100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting SWK7: alle hoorcolleges + TENTAMENVRAGEN + hoofdstukken van het boek! $7.54   Add to cart

Summary

Samenvatting SWK7: alle hoorcolleges + TENTAMENVRAGEN + hoofdstukken van het boek!

 59 views  1 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Alle hoorcolleges zijn er in verwerkt + de PowerPoint presentatie. Ook zijn de hoofdstukken van Rigter benoemd. Ook zijn er TENTAMENVRAGEN in genoemd!

Preview 4 out of 36  pages

  • No
  • H8,10,11 & 12
  • March 7, 2022
  • 36
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
SWK7
Hoorcollege 1
Een theoretische reflectie:
Enige kennis van statistiek is nodig om onderzoek op waarde te schatten.

We proberen evidence based te werken, maar bewijs is soms flinterdun.

Een methodische reflectie:
Om te bepalen of iets klopt of niet, gebruik je de empirische cyclus.
In wetenschappelijke toetsing speelt logica altijd een rol.
De interpretatie van resultaten staat daarmee nooit 100% los van de denkwereld (incl. de cultuur)
van de onderzoeker.

Onderzoek is dus: hypothesen toetsen
Stap 1: je neemt wat waar
- Een observatie middels een gesprek, een observatie, een vragenlijst, een test.

Stap 2: je formuleert een idee over wat je ziet
- Je induceert een hypothese vanuit je observatie: je interpreteert je waarneming.

Stap 3: je maakt voorspellingen toetsbaar (deductie) en kiest instrumenten om je interpretatie te
toetsen (operationalisatie)
- Je besluit: als ik dit zie, geloof ik A, als ik dat zie, geloof ik B

Stap 4: je voert je onderzoek uit (toetsing)
- Je verzamelt gegevens in de realiteit (de empirie), je doet een ervaring op.

Stap 5: je koppelt de gevonden gegevens terug naar je hypothesen
- Dat is de evaluatie: wat klopt er, wat klopt er niet? Wat mag ik nu zeggen?

Hypothesen toetsen vraagt kritisch denken
• Is mijn inductie logisch, op grond van wat we al weten?
- Kun je autistisch worden van een afstandelijke opvoeding?
Je kunt een kind niet autistisch maken.

• Is mijn deductie wel logisch, op grond van wat we al weten?
- Zie je bij een misbruikt kind altijd concentratieproblemen op school?
Nee

• Heb ik juiste en deugdelijke instrumenten gekozen?
- Kan ik gedragsproblemen onderzoeken met alleen een observatie?
Nee dat is veel te eenzijdig.
- Kan ik een angststoornis goed vaststellen met de DSM?

• Heb ik mijn instrumenten wel goed gebruikt?
- Heb ik onbewust suggestieve vragen gesteld?

• Heb ik de gegevens goed verwerkt?
- Heb ik de leeftijd van het kind wel goed uitgerekend?

• Volgens mijn conclusies logisch uit de gegevens?

, - Of heb ik over- of onder geïnterpreteerd?

LOGICA
KUNDE
KENNIS

Hypothesen toetsen
• Doe je om de volgende stap in het zorgproces te onderbouwen
- Diagnostiek staat in de praktijk ten dienste van de hulpverlening
• Je onderzoekt hypothesen die verschil maken voor je handelen
- Bijvoorbeeld: moet ik wel of geen hulp aanbieden?
- Of: is er wel of niet sprake van kindermishandeling?
• Bij complexere vragen doe je een beroep op specialisten
- Bijvoorbeeld: is er wel of niet sprake van autisme? Dit laat je over aan een multidisciplinair
team met specialisten
• Ook als er specialisteren aan het werk zijn, lever je je bijdrage
- Iedereen is het systeem heeft zijn eigen perspectief. Alleen als dat samenkomt, wordt de
problematiek begrepen.

Een persoonlijk-professionele reflectie:
Iedere discipline kan zijn eigen bijdragen leveren aan diagnostiek: van de kleuterjuf tot en met de
psychiater.
Hoe integreer je dit alles?

Definitie diagnose
Een beschrijving of definitie van een probleem of situatie met het oog op het nemen van een
beslissing die relevant is voor een bepaald oordeel of handeling. Wanneer de beschrijving geen
verklaring bevat, wordt gesproken van een beschrijvende diagnose, symptomatische diagnose dan
wel classificatie. = volgens het boek
Een verklarende theorie over wat getoetst is over wat er aan de hand is = volgens orthopedagogen

Een goede diagnose is een probleemdefinitie ‘’waarom is het ontstaan?’’ → een verklaringstheorie
‘’waarom gaat het niet vanzelf over?’’

Diagnosis
• Het door-en-door kennen van een situatie, zodat je een oordeel kan vellen:
Is het het één of is het het ander?
• Oorspronkelijk juridisch:
Is de persoon schuldig of onschuldig?
• Later (ook) medisch:
Heeft hij de ene ziekte, of de andere?
• Het leidt tot het vaststellen van een globaal doel, je hebt nog meer nodig om een plan te
kunnen maken, namelijk een oplossingsdefinitie.

Een persoonlijk-professionele reflectie:
Verantwoord werken vraagt doorlopende reflectie.

Kan je samenwerken?
Durf je je eigen ideeën ter discussie te stellen?
Sluit je goed aan bij de hulpvragers?
Hoe ga je om met je eigen stress?

