100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Klinische Neuropsychologie Deeltentamen $8.60   Add to cart

Summary

Samenvatting Klinische Neuropsychologie Deeltentamen

1 review
 57 views  4 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Dit document bevat: • Samenvattingen van alle relevante hoofdstukken voor het deeltentamen • Geschreven in het Nederlands • Overzicht van alle stoornissen, met uitleg en voorbeelden • De belangrijkste begrippen uitgelegd

Preview 4 out of 71  pages

  • No
  • H1 t/m 13
  • March 2, 2022
  • 71
  • 2021/2022
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: merelschalker18 • 2 year ago

avatar-seller
Klinische neuro-
psychologie

Samenvatting
boek
(deeltoets)

,1 - Klinische neuropsychologie: een historische schets

Hoe ontstond de neuropsychologie?

In het kort: In de klassieke oudheid wist men al dat de hersenen en het gedrag nauw met elkaar in
verband stonden. Zo wist Hippocrates al heel vroeg dat afwijkend gedrag voortkwam uit de hersenen.
Later, tijdens de renaissance, dacht Descartes dat de ziel zich in de pijnappelklier bevond. Wat nu de
basis vormt voor hoe wij denken over de hersenen is gevormd door Gall, die met de frenologie kwam
(hij zei dat de vorm van de schedel zegt wat zegt over je persoonlijkheid). De toetsingsmethode voor
deze theorie was een clinico anatomische methode, het bestuderen van uitval na hersenletsel. In
de 20e eeuw werd neuropsychologie een opzichzelfstaande discipline.

De celtheorie en individuele verschillen

In het begin zag men de ventrikels aan voor cellen, en tevens als plaats van de geest. De eerste cel,
de sensus communis, zou het verzamelpunt zijn van signalen vanuit verschillende zintuigen. In de
tweede cel zou het beeld geïnterpreteerd worden (wat is het beeld en hoe belangrijk is het voor me).
In de derde cel zou het beeld opgeslagen worden, in het memoria/geheugen. Deze celtheorie, en
dan met name de opvatting dat de geest een algemeen centrum van informatieverwerking is, is nu
nog steeds de basis van de cognitieve psychologie. Wat ook overeenkomt met onze huidige
denkwijze, is dat de theorievorming ook nog steeds niet over individuele verschillen gaat, maar over
iedereen.


Celtheorie → cellen zouden de basiseenheden van het leven zijn.


Als we het nu over individuele verschillen hebben, spreken we over persoonlijkheid. Vroeger spraken
we over karakter, of fysiognomie (interpretatie van het gelaat). Vroeger werd ook hoe iemand eruit
zag gekoppeld aan het karakter van de persoon.


Fysiognomie → aan het uiterlijk van een mens zou zijn persoonlijkheid af te lezen zijn.


Descartes (geest en lichaam)

Descartes trok op een bepaald punt alles in twijfel (ik denk dus ik ben) en kwam met de theorie dat de
geest opgedeeld zou zijn in twee substantie:
- het lichaam (materieel)
- de geest (niet-materieel)
Hoewel de geest niet materieel zou zijn, zou die volgens Descartes zich wel in de pijnappelklier
bevinden. Volgens Descartes konden ledematen bewegen, omdat de geest eerdere informatie kon
opslaan en boodschappen terug aan het lichaam kon sturen. Hij beschreef hier eigenlijk wat we nu
kennen als: de reflex.

