Samenvatting van alle leerdoelen van week 1 t/m 6 van het vak Gemeenterecht. Dit vak wordt gegeven op Avans Hogeschool studie HBO-Rechten in het tweede jaar.
het verschil tussen autonomie en medebewind uitleggen aan de hand
van de Grondwet, de Gemeentewet en bijzondere wetten;
Autonomie
- taken en bevoegdheden worden uitgeoefend op eigen initiatief
- art. 124 lid 1 Gw en art. 108 lid 1 Gemeentewet.
- vrijheid om zelf beleidskeuzen te maken en regelend en besturend op te treden.
- iedere activiteit mag worden ondernomen die in het belang v.d. gemeente
nodig wordt geacht (eigen huishouding).
- art. 149 Gemeentewet.
Medebewind
- taken en bevoegdheden worden uitgeoefend omdat een andere overheid dat va
hen verlangt.
- art. 124 lid 2 Gw en art. 108 lid 2 Gemeentewet.
- regeling en bestuur kunnen worden gevorderd v.h. gemeentebestuur.
Gemeentebestuur kan/moet meewerken aan de uitvoering van een hogere
regeling.
- Wanneer de wetgever gedecentraliseerde lichamen opdraagt een bepaalde taak
te behartigen.
- Een hoger bestuursorgaan geeft opdrachten aan de gemeente om mee te
werken aan de uitvoering van overheidstaken doorhet stellen van nadere regels
of het uitvoeren van hogere regels.
- De decentrale lichamen zijn uitvoerders van de centrale wetgever.
Zelf voorbeelden geven van autonomie en medebewind en deze
begrippen koppelen aan het begrip beleidsvrijheid;
Autonomie: voor provincies en gemeenten wordt de bevoegdheid tot regeling en
bestuur inzake hun huishouding aan hun besturen overgelaten (Gw). Geen
beleidsvrijheid. (het verstrekken van subsidies, het ophalen v.h. vuil en het
vaststellen van de APV)
Medebewind: regeling en bestuur kunnen v.d. besturen van provincies en
gemeenten worden gevorderd bij of krachtens de wet. Wel beleidsvrijheid. Bijv.
art. 3 lid 2 Wet op de veiligheidsregio’s. Bijv. art. 4 lid 1 Gemeentewet.
Beleidsvrijheid: de ruimte om eigen keuzes en (politieke) afwegingen te maken.
De verschillende wijzen waarop er binnen de gedecentraliseerde
eenheidstaat controle en toezicht wordt uitgeoefend op gemeenten
uitleggen aan de hand van de wet;
Toezicht
- het rijk en de provincie hebben verschillende mogelijkheden om invloed te
oefenen op de gemeenten, zoals het houden van interbestuurlijk toezicht.
,- Toezicht vooraf (preventief) : Vóórdat een gemeente een besluit neemt.
- Toezicht achteraf (repressief(: Nadat een gemeente een besluit heeft genomen.
Art. 132 lid 4: vernietiging (of schorsen) van besluiten van deze besturen kan
alleen geschieden bij koninklijk besluit wegens strijd met het recht of het
algemeen belang.
Aan de hand van een voorbeeld uitleggen wat spontane vernietiging
inhoudt;
Spontane vernietiging
- art. 132 lid 4 Gw.
- Vernietiging van besluiten van deze besturen kan alleen geschieden bij
koninklijk besluit wegens strijd met het recht of het algemeen belang.
- Zie ook art. 268 Gemeentewet en 10:35, 10:37 Awb.
- De regering bepaalt of hier sprake van is. Dus altijd een politieke beslissing.
- Gemeente kan tegen deze beslissing beroep instellen bij de Raad van State art.
281a Gemeentewet.
Bepalingen Gemeentewet:
- art. 268 GMW: besluit en niet- schriftelijke beslissing.
- art. 273GMW: taak burgemeester
- art. 278 GMW: voordracht vernietiging door minister
- art. 281a GMW: beroepsmogelijkheid tegen vernietigingsbesluit.
Bepalingen Awb:
- art. 10:34: vernietigingsbesluit bij wet verleend.
- art. 10:41: vernietiging kan pas na overleg tissen bestuursorganen.
- art. 10:42 rechtsgevolgen van vernietiging.
- art. 10:43 en 10:44: specifiek over schorsing.
Uitleggen waarom de begrippen gedecentraliseerd en eenheidsstaat
met elkaar op gespannen voet kunnen staan.
Gedecentraliseerd: de lagere overheden hebben ook een bevoegdheid om regels
te maken.
Eenheidsstaat: de inhoud en omvang v.d. lagere overheden wordt niet alleen
door hen zelf bepaald, maar ook door de hoogste centrale macht.
De lagere overheden hebben dan wel zelf bevoegdheden gekregen, maar de
staat heeft altijd de laatste macht. Want kan deze alsnog vernietigen of schorsen.
Kennisclips
Territoriale decentralisatie
- = de onderverdeling in provincies en gemeenten.
Nederlands staatsbestel kent 3 bestuurslagen
1. