt is opgenomen op de afdeling IC.
Het medicatievoorschrift luidt: 3 keer per dag 540 mg Voriconazol [Infusie].Beschikbaar zijn flacons
met 200 mg Voriconazol poeder voor infusievloeistof. Per gift los je de voorgeschreven medicatie op
in een infuuszakje met 100 ml NaCl 0,9 %. De totale inhoud van het infuuszakje verandert door deze
oplossing niet. De oplossing moet inlopen in 15 minuten.
Op welke pompstand stel je het infuus in?
Je weet dat je 100 ml in 15 minuten moet laten inlopen. Je geeft dus 100 gedeeld door 15 is 6,67 ml
per minuut. De pompstand wordt uitgedrukt in ml / uur. 6,67 maal 60 is 400 ml / uur. Je kan het ook
anders berekenen. Kies de methode die voor jou het beste werkt. 15 minuten gaat 4 keer in een uur.
Vermenigvuldig de hoeveelheid vloeistof, hier dus 100 met 4 is 400 ml / uur.
100 ml 100 ml : 15 x 60 = 400 ml/ uur = pompstand.
15 min 60 min 15 min : 15 x 60 = 60 min.
In voorraad is chloorbleekloog dat 45 procent actief chloor bevat.
Nodig is 10 liter chloorbleekloog met 16 procent actief chloor.
Hoeveel ml chloorbleekloog neem je van de voorraad om 10 liter oplossing van 16 procent te
maken?
Het volume (ml) wat je uit de voorraad moet nemen bereken je door het gewenste percentage te
delen door het beschikbare percentage en dit getal te vermenigvuldigen met de totaal gewenste
hoeveelheid. Dat is dus 16 (gewenst percentage) gedeeld door 45 (beschikbare percentage) maal
10000 ml is 3555,555556 ml. Normaal afronden.
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller carmensmits1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.39. You're not tied to anything after your purchase.