Luna Lanzaat
26 oktober 2020
Pabo VT2B
Berber van Dalfsen
,Luna Lanzaat
Beroepsopdracht 2.1
500830711
Inhoudsopgave
• Inleiding pag. 3
- Presenteren van de hoofd- en deelvragen
- Algemene informatie
• Onderzoeksopzet pag. 4
- Werkwijze deelvraag 1: Welke drie niveaugrepen zijn er te onderscheiden op het
gebied van rekenen? pag. 4
- Werkwijze deelvraag 2: Welke onderwijsbehoeften hebben de omschreven
niveaugroepen? pag. 7
- Werkwijze deelvraag 3: Welke vervolgactiviteit kan per niveaugroep worden
ingezet? pag. 8
- Werkwijze deelvraag 4: Wat is mijn visie op differentiëren? pag. 8
• Resultaten pag. 9
- Resultaten deelvraag 1: Welke drie niveaugrepen zijn er te onderscheiden op het
gebied van rekenen? pag. 9
- Resultaten deelvraag 2: Welke onderwijsbehoeften hebben de omschreven
niveaugroepen? pag. 20
- Resultaten deelvraag 3: Welke vervolgactiviteit kan per niveaugroep worden
ingezet? pag. 22
- Resultaten deelvraag 4: Wat is mijn visie op differentiëren? pag. 27
• Conclusie pag. 30
- Antwoord op de hoofdvraag
- Koppeling theorie
• Nawoord pag. 33
• Literatuurlijst pag. 34
• Bijlagen pag. 35
Aanleiding van het verslag:
Bij deze beroepsopdracht ga ik op zoek naar verschillen tussen leerlingen in mijn
stageklas op het gebied van rekenen met geld tot 100. Ik doe dit, zodat ik een goed
beeld krijg van alle leerlingen en ik mijn lessen kan laten aansluiten op de
verschillende niveaus. Ik ga ook kijken naar de onderwijsbehoeften van de leerlingen
en wat ik met de leerlingen kan doen als vervolgactiviteiten.
Opbouw van het verslag:
In dit verslag wordt aandacht besteedt aan het differentiëren in het primair
basisonderwijs. Er staat hierbij één vraag centraal:
‘Op welke wijze kan er rekening gehouden worden met verschillen tussen leerlingen
op het gebied van rekenen met geld tot 100 binnen rekenen?’
Ik ben op zoek gegaan naar een antwoord op deze vraag aan de hand van vier
deelvragen. Hieronder staan de deelvragen op een rijtje.
1. ‘Welke drie niveaugroepen zijn er te onderscheiden op het gebied van
rekenen, rekenen met geld tot 100?’
Bij deze deelvraag analyseer ik kwantitatieve en kwalitatieve gegevens van de
leerlingen om tot niveaugroepjes te komen. Ook plaats ik de leerlingen op de
desbetreffende leerlijn.
2. Welke onderwijsbehoeften hebben de omschreven niveaugroepen?
Bij deelvraag 2 ben ik gaan kijken naar wat er nodig is voor de leerlingen om optimaal
te kunnen leren. De onderwijsbehoeften zal ik omschrijven per niveaugroep en bij
leerlingen die er ver boven uit steken of die juist onder de gemiddelde grens liggen.
3. Welke vervolgactiviteit kan per niveaugroep worden ingezet?
Bij deze deelvraag ga ik per niveaugroep vervolgactiviteiten opstellen die aansluiten
op het niveau van de leerlingen en die passen bij de onderwijsbehoeften van de
groepen.
4. Wat is mijn visie op differentiëren?
Onder deze vraag zal ik omschrijven hoe ik zelf tegen het gebruik van differentiatie
aankijk in mijn huidige stageklas.
Aan het eind van het verslag geef ik antwoord op de hoofdvraag door een conclusie
te trekken.
Algemene informatie:
Ik loop stage in groep vier van BOE Oostelijke Eilanden. Dit is een basisschool die
onder ontwikkelingsgericht onderwijs valt. Mijn mentor is Anouk Pellicaan.
Ik wens u veel plezier me lezen en dank u bij voorbaat!
Luna Lanzaat
3
, Luna Lanzaat
Beroepsopdracht 2.1
500830711
Onderzoeksopzet
Deelvraag 1: Welke drie niveaugroepen zijn er te onderscheiden op het gebied van
rekenen met geld tot 100?
Om antwoord te kunnen geven op deze vraag heb ik verschillende gegevens van de
leerlingen verzamelt en geanalyseerd. Ik ben op zoek gegaan naar kwantitatieve
gegevens, maar heb ook gekeken naar kwalitatieve gegevens om tot een definitieve
driedeling te komen.
Kwantitatieve gegevens:
Als eerst heb ik gekeken naar de laatst gemaakte toets. Deze gegevens horen bij de
kwantitatieve gegevens. De toets werd gemaakt toen ik aanwezig was en werd
afgemaakt tijdens de eerstvolgende rekenles die ik gaf. Ik had hierbij een tweedeling
in de groep; de ene helft was aan de gang met de toets afmaken en de andere helft
kreeg de herhaling van mij uitgelegd. Ik heb tijdens het lopen van de rondes kunnen
zien wie er moeite had met het onderdeel rekenen met geld tot 100 en wie er snel
doorheen was. Het was een methodetoets van ‘De wereld in Getallen’ en het was de
eerste toets van het jaar en dus blok 1. Ik heb gezocht naar de opdrachten die over
rekenen met geld tot 100 gingen en dit waren de opdrachten 3 en 5. Hier was het
belangrijk om de waarde van het geld te begrijpen.
Er is per leerling per opdracht een cijfer als gegeven bij de methodetoetsen, dus ik
heb de cijfers van opdracht 3 en 5 genomen en hier heb ik een gemiddelde van
gemaakt.
De resultaten van de citotoets heb ik wél mee laten rekenen. Het is niet mogelijk om
onderscheid te maken tussen leergebieden in de cito, dus ik heb hier naar een
totaalscore gekeken. Ik heb de cito uit leerjaar 3 genomen. Er is dit jaar nog geen cito
afgenomen, vorig jaar wel een. Ik heb de resultaten van de citotoets uit het
voorgaande jaar gebruikt om de leerlingen te plaatsen in niveaugroepen op basis van
kwantitatieve gegevens.
Ik vond het te weinig om te kijken naar maar één gemaakte methodetoets. Ik heb
daarom de toetsen en de resultaten van leerjaar 3 opgevraagd. Ik heb gegevens
gevonden van twee methodetoetsen, met ook hierin, onderdelen die gingen over
rekenen met geld onder 100. In iedere toets zat één opgave met dit onderwerp en bij
elk onderwerp staat een behaald toets cijfer. Ik heb deze gegevens bekeken en
meegenomen in mijn uiteindelijke besluit voor een driedeling. Ik heb een gemiddelde
genomen van de twee behaalde cijfers op het onderdeel en heb een verdeling
gemaakt van 10-8,6, 8,5-6,1, 6-0. De categorieën hebben een kleur, waarbij de
hoogste groep groen is, de middelste oranje en de laagste rood. Deze kleuren zie je
ook in de tabel en bij de observatie. Ik heb ervoor gekozen de laatst gemaakte
methodetoets te verwerken in de tabel, omdat ik vind dat die het best inzicht geeft in
hoe de leerlingen er op dit moment voor staan en wat hun niveau is.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lunalanzaat1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.43. You're not tied to anything after your purchase.