Gall (lokalisatie vraagstuk)

Gall vond het idee van fysiognomie onlogisch en wilde dit verder onderzoeken door middel van de
schedelleer. Hij kwam met nieuwe inzichten, waarvan er nu nog steeds een paar domineren.
Bijvoorbeeld dat de cortex cruciaal is en dat bepaalde functies een strikte locatie kennen. Deze
ideeën vormen de basis van de hedendaagse cognitieve neurowetenschappen. Verder stelde Gall
voor dat alle psychologische functies aangeboren waren en een opzichzelfstaand orgaan waren. Er
zouden dus aparte organen zijn voor taal, muziek en rekenen. Hij was het dus niet eens met de
opvatting dat de geest een algemene informatiewerker is. De functies zouden volgens hem niet in het

,midden van de hersenen zitten, maar in de cortex, aan de buitenkant (nieuw inzicht!). Mensen kunnen
meer of minder aanleg hebben voor iets volgens hem, omdat die functies dan gewoon minder goed
werken. Hoe beter de functie, hoe groter de knobbel van die functie, en die zou je dan ook echt bij
mensen kunnen voelen. Na een tijdje kwam Flourens met tegenbewijs, want hij stelde dat het niet om
plaats (lokalisatie) van de hersenbeschadiging gaat, maar om omvang van de beschadiging. En
daarmee haalde hij de opvatting over lokalisatie van Gall onderuit. Hoe Gall dacht, kwam wel in de
buurt van hoe we nu denken over de hersenen, want hij relateerde het functioneren van de hersenen
als iets wat aan de buitenkant van de schedel zit (de cortex).

Broca & Wernicke

Maar, even later ontdekte Broca toch dat er wél een bepaalde plek in de hersenen bestaat dat gaat
over taalkundig functioneren (het mechanisme om woorden uit te spreken). We noemen dat nu het
gebied van Broca. Broca kwam er ook achter dat de hersenbeschadiging, die leidde tot
spraakgebrek, voornamelijk aan de linkerkant zat. Hij stelde dat de twee hersenhelften verschillende
functies vervullen, en die opvatting is nog steeds alom geaccepteerd.

Ook volgde Wernicke, met de ontdekking dat er een bepaald centrum voor het herkennen van
woordbeelden was, namelijk de verbindingsbaan tussen het centrum voor het begrijpen van taal en
het centrum voor het produceren van taal. Wernicke geloofde niet in de verzameling van functies,
zoals Gall die beschreef. Hij beschouwde de hersenen als een instrument dat sensorische prikkels
kon koppelen aan motorische acties.

Het verzet tegen lokalisatie

John Locke gaf een tegengeluid, hij geloofde in het empirisme: alles is aangeboren, en niet
aangeleerd. Ook wel het associationisme. Jackson zei dat Broca de plaats van een beschadiging
niet moest zien als iets dat exact hetzelfde is als de plaats van een functie. En dat vinden we nog
steeds. Broca en Jackson hadden een tegenstelling, waar nu nog steeds sprake van is. Sommigen
geloven meer in de beschrijving van cognitieve functies in termen van modules, anderen geloven
meer in neurale netwerken, die zich vormen onder invloed van ervaringen.

Even later schreef Freud dat het niet om zelfstandig werkende centra zou gaan, maar om velden of
gebieden met overlap en samenhang. Naast hem, pleiten nog anderen tegen het lokalisationisme. Er
ontstond een nieuwe beweging, het holisme. Toch was voor de holisten wel duidelijk dat er wel enige
vorm van specialisatie in de hersenen zat. Luria vond hierin een balans. Hij vatte de hersenen op als
een complex geheel, waarbinnen diverse subsystemen een eigen bijdrage aan de gezamenlijke
activiteit leveren. De omgeving en leerprocessen zorgen ervoor dat die subsystemen kunnen
veranderen. Het gehele systeem zou heel flexibel zijn en zich aanpassen aan de situatie. Hij vatte de
bouw van de hersenen samen aan de hand van 3 globale indelingen:
1. Drie voortdurende interacterende functionele eenheden (units).
a. subcorticale hersengebieden (dient voor regulatie van waakzaamheid en aandacht)
b. posterieure hersengebieden (cognitieve informatieverwerking)
c. anterieure hersengebieden (organisatie van gedrag: plannen, regulatie en monitoring)
2. Drie hiërarchische geordende niveaus van verwerking.
a. primaire zones in de hersenen (verwerking van oppervlakkige fysieke kenmerken)
b. secundaire zones in de hersenen
c. tertiaire zones in de hersenen (diepe verwerking van betekenissen en consequenties,
het vormen van intenties en plannen en omzetten in acties)
3. Gedrag dat wel of niet gereguleerd wordt door taalprocessen (lateraliteit).
a. linkerhemisfeer (de taaldominante hersenhelft)
b. rechterhemisfeer (totaal niet betrokken bij taal)

