100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
College aantekeningen Grondslagen Van Recht (RGBUSBR001) $4.85
Add to cart

Class notes

College aantekeningen Grondslagen Van Recht (RGBUSBR001)

 1 view  0 purchase
  • Course
  • Institution

aantekeningen van colleges

Preview 3 out of 27  pages

  • February 27, 2022
  • 27
  • 2020/2021
  • Class notes
  • Vries
  • All classes
avatar-seller
Grondslagen van recht

WEEK 1

Kennisclip – zes onderscheidingen

Positief recht; het recht dat in een bepaalde gemeenschap door de bevoegde autoriteiten is
vastgesteld of erkend

Wenselijk recht; het recht dat men wenst of nastrevenswaardig vindt

Objectief recht (‘law’) ; de verzameling van alle erkende rechtsnormen

Subjectief recht (‘right’) ; een juridische aanspraak die je aan het objectieve recht kunt
ontlenen

Internationaal recht; verdragen tussen staten en besluiten van internationale organisaties

Nationaal recht; recht dat binnen nationale staten tot stand komt en gelding heeft

Publiek- en privaatrecht
- Publiekrecht
 Staats- en bestuursrecht: regelt de inrichting en opbouw van de staat,
bestuursrecht bevat regels voor overheidsorganen die zich met bestuur van
staat bezig houden
 Strafrecht
 Bij bovenstaande rechten is er sprake van fundamentele juridische ongelijkheid
bij publiekrecht
 Sterk dwingendrechtelijk van aard
- Privaatrecht
 Regelt verhoudingen tussen burgers en organisaties die die burgers onderling
hebben gevormd, zoals bedrijven etc.
 Kenmerkt zich door juridische gelijkheid, contractrecht
 Bevat dwingend en aanvullend recht

Dwingend en aanvullend recht
- Dwingend recht
 In burgerlijk wetboek staat dat je maar met 1 persoon getrouwd kan zijn 
gebonden aan een bepaling, geen eigen keuze
- Aanvullend recht
 Bepalingen waar je alleen aan gebonden bent als je er zelf niet voor kiest

Materieel en formeel recht
- Materieel recht
 Inhoudelijke normen: je mag niet stelen, doodslaan, bepaalde middelen bezitten
(drugs)
- Formele recht
 Alle regels die betrekking hebben op de effectuering en handhaving van dat
materiele recht  bijv. politie heeft dus toegang en kan overtreden

Introductieclip – drie rechtstheorieën

Drie perspectieven:
- Rechtszekerheid: ‘regels zijn regels’ – rechtspositivisme
- Gerechtigheid: Hogere beginselen van rechtvaardigheid - natuurrecht
- Maatschappelijke doelen: Praktische belangen – rechtsrealisme



WEEK 2

,Hoorcollege

Gustav Radbruch: ’ het recht is eigenlijk een dilemma, tussen drie verschillende waarden
die het recht altijd tegelijkertijd moet proberen te behartigen maar die soms met elkaar in
tegenspraak zijn’.

‘The Case of the Speluncean Explorers’ (1949)
- Lon Fuller (1902-1978)
 Gericht op twee zaken:
 United States v Alexander Holmes (1842)
 Dudley & Stephens (1884)
- Hooggerechtshof van Newgarth, 4300 NC
- ‘The case was constructed for the sole purpose of bringing into a common focus certain
divergent philosophy of law and government. […] The questions involved are among
the permanent problems of the human race.’ (postscript, p. 1887)
- Zaak was als voorbeeld dat er verschillende theorieën over het recht zijn  in alle
theorieën over recht zitten belangrijke waarde volle elementen in, alleen welke theorie
heeft gelijk, of welke niet? Alle drie theorieën hebben iets waardevols erin
- Whetmore stelt voor om met dobbelsteen te gooien en te kijken wie ze eerst zouden
opeten  Whetmore trekt zich terug en iemand anders wil plan wel doorzetten 
Whetmore gooit laagst en wordt gedood
- Vijf rechters oordelen:
 Truepenny (rechtspositivisme): schuldig
 Strikte wetstoepassing
 Rechterlijke gebondenheid
 Rechterlijke uitspraken hoeven niet rechtvaardig te zijn
 Clementie is voorbehouden aan het bestuur
 Foster (natuurrecht) : niet schuldig
 Noodzakelijke verbondenheid tussen recht en rechtvaardigheid
 ‘Wettelijk recht’ is niet van toepassing in uitzonderlijke omstandigheden;
daar geldt alleen het ‘natuurrecht’
 Soms moet de letter van de wet wijken voor de onderliggende gedachte
ervan, geest van de wet  teleologische interpretatie
 Tatting (rechtspositivisme/natuurrecht): geen beslissing
 Kan geen beslissing maken
 Elk argument heeft goed tegenargument
 Keen (meest duidelijk, rechtspositivisme) : schuldig
 Scheiding der machten: Keen niet op stoel van wetgever, maar doet
gewoon wat wetgever heeft bepaald
 Primaat van de wetgever
 Rechterlijke objectiviteit
 Rechtszekerheid
 Scheiding tussen recht en moraal  zo blijf je objectief
 Als privépersoon vindt hij dat de grotonderzoekers moeten worden
vrijgesproken
 Zijn beslissing brengt op lange termijn minder negatieve effecten met zich
mee brengt
 Handy (rechtsrealisme) :
 Verband tussen recht en beleid
 Maatschappelijke context
 Flexibiliteit
 Pragmatisme
 Law in action  hoe functioneert het recht in de praktijk
 Typische Amerikaanse denkwijze

