Samenvatting Zelfgemaakte vragen + antwoorden die alle hoorcolleges, werkcolleges en practica van FABA201 samenvatten
42 views 3 purchases
Course
FA-BA201 Infectie En Afweer (FABA201)
Institution
Universiteit Utrecht (UU)
Zelfgemaakte vragen die alle hoorcolleges, werkcolleges en practica van FABA201 samenvatten. Als je deze vragen kan maken, ken je alle hoorcolleges, werkcolleges en practica en ben je goed voorbereid op het tentamen. Antwoorden staan onderaan het document.
1. Zodra lichaam pathogeen ziet, is er first line of defense. Hoe snel vindt dit plaats? Dus, welk
tijdsbestek?
2. Is die specifiek of non specifiek?
3. Heeft die een geheugen?
4. Die is niet sterk genoeg om alleen de infectie te bestrijden. Welke componenten heeft die
nog meer nodig en waar bestaat die uit?
5. Bij welk immuunsysteem hoort dat?
6. Uit welke cellen bestaat die respons?
7. Wat is het doel van die fagocyten?
8. Noem 4 fagocyten.
9. Wat is er bijzonder aan neutrofielen?
10. Vind je die in gezond weefsel?
11. Wat is heel kenmerkend aan fagocyten?
12. Noem een voorbeeld van een PRR.
13. Wat gebeurt er als een fagocyt een pathogeen heeft gefagocyteerd?
14. Wat doet een MHC molecuul?
15. Hoe heet dit ook wel?
16. Als een fagocyt blootgesteld wordt aan een pathogeen met bepaalde patronen gebeurt er
ook nog iets anders. Wat is dit?
17. Waar zorgt deze transcriptiefactor voor?
18. Wat is de tweede cel die belangrijk is bij het aangeboren immuunsysteem?
19. Wat maakt ze bijzonder?
20. Welke 3 dingen doet de NK?
21. Wat is de derde belangrijke component van het aangeboren immuunsysteem?
22. Wat is het complementsysteem?
23. Wanneer speelt dit de grootste rol?
24. Welke drie routes heeft het complementsysteem? En wanneer worden ze geactiveerd?
25. Tot welk eiwit leiden de drie routes?
26. Welke drie functies heeft dit eiwit?
27. Wat zijn cytokines?
28. Noem 6 cytokines en hun functie.
29. De acute inflammatoire respons wordt door 3 dingen getriggerd, welke zijn dat?
30. In welk tijdsbestek is de acute inflammatoire respons actief?
31. Wat is het gevolg van de acute inflammatoire respons? Noem 5 dingen.
32. Noem 5 kenmerken van de acute inflammatoire respons.
33. Als dit op een gegeven moment niet meer genoeg is om de infectie te bestrijden, gebeurt er
iets. Wat is dat?
34. Noem een voorbeeld.
35. Waarom is antigeenpresentatie zo belangrijk?
36. Noem een voorbeeld van een antigeenpresenterende cel.
37. Hoe gaat deze antigeenpresentatie in zijn werk?
38. Om te voorkomen dat er te veel schade wordt aangericht (gebeurt wanneer antigenen niet
goed genoeg worden gepresenteerd, dus niet op de goede manier), zijn er 2 beschermende
mechanismes die helpen het adaptieve immuunsysteem te controleren en activeren. Welke
2 zijn dit?
, 39. Welke twee vormen van B7 heb je?
40. Nadat naïeve TH cellen zijn geactiveerd, kunnen ze zich specialiseren. In welke 2 soorten?
41. Wat stimuleren deze cellen?
42. Wat houdt humorale immuniteit in?
43. Door wat worden die extracellulaire infecties veroorzaakt?
44. Noem 5 type antilichamen en hun functie.
45. Hoe kunnen antilichamen infecties bestrijden? Noem 4 manieren.
46. Noem een functie van TH 2 cellen.
47. Wat is er voor nodig om die te kunnen activeren?
48. Wat gebeurt er na deze activatie?
49. In welke 2 cellen kan een B cel zich specialiseren?
50. Wat is het bijzondere aan memorycellen?
WC 1 aangeboren immuunsysteem
1. Welke twee barrières komt een pathogeen dat het lichaam binnendringt tegen?
2. Hoe wordt dit ook wel genoemd?
3. Uit welke 2 dingen bestaat de externe barrière en leg uit hoe ze bescherming bieden.
4. Uit welke 2 dingen bestaat de interne barrière en leg uit hoe ze bescherming bieden.
5. Uit welke drie cellen bestaat de second line of defense?
6. Wat voor soort cel is dit?
7. Wat voor soort cel is dit?
8. Wat voor soort cel is dit?
9. Noem 4 functies van neutrofielen.
, 10. Noem 6 functies van macrofagen.
