100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Geschiedenis samenvatting Feniks Tijdvak 9 (4/5 HAVO) $3.44   Add to cart

Summary

Geschiedenis samenvatting Feniks Tijdvak 9 (4/5 HAVO)

 63 views  6 purchases
  • Course
  • Level
  • Book

Samenvatting van Tijdvak 9 van geschiedenis. Samenvatting geschreven aan de hand van de leerdoelen.

Preview 2 out of 5  pages

  • No
  • Tijdvak 9
  • March 5, 2022
  • 5
  • 2021/2022
  • Summary
  • Secondary school
  • 5
avatar-seller
T9 – Tijd van wereldoorlogen

KA’s – Kenmerkende Aspecten
37. De rol van moderne propaganda- en communicatiemiddelen en vormen van
massaorganisatie.
38. Het in praktijk brengen van de totalitaire ideologieën communisme en
fascisme/nationaalsocialisme.
39. De crisis van het wereldkapitalisme.
40. Het voeren van twee wereldoorlogen.
41. Racisme en discriminatie die leidden tot genocide, in het bijzonder op de Joden.
42. De Duitse bezetting van Nederland.
43. Verwoestingen op niet eerder vertoonde schaal door massavernietigingswapens en de
betrokkenheid van de burgerbevolking bij oorlogvoering.
44. Vormen van verzet tegen het West-Europese imperialisme.

9.1 Oorlog en crisis
1. Je kunt beschrijven welke oorzaken het machtsevenwicht tussen de Europese mogendheden
verstoorden.
In de 19e eeuw waren er vijf grote Europese mogendheden: Groot-Brittannië, Frankrijk, Oostenrijk-
Hongarije, Rusland en Pruisen. Deze grootheden streefden naar het in stand houden van een
machtsevenwicht, omdat dat de beste garantie van vrede was. Heel lang ging dit goed, ook toen de
VS van Amerika een nieuwe economische wereldmacht werden. Onder leiding van Pruisen kwam in
1871 de Duitse eenheidsstaat tot stand. De snelle economische groei en het militarisme in het Duitse
Keizerrijk zorgden voor een blijvende verstoring van het machtsevenwicht. Omdat het Europese
machtsevenwicht uit balans raakte, vormden de mogendheden bondgenootschappen. In geval van
oorlog zouden ze dan niet alleen staan. Er ontstonden twee min of meer even sterke
bondgenootschappen:
1. Duitsland, Oostenrijk-Hongarije en Italië werkten sinds 1882 samen. Ze spraken af om hun
internationale politiek op elkaar af te stemmen en beloofden elkaar bij conflicten te steunen.
(de Centralen)
2. Groot-Brittannië en Frankrijk voldoen zich bedreigt door Duitsland. Duitsland begon aan de
bouw van een grote, moderne oorlogsvloot. De Britten zagen hierin een bedreiging van hun
macht op de wereldzeeën. Er ontstond een wapenwedloop: de Britten gingen, net als de
Duitsers, hun vloot uitbreiden. Ook met betrekking tot andere soorten wapens ontstonden
wapenwedlopen tussen landen. De Fransen zaten bovendien vol wrok omdat ze het verliezen
van de Frans-Duitse oorlog (1870-1871) als een vernedering voelden; ze wilden wraak. Vanaf
1893 werkten Frankrijk en Rusland zoveel mogelijk samen en in 1907 sloot Groot-Brittannië
zich bij heen aan.


Op 28 juni 1914 bezocht de Oostenrijk-Hongaarse kroonprins Franz Ferdinand, samen met zijn vrouw
Sophie, de hoofdstad van Bosnië, Sarajevo, welke enkele jaren eerder door Oostenrijk-Hongarije was
ingenomen. Servische nationalisten wilden dat het gebied zich bij Servië kon aansluiten. Daarom
pleegden Servische terroristen een moordaanslag op het kroonprinselijk paar. Uiteindelijk verklaarde
Oostenrijk-Hongarije de oorlog aan Servië. Doordat landen zich in bondgenootschappen met elkaar
verbonden hadden, raakten veel andere landen direct betrokken bij dit conflict. Een oorlog bleek
onafwendbaar.

, Oorzaken Eerste wereldoorlog:
1. Nationalisme/Chauvinisme
- Gaan voor eigen natie
- Superioriteits gevoel ten opzien van andere culturen

2. Modern Imperialisme
- Streven naar wereldrijk met koloniën voor delfstoffen
- Duitse ‘weltpolitik’

3. Militarisme/wapenwedloop
- Verheerlijking van leger
- Geweld wordt gezien als middel om politieke doelen te bereiken

2. Je kunt beschrijven waarom en hoe de manier van oorlog voeren tussen 1914 en 1918
veranderde.
Op 4 augustus trokken Duitse legers België binnen. De opmars in de richting van Frankrijk, welke ze
met een snelle aanvalsoorlog wilden verslaan, verliep snel en gewelddadig. Tientallen dorpen werden
verbrand. De helft van de burgers werd geëxecuteerd, de helft van de Belgen vluchtte. Begin
september zaten de Duitsers al in Noord-Frankrijk, waar de Fransen en Britten erin slaagden de
Duitse opmars te stoppen. Soldaten groeven zich aan weerszijden van de frontlijn in en, wanneer de
generaals dat besloten, moesten de soldaten hun loopgraaf verlaten en op de tegenpartij afrennen,
welke reageerde met mitrailleurvuur. Veruit de meeste aanvallen leidden niet tot terreinwinst, maar
kostten wel vele soldaten het leven. Om de loopgraven van de vijand te verzwakken voerden
kanonnen zware beschietingen uit. Omdat het beide partijen niet lukte de linies van de tegenstander
te doorbreken werden steeds nieuwe wapens ingezet. Naast de tank waren dat vlammenwerpers en
gifgas. Ook het kort ervoor uitgevonden vliegtuig werd ingezet als wapen. Begin 1918 trok Rusland
zich terug uit de oorlog, waarna de Duitsers al hun troepen in het westen konden inzetten. Hierdoor
rukten ze tientallen kilometers verder op. De Duitse soldaten waren moegestreden. In 1917 had de
Amerikaanse president Wilson besloten tot deelname aan de oorlog (ideologisch motief -> volken
eigen keuzes maken; Amerikaanse burgers slachtoffer Duitse onderzeeërs), en droeg hierbij mee aan
het uiteindelijke Duitse verlies.

3. Je kunt uitleggen dat de Eerste Wereldoorlog voor een verandering in de wereldwijde
economische verhoudingen zorgde.
In het Verdrag van Versailles werd vastgelegd dat Duitsland nog slechts een klein leger mocht
hebben, de oorlogsschade moest betalen en grondgebied moest afstaan. In economisch opzicht
hadden de Verenigde Staten sterk geprofiteerd van de Eerste Wereldoorlog. Toen de oorlog de
economie in Europa verstoorde, vulden de Amerikanen het tekort aan landbouwproducten,
grondstoffen en industrieproducten aan. Ze hadden hun productiecapaciteit flink verhoogt, wat na
de oorlog op het eerste opzicht nog geen problemen opleverde.

4. Je kunt de zwakke plekken van de Amerikaanse economie beschrijven en je kunt uitleggen hoe
die zwakke plekken leidden tot een economische wereldcrisis.
Een te hoge productie was het eerste probleem. Een tweede probleem was de protectionistische
politiek; hoge invoertarieven voor buitenlandse producten waardoor Amerikanen vooral
Amerikaanse producten kochten. Een derde probleem was de zeer ongelijke inkomensverdeling, er
was een kleine groep zeer rijken en een grote groep die maar amper kon rondkomen, welke worden
aangemoedigd met geleend geld consumptiegoederen te kopen. En bij de banken zat een vierde
probleem: een slechte controle waardoor bedrijven en particulier veel meer geld konden lenen dan
goed voor hen was.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller elinefranken1. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.44. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

76462 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.44  6x  sold
  • (0)
  Add to cart