De drie opinies die bij de rechters horen zijn dus:
1. Keen rechtspositivisme: ziet het recht gewoon als een regelsysteem waar je je aan
moet houden.

, 2. Foster natuurrecht: recht en rechtvaardigheid hebben een noodzakelijke band met
elkaar. Nazirecht is geen recht, het recht dat niet de pretentie heeft rechtvaardig te zijn
is geen recht. Recht is de onderliggende ideeën van rechtvaardigheid. De regels zijn
maar een oppervlakkige uiting van recht. Wat onder die rechten zit (de doelen ende
idealen van rechtvaardigheid). Natuurrecht is een ideaal gedachte.
3. Handy rechtsrealisme: recht en beleid verschillen niet zoveel van elkaar. Hogere
beginselen bestaan niet echt en de regels zijn ook niet persé belangrijk. Het gaat vooral
om wat handig is om te doen in een bepaalde situatie.

WEEK 3

Rechtspositivisme en het natuurrecht
Aanhanger van het rechtspositivisme vindt dat recht datgene is wat rechtse autoriteit
erkennen als geldige recht.

Aanhanger van het natuurrecht vindt dat geldigheid van recht afhangt van de hoge recht van
moraal anders gezegd geldend recht is ook noodzakelijkerwijs rechtvaardig recht.

Rechtspositivisten en aanhangers van het natuurrecht denken heel verschillend over wat
recht is en dit verschil kan je ook duidelijk maken aan de hand van de casus van de
grenswachters in DDR.

Casus van de grenswachters in DDR
- Man vlucht naar DDR. Hij zet een ladder neer en wordt gesommeerd door 2
grenswachter om zijn vlucht te staken, maar dat doet hij niet en ze openen het vuur. Hij
wordt geraakt in zijn knie en rug. De vluchteling mag niet vervoerd worden naar een
ziekenhuis (er wordt geen medische hulp geboden, maar grenswachters zijn hierbij niet
betrokken) vanwege geheime veiligheidsredenen die ook voor de grenswachters
onbekend zijn. Later wordt hij toch naar het ziekenhuis gebracht en hij overlijdt. Had de
vluchteling sneller hulp ontvangen had hij waarschijnlijk overleefd.
- Na de vereniging van Duitsland werden de muurschutters vervolgd. Rechtsbank in
eerste aanleg zegt dat ze schuldig zijn aan de dood van de vluchteling.

Rechtspositivisme: de theorie van H.L.A. Hart (1907-1992)
- Boek geschreven: The Concept of Law
- Primitieve samenleving zonder wetgever, rechtbanken, ambtenaren  veel problemen
- Als samenleving meer complex wordt, zullen er verschillende groepen ontstaan die hun
eigen sociale en morele regels krijgen etc.  onduidelijk wat dat de primaire regels
zijn. We hebben geen gedeelde moraal/gewoontes

Primitieve gemeenschappen
- Primaire regels (gewoonte, groepsmoraal)
 Regels die het vrije gebruik van geweld beperken
 Regels die eigendom beschermen
 Regels die bepalen dat afspraken moeten worden nagekomen
 Sancties

Problemen van pre-juridische (primitieve) samenleving
- Onzekerheid
 Als een complexe samenleving zich alleen maar houdt aan primaire regels
ontstaat er onzekerheid. Niemand weet meer aan welke regels je je moet
houden, want gedeelde moralen en regels zijn er niet echt.
- Statisch karakter
 Hart zegt ook dat samenlevingen die complexer worden en bijvoorbeeld
technologie ontwikkelen last gaan krijgen van het statische karakter dat
primitieve gemeenschappen hebben als ze alleen maar primaire regels hebben.
De staat wilt bijvoorbeeld dat het rechtssysteem inspeelt op de technologische
ontwikkelingen. Het wordt heel ingewikkeld en stroperig als je steeds moet
wachten totdat jouw groepsmoraal en gewoonten mee zijn veranderd.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ploondeul. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.85. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

56326 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.85
  • (0)
Add to cart
Added