100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Complete SV Wetenschap is ook maar een mening (VU) $8.27   Add to cart

Summary

Samenvatting Complete SV Wetenschap is ook maar een mening (VU)

1 review
 102 views  14 purchases
  • Course
  • Institution

In deze complete samenvatting zijn alle hoorcolleges, en belangrijke toevoegingen uit q&a's verwerkt van het keuzevak Wetenschap is ook maar een mening.

Preview 4 out of 41  pages

  • February 27, 2022
  • 41
  • 2019/2020
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: lpauw • 1 year ago

avatar-seller
Hoorcollege 1: WIM

• Kan uitleggen waarom volgens sommigen sprake is van een ‘post truth’ tijdperk en kan
voorbeelden geven waar dat uit blijkt.

• Kan voorbeelden bedenken van politieke maatregelen of beleid waarvan het nut
aantoonbaar is ontkracht door de wetenschap.

• Kan aangeven welke factoren van invloed zijn op het vertrouwen van burgers in de
wetenschap.

• Kan de sterke en zwakke kanten uitleggen van ‘evidence-based’ richtlijnen.



Virologen/wetenschappers die via dus wetenschappelijke inzichten de overheid/kabinet adviezen
geven.

De politiek kijkt wisselvallig naar de wetenschap. Bijvoorbeeld wantrouwen naar het RIVM of CBS.
Echter nu tijdens de corona crisis kijken diezelfde partijen bv juist vooral naar die instanties (RIVM en
CBS). Waarom de ene keer wel en de andere keer niet?

De overheid heeft bijvoorbeeld wetenschappelijke adviezen die in 2019 werden gegeven over het
mogelijk uitbreken van de corona epidemie en alle gevolgen daarvan niet opgevolgd. Dus waarom
toen niet en nu opeens wel?

- Wetenschappers waarschuwen al lang voor uitbreken van corona virus. De kennis is al heel
lang bekend.
o Toch zegt Trump bijvoorbeeld dat dit virus helemaal niet te verwachten was en we
het niet aan zagen komen

Post truth

- Wetenschap wordt zo nu en dan gebruikt als het uitkomt, maar ook gemakkelijk terzijde
wordt geschoven.
- Donald trump maakte dit woord populair: ‘Wetenschap is maar een mening en zo bestaan er
nog veel andere meningen.’
- Betekenis (adjective): gerelateerd aan of ter aanduiding aan omstandigheden waarin
objectieve feiten minder invloedrijk zijn in het vormen van publieke opinie/beleid dan dingen
als emoties en persoonlijke overtuigingen/religie.



Science denial:

- ‘Wetenschap wordt in twijfel getrokken’
o Bij bijvoorbeeld genetische voedingsmiddelen, geloven in stamcel onderzoek,
milieuverandering etc.
- We willen begrijpen waarom die wetenschap zo in twijfel wordt getrokken.
o We willen dus begrijpen hoe onze cognitie onze capaciteit limiteert om te gedragen
naar de manier dat het enlightenment model of rationality ons vertelt dat we ons
zouden moeten gedragen.

,Redenen voor science denial:

1. Mensen kijken altijd met een vertekende/vooringenomen blik naar de wereld en het is
lastig om over kansen na te denken en feiten af te wegen die complex zijn.
2. Wetenschap is te ingewikkeld; misschien is de mens te dom voor de complexiteit van de
wetenschap. Er is namelijk een fundamentele disconnectie tussen cognitief vermogen
van de mens en de cognitieve eisen van moderne samenleving.
3. Misschien is er iets mis aan de wetenschap zelf; fraude, slechte reproduceerbaarheid,
slechte kwaliteit, beinvloeding (financiers), veel publicaties. Dus misschien ligt het ook
aan de kwaliteit van wetenschappelijke methodes en wetenschap zelf.


Harde objectieve feiten en zachte subjectieve waarde oordelen:

- Wat zijn onze waardeoordelen van de objectieve feiten/wetenschappelijke gegevens nu?
o Is het erg of niet? Moeten we de economie ervoor stil leggen of niet?
- Feiten worden zacht en waarden hard. (omdraaiing)
- Under such conditions, our expectations for Enlightenment ideals of applied rationality are
themselves irrational.
- We verwachten misschien te veel van de wetenschap; dat de wetenschap alles objectief zou
kunnen meten, en totaal beeld zouden kunnen krijgen waar geen speld tussen te krijgen is.
Dat is waarschijnlijk niet eens mogelijk

Wetenschappelijke revolutie: De verlichting (1550-1789)

- De verlichting; de periode waarin me weer zijn gaan vertrouwen op wetenschappelijke
informatie en beredenering en wetenschap werden toegepast op alle aspecten van de
samenleving.
1. Mensen besloten om niet meer alles aan te nemen wat het geloof hun zei.
2. Er zijn wetenschappelijke methoden om de wetmatigheden van de natuur en
maatschappij te begrijpen.
3. Bij gebruik van die wetenschappelijke methoden zou je een betere samenleving
kunnen krijgen.

Het geloof dat je met meten de natuur en de mens kunt begrijpen en door middel van
wetenschappelijke informatie het beste de samenleving kunt inrichten, wordt steeds minder:

- Door problemen in de wetenschap zelf, maar ook door het onjuist toepassen van de
wetenschappelijke informatie (bijvoorbeeld in beleid).
- Gebrek aan scientific literacy; Ook te maken met overschatting van wat wetenschap kan.
Mensen gaan ervan uit dat er geen onzekerheden zijn en dat wetenschap altijd zekerheid
geeft. Als dit niet zo blijkt te zijn, neemt het wantrouwen in wetenschap toe. Het komt
echter gewoon altijd met veel onzekerheden. Het publiek vindt het lastig om om te gaan met
die onzekerheden.

! Associaties zeggen niets over causaliteit, maar dat voorbehoud wordt vaak niet bij gemaakt. Als het
zo verschijnt in de media is het lastig om dat later nog in te trekken of te corrigeren, want het
weerklinkt niet in dezelfde manier als het eerste ‘enge’ verhaal.

,Er is een verschil tussen wetenschappelijke objectieve feiten en wat het beleid is dat er op
gebaseerd is.

- RIVM; kinderen verspreiden nauwelijks het virus en scholen hoeven dus niet dicht – Politiek:
scholen toch dicht, vanwege toenemende maatschappelijke druk
- Beleidsmakers kiezen vaak voor wetenschappelijke bevindingen om beleid te valideren. Een
afwijkende wetenschappelijke mening wordt soms onderdrukt of ontkend (om aandacht af
te leiden van die ongewenste waarheid).
o bv ‘aids komt niet door hiv’, waardoor geen beleid omtrent dit  meer doden
o Donald trump; zeggen dat autisme en vaccinaties wel samenhangen, terwijl
wetenschappelijk is bewezen van niet  opnieuw uitbraken van mazelen
- Wetenschap is ethisch neutraal en bepaalt dus niet welke vragen belangrijk zijn om te
bepalen of bijvoorbeeld risico’s acceptabel zijn.
- Om bezorgdheid van het publiek weg te nemen wordt soms essentiële informatie over de
wetenschappelijke onzekerheden niet volledig bekendgemaakt.
- Wetenschap geeft geen zekerheden, beleid heeft daar ook een waardeoordeel op.



Belangenverstrengeling:

- Meer beinvloeding van de wetenschap zorgt voor beschadiging van vertrouwen. (fundering,
bedrijfsleven, belangen van overheid)
- Er moet transparantie en verantwoordingsplicht zijn mbt financiële belangen,
bedrijfsvoorkeuren en octrooien.
- Wetenschappers worden het meest vertrouwd dan andere bronnen, maar dit is lang geen
100%. De mate waarin het publiek vertrouwen heeft in wetenschappers hangt af van de
plaats waar ze werken. Het vertrouwen in journalisten is bijvoorbeeld heel laag (bv door fake
news) het vertrouwen in doktoren en verplegers en universitaire wetenschappers is hoger.