,Orthopedagogiek voor hbo-pedagogen
• Theoretische aspecten
- Systeemgericht denken en werken is essentieel
- Maar altijd met net zoveel oog voor individuele factoren
• Methodische aspecten
- Handelingsgericht werken met de regulatieve cyclus
- Momenten van onderzoek en van reflectie
• Persoonlijk-professionele aspecten
- Naar problemen durven kijken, contact durven maken
- Niet bagatelliseren, niet dramatiseren, niet negeren
- Discipline opbrengen om gefundeerde kennis te gebruiken
- Discipline opbrengen om samen te werken

Wat is systeemgericht denken en werken?
a. Werken met oog voor de sociale context van het kind

Wat is methodisch werken?
a. Werken met een methode zoals de regulatieve cyclus
b. Werken met een methode zoals de empirisch cyclus

Wanneer heeft iemand hulp nodig?
Als diegene er niet meer zelf uitkomt
Belemmering in de ontwikkeling

Een kwantitatieve manier van beoordelen
• Frequentie
• Duur: hoe langer een probleem bestaat, hoe lastiger te veranderen
• Ontwikkelingsverloop: grote disharmonie, of een ‘knik’ in de ontwikkeling, of langdurige
terugval
• Intensiteit: het is opvallen heftig met grote gevolgen
• Omvang: het komt in meerdere situaties voor
• Ongebruikelijkeheid: het komt op deze leeftijd, ontwikkelingsniveau, in deze fase maar
weinig voor: een statistisch criterium (ontwikkelingspsychologisch, sociologisch, sociaal-
cultureel)
• Lijden: iemand of zijn omgeving voelt zich erg ongelukkig
• Onvrijheid: iemand is de macht over zichzelf kwijt
• Oninvoelbaarheid: je kan je er niet in inleven: je raakt het contact kwijt
• Sterke afwijking: van het maatschappelijk ideaal, verbonden aan risico’s voor lichamelijke,
geestelijke en sociale ontwikkeling
• Een herkenbaar beeld: er is een samenhangend patroon van verschijnselen (symptomen) dat
verbonden is met problemen in de ontwikkeling (proces) waarvan bekend is dat het niet
vanzelf over gaat (prognose). Vaak bij stoornissen
Bij diagnostiek spelen altijd waarden en normen: professionele, maatschappelijke en persoonlijke
opvattingen – tijd- en cultuurgebonden.

Integratie van perspectieven: adaptatie
• Kan iemand leeftijdsadequaat relaties aangaan?
• Kan iemand leeftijdsadequaat zijn werk doen?
• Dat vraagt een dynamisch evenwicht tussen de mogelijkheden van de persoon en de
mogelijkheden van de omgeving.

, LET OP: Sommige mensen functioneren sociaal en professioneel geweldig, maar zijn toch diep
ongelukkig.
LIJDEN kan op zich criterium zijn.

LET OP: Sommige mensen functioneren sociaal en professioneel geweldig, maar maken sommige
anderen toch diep ongelukkig. Het lijden van de omgeving (onveiligheid) kan ook een criterium zijn.
Vladimir Poetin

TENTAMENVRAAG:
Stel ouders komen met de hulpvraag dat hun kind andere kinderen bijten.
Wat is je eerste vraag die je stelt over dit kind?
Hoe oud is hij?

Wat is de tweede vraag die je stelt over dit kind?
Welke klas zit hij eigenlijk?
Als je hem vergelijkt met broertjes of neefjes, vind je hem anders?
Wat zei de CB-arts over het kind? Heeft de CB-arts wel eens wat opgemerkt?
Is er ooit onderzoek gedaan naar het kind? IQ of taal?
Wat zou de leerkracht zeggen in vergelijking met andere kinderen?
Wat staat er in het leerlingvolgsysteem? Vragen aan de leerkracht
Spelgedrag: speelt het kind met leeftijdsgenoten?
Wat is zijn ontwikkelingsniveau? Op school?

Het ontwikkelingspsychologisch perspectief moet je er aan herinneren dat:
1. De leeftijd
2. Het ontwikkelingsniveau
Altijd nagevraagd moeten worden.

Vervolg vragen:
1. Kwantitatief: hoe vaak, hoe sterk, hoeveel plekken etc.
2. Kwalitatief: wie heeft er last van? Wat gaat er mis?
3. Subjectief:
1. Hoe beleven de betrokken het?
2. Wat denken zij dat er aan de hand is?
3. Wat hopen ze vooral dat er verandert?
4. Waarom wordt er nú hulp gevraagd?
4. Geschiedenis:
- Gebeurtenissen, diagnostiek, hulp
- Auto-ongeluk, pesten, inbraken
5. Context:
- Biopsychosociaal kijkend, beschermende én bedreigende factoren, wie zijn er betrokken, wie
is verantwoordelijk

Alle hulpverleners gebruiken gespreksvoering om hun hypothese te toetsen.
Alle hulpverleners…
• Gaan het gesprek aan om te bepalen: wat is de vraag?
- En waarom kom je daar NU mee? Wat is de aanleiding?
• Vragen na wat er nu precies mis gaat?
- En waarom vindt JIJ dit nu zo erg? Welke betekenis heeft dat voor jou?
• Vragen naar wat al allemaal is gebeurd
- Voorgeschiedenis (dossiers?): is er diagnostiek gedaan? Is er hulp geweest?

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Lies98. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.54. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67096 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling

Recently viewed by you


$7.54  1x  sold
  • (0)
  Add to cart