, Hoe denkt we hier NU over?
X de 3 hiërarchisch geordende niveaus worden niet meer onderschreven
✓het wordt geaccepteerd dat er sprake is van enige lokalisatie, maar dat er ook sprake is van
flexibiliteit in de wijze waarop hersenen een bepaalde taak kunnen uitvoeren en zich aanpassen

Het ontstaan van de neuropsychologie als een apart wetenschapsgebied

Testbatterij → allerlei kleine proefjes, die verschillende psychologische functies in kaart kunnen
brengen. Allerlei verschillende aspecten van cognitief functioneren werden onderzocht. Hierdoor
konden psychologen een deel van het werk overnemen, dat anders door neurologen werd gedaan.
Dat leidde tot een specialisatie van psychologen die werkzaam waren op neurologische afdelingen.

2 ontwikkelingen die leidden tot het ontstaan van de neuropsychologie als wetenschapsgebied:
1. Geschwind zocht naar dubbele dissociaties, bijvoorbeeld als op plaats X functie A is
aangetast, maar B niet, en als in gebied Y functie B uitvalt, en A niet.
2. Sperry onderzocht de effecten van de split-brain operatie. Bij patiënten met ernstige vormen
van epilepsie, die nauwelijks kunnen functioneren omdat medicijnen de aanvallen niet
onderdrukken, besloot men om de vezelbaan die de twee hersenhelften met elkaar verbindt,
door te snijden. Dit was succesvol, maar er waren een aantal negatieve effecten, die verder
onderzocht werden. Hij kwam er tijdens dit onderzoek achter dat de rechterhersenhelft beter
functioneerde dan de linker en daardoor sprak hij meer over hemisfeerspecialisatie, dan
over een dominante hersenhelft. Hierdoor ontstond er steeds meer onderzoek naar welke
helften waarin gespecialiseerd waren. Er ontstonden methodes die ook gebruikt konden
worden door psychologen, om de specialisatie te onderzoeken bij mensen zonder laesie.
Door deze onderzoeks stroom werd de neuropsychologie een eigenstandig specialisme.

Neuropsychologie → een belangstelling voor de gevolgen van hersenaandoeningen op het mentaal
functioneren.

Cognitieve neuropsychologie

Nieuwe begrippen:
- module, bijvoorbeeld het taalvermogen. Die kan alleen bepaalde informatie verwerken
(domeinspecifiek), is aangeboren, doet zijn werk ongeacht wat andere processen doen,
andere processen kunnen de werking van de module niet beïnvloeden en een module is
computationeel autonoom en beschikt over zijn eigen neurale architectuur. Een module deelt
geen aandachtscapaciteit, geheugenprocessen of andere processen met andere modules.
- representatie, de informatie die door een module verwerkt kan worden of als output wordt
opgeleverd.
- proces, de berekeningen die op de representaties worden uitgevoerd.

Cognitieve neuropsychologie (volgens Marr) → de omzetting van informatie van een bepaalde
soort naar een andere soort: van klank, naar betekenis bijvoorbeeld. Er zijn specifieke componenten
nodig, voor specifieke omzettingen (algoritmes). Zo ontstond de kunstmatige intelligentie, een
discipline op de grens tussen psychologie en informatica. Deze benadering gaat uit van seriële
verwerking, de omzetting van informatie naar een volgend niveau van representatie.

Agnosie → een stoornis in het herkennen van objecten. Warrington ontwikkelde een model voor
objectherkenning: eerst vormherkenning, dan betekenisverlening.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller DaphnePsychologie. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $8.60. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

66579 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$8.60  4x  sold
  • (1)
  Add to cart