De meningen van wetenschappers verschillen in relatief grote mate met die van de algemene
bevolking.

NL; het vertrouwen in wetenschap, rechtspraak, vakbond, kranten en tv is nog redelijk hoog, maar
die in de tweede kamer en de regering is een stuk lager.

Rathenau:

- 4 op de 5 Nederlanders denkt dat wetenschappers zorgvuldig werken, te vertrouwen zijn,
ook al zijn ze het niet met elkaar eens.
- De meeste nederlanders vinden/denken dat wetenschappers objectief en onafhankelijk zijn
(2 op de 3), maar wanneer ze worden betaald door iemand anders, niet zo onafhankelijk
meer zijn en bevindingen aanpassen (1 op de 4).
- Van de mensen met minder vertrouwen in de wetenschap, hebben de meeste ook minder
vertrouwen in allerlei andere instituties.
- Nederlanders denken dat overheden en bedrijven selectief gebruik maken van de inzichten
uit wetenschappelijk onderzoek.
- Wanneer wetenschappers werken in opdracht van overheden en bedrijven, daalt het
vertrouwen in de integriteit van die wetenschappers.
- 34% van de Nederlanders denkt dat wetenschappers resultaten aanpassen aan de wensen
van de overheid of aan wat het bedrijf wil (41%).

, - Nederlanders hebben geen positief beeld van de overheid en bedrijven bij
opdrachtonderzoek:
o 57% denkt dat de overheid niet weet hoe zij de resultaten van onderzoek moet
gebruiken bij beleid
o Overgrote deel denkt dat bedrijven en de overheid wetenschappelijke resultaten
alleen zullen gebruiken als deze passen bij hun eigen ideeën.
o Ongeveer 60% denkt dat overheid en bedrijven ongewenste resultaten zullen
proberen tegen te houden
- Nederlanders vinden echter wel dat wetenschappers zich bij de keuze van hun onderwerp
mogelijk laten leiden door onderwerpen die van belang zijn voor bedrijven en de overheid.
- En men vindt dat de overheid bij beslissingen vaker, afhankelijk van het onderwerp, rekening
moet houden met de uitkomsten van wetenschappelijk onderzoek.


Richtlijnen ontwikkeling (Evidence Based Richtlijnen – wetenschappelijk onderbouwde richtlijnen
dus)

- Meestal door een commissie (deskundigen),
1. Onderwerpkeuze
2. Commissie
o Moet multidisciplinair zijn
o Circa 6-20 leden
o Moet zowel klinische en statistische expertise hebben
3. Alle literatuur over het onderwerp wordt systematisch bij elkaar gezocht en wordt
ondergebracht in een hierarchie van bewijs (sommige dingen zijn belangrijker dan
andere).
4. Bewijs vertalen naar aanbevelingen (deze zijn niet helemaal zeker).
a. Er is altijd conflicterende bewijslast en tegensprekende studies, deze moeten
afgewogen worden of je hebt bijvoorbeeld weinig bewijs. Er moet dan altijd een
klinische oordeel zijn.
5. Richtlijnen in concept moeten nog worden beoordeeld door mensen buiten de
commissie. Zowel door gebruikers als experts, hierbij wordt validiteit en practicaliteit
getest.
6. Zo nu en dan moeten de richtlijnen weer herzien worden (er komt steeds weer nieuwe
informatie).
 Evidence based richtlijnen zijn dus wel wetenschappelijk onderbouwd, maar zijn geen
zekerheid.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller danabechan. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $8.27. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

79271 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$8.27  14x  sold
  • (1)
  Add to cart