100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Biologie H21, afweer 21.2 t/m 21.5, 6 VWO, Nectar $4.47
Add to cart

Summary

Samenvatting Biologie H21, afweer 21.2 t/m 21.5, 6 VWO, Nectar

 0 purchase
  • Course
  • Level
  • Book

Samenvatting Biologie H21, afweer 21.2 t/m 21.5, 6VWO, nectar 4e ed.

Preview 2 out of 6  pages

  • No
  • 21
  • March 3, 2022
  • 6
  • 2021/2022
  • Summary
  • Secondary school
  • 6
avatar-seller
21.2



- Bacteriën behoren tot prokaryoten (zonder celkern): zijn niet allemaal ziekmakend, sommigen wel.
Maken mensen ziek door toxinen (meestal afvalstof) en vermenigvuldigen zich door mitose. Ze
vermengen hun DNA door conjugatie. (Overdracht van DNA van de ene cel op een andere cel en één
van de vormen van genetische uitwisseling) --> zeer snelle groei en veel genetische variatie.



-Sommige eencellige ziekteverwekkers zijn geen bacteriën maar eukaryoten. De cellen hebben wel
een celkern en andere organellen zoals een RER en een Golgi-systeem. Dit zijn parasieten.



-Levenscyclus van een virus: Virussen maken gebruik van cellen om zich te vermeerderen. Een
virusdeeltje bestaat uit erfelijk materiaal (DNA of RNA) met daaromheen een eiwitkapsel (capside)
en soms nog een membraan met eiwitten afkomstig van de gastheer en het virus, een
virussenenvelop. De eiwitten van dergelijke virussen hechten aan receptormoleculen op het
celmembraan van een gastheercel. Eenmaal gehecht passeert het virus het membraan, of gaat via
endocytose de gastheercel in. Na het vrijkomen integreert het DNA van een DNA-virus met behulp
van het virale enzym integrase in het DNA in de kern.

Bij een RNA-virus kan dit niet, om zijn RNA in het DNA van de gastheercel te krijgen, brengt het virus
ook het enzym reverse transciptase in. Dit vertaalt RNA naar enkelstrengs DNA, waaruit
dubbelstrengs DNA ontstaat met behulp van een DNA-polymerase van de gastheercel. Dit gebeurt
nie helemaal foutloos, waardoor RNA-virussen snel muteren. Het virale enzym integrase integreert
het dubbelstrengs virale DNA in het DNA van de gastheercel. Na transcriptie en translatie ontstaan
nieuwe virusdeeltjes. Voorbeeld hiervan is HIV.



-Al je lichaamscellen zetten moleculen (vaak eiwitten) aan de buitenkant van hun celmembraan. Die
stukjes zijn afbraakproducten van oude eiwitten die de cel zelf heeft gemaakt. Dit zijn antigenen:
moleculen die het afweersysteem kunnen activeren. Met behulp van MHC-I-moleculen zijn de
antigenen bevestigd aan het celmembraan. De MHC-I-moleculen vormen als het ware
vlaggenstokken waaraan een cel zijn antigeenvlaggen hangt. Elke cel van je lichaam is daardoor
herkenbaar als lichaamseigen. Normaal gesproken reageert je afweersysteem op lichaamseigen
antigenen. Op vreemde antigenen volgt wel een reactie. MHC-I-moleculen verschillen van persoon
tot persoon.



-Bloedplasma bevat meer dan 30 verschillende typen eiwitten die vreemde of geïnfecteerde cellen
opruimen. Dit zijn eiwitten van het complementsysteem. Door contact van complementeiwitten met
een ziekteverwekker start een cascade aan chemische omzettingen, leidt tot 3 mogelijke reacties:



-Complementeiwitten stimuleren je lichaam tot productie van signaalstoffen: cytokinen. Ze hechten
aan de cellen van de dichtstbijzijnde bloedvatwand en markeren zo de plaats van infectie. Ze hebben

, een ontspannende werking op de spiercellen rond de slagadertjes in de buurt. --> extra bloed op
plaats van infectie, wond gaat er rood uitzien. Ook neemt de ruimte tussen de epitheelcellen van
haarvaten toe. --> voor macrofagen (witte bloedcellen die alles opruimen wat er niet thuishoort)
gemakkelijker om bij de infectie te komen.

-Complementeiwitten vormen een laagje eiwitten, dat aan het oppervlak bindt=opsonisatie. Soms
binden deze eiwitten grote groepen bacteriën samen. --> macrofagen kunnen hen gemakkelijk
opruimen.

-Complementeiwitten perforeren het celmembraan van de bacterie, waardoor de bacterie
doodgaat: lysis.



-Witte bloedcellen die helpen bij niet-specifieke afweer:

-Granulocyt: Heeft een veelvormige, niet ronde kern. Het grondplasma van deze cellen bevat
blaasjes met stoffen die giftig zijn voor bacteriën, schimmels en parasieten. Ook kan een granulocyt
door cytokinen af te scheiden, andere witte bloedcellen activeren. Hierdoor komen macrofagen in
actie. Deze grote witte bloedcellen nemen ziekteverwekkers of lichaamsvreemde deeltjes op door
fagocystose (proces waarbij leukocyten een micro-organisme of virus insluiten). In een
verteringsblaasje breken macrofagen het deeltje af. Witte bloedcellen die deeltjes opnemen en
verteren zijn fagocyten.

-Natural killercel (NK-cellen): Controleert de celmembranen van je cellen op afwijkende eiwitten. Bij
afwijkende eiwitten scheidt de NK-cel perforine af. Hierdoor ontstaan gaten in het celmembraan van
de tumorcel of besmette lichaamscel. Lysis treedt op en de cel gaat dood. Virusdeeltjes in een
besmette cel, die nog niet zijn afgebouwd, gaan daardoor ook ten gronde.

NK-cellen kunnen ook eiwitten uitscheiden die de geïnfecteerde cel aanzetten tot apoptose:
geprogrammeerde celdood. Die eiwitten activeren in de cel het enzym DNase. Dat breekt zoveel
DNA af, dat de cel niet meer kan functioneren en doodgaat.



21.3



-Bepaalde witte bloedcellen zoals dendritische cellen en macrofagen, starten de specifieke afweer.

Dendritische cellen nemen met hun uitlopers, net als macrofagen, bacteriën op. Na fagocytose en
afbraak komen de antigenen van de ziekteverwekkers op het celmembraan van de dendritische
cellen terecht. Dit gebeurt met MHC-II-moleculen. Is in tegenstelling tot MHC-I-eiwit alleen bij witte
bloedcellen te vinden. Door de antigenen van de ziekteverwekker is de dendritische cel een
antigeenpresenterende cel geworden (APC): hij toont net als macrofagen de antigenen aan de
andere witte bloedcellen van de specifieke afweer.



-Typen lymfocyten: NK-cellen, B-lymfocyten en T-lymfocyten

B-lymfocyten: Ontstaan in het beenmerg, maar maken hun ontwikkeling af in follikels (blaasjes) in
de lymfeknopen.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller hannastigter1. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.47. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67619 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$4.47
  • (0)
Add to cart
Added