11. Noem 7 functies van dendritische cellen.
12. Wat is de belangrijkste functie van neutrofielen?
13. Wat is de belangrijkste functie van macrofagen?
14. Wat is de belangrijkste functie van dendritische cellen?
15. Waar staat PRR voor en wat is het?
16. Noem een voorbeeld van een PRR.
17. Hoe kunnen fagocyten pathogenen herkennen en waar binden ze dan aan?
18. Geef 5 voorbeelden van PRR’s.
19. Hoe worden pathogenen door fagocyten gedood? Geef stappenplan.
20. Welke 3 pro-inflammatoire cytokines die worden uitgescheiden door fagocyten zijn het
belangrijkst?
21. Welke cellen produceren TNF?
22. Welke cellen produceren IL-1?
23. Welke cellen produceren IL-6?
24. Noem 5 functies van TNF.
25. Noem 3 functies van IL-1.
26. Noem 2 functies van IL-6.
27. Wat zijn de vijf symptomen van ontsteking? Noem de Latijnse naam plus betekenis.
28. Waardoor wordt elk symptoom veroorzaakt?
29. Een functie van TNF en IL-1 is activatie van het endotheel. Welke celtypen gaan een
interactie aan met het geactiveerde endotheel?
30. Beschrijf hoe het endotheel geactiveerd wordt in stappen.
31. Wat is de rol van mestcellen hierbij?
32. Op welke drie manieren kan het complementsysteem geactiveerd worden?
33. Wat zijn de drie belangrijke gevolgen/effecten van complement activatie?
34. Wat is de definitie van een antigeen?
35. Wat is een cytokine?
36. Wat is het verschil tussen chemokines en cytokines?
37. Welke 3 barrières ken je nu?
WC 2 adaptieve immuunsysteem
1. Welk ander immuunsysteem heb je naast het aangeboren immuunsysteem?
2. Hoelang duurt het voordat het adaptieve immuunsysteem in actie komt?
3. Uit welke twee onderdelen bestaat het adaptieve immuunsysteem?
4. Welke celtypen spelen in welk onderdeel een rol?
5. Welke receptor van de B en T lymfocyten zijn verantwoordelijk voor herkenning van het
antigeen?
6. Wat is de belangrijkste functie van de B cel?
7. Wat is de belangrijkste functie van de T cel? (alle soorten)
8. Op welk type antigeen reageert de B cel?
9. Op welk type antigeen reageert de T cel?
10. Heeft een B cel een T helpercel nodig om geactiveerd te worden?
11. Kunnen je eigen rode bloedcellen als antigeen optreden?
12. Hoe noem je de bindingsplek voor antilichamen op antigenen?
13. Hoe heten antigenen die te klein zijn om uit zichzelf een B cel respons te genereren?
, 14. Wat moet er gebeuren zodat deze antigenen wel een immuunreactie kunnen veroorzaken?
15. Waar worden de stamcellen van lymfocyten gemaakt?
16. Bij de aanmaak van lymfocyten wordt bepaald welk antigeen herkend wordt door de
antigeen receptor van elke lymfocyt. Bij welke soort lymfocyt hoort deze receptor?
17. En deze?
18. Wat is de functie van de variabele regio?
19. Wat is de functie van de constante regio?
20. Wat is de functie van de transmembrane regio?
21. In plaatje 1: waar staan de H en L voor?
22. In plaatje 2: waar staan de alfa en beta voor?
23. Hoe zorgt het lichaam ervoor dat elke lymfocyt een antigeenreceptor heeft die een ander
antigeen herkent? Via welke 2 mechanismen gebeurt dat?
24. Wat is het primaire/centrale lymfeweefsel en welke twee dingen vallen daar onder?
25. Wat is het secundaire/perifere lymfeweefsel en welke organen zijn dit?
26. Omschrijf de weg die een B lymfocyt ondergaat voordat ie volledig gematureerd is.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller renskeveltmaat. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.31. You're not tied to anything after your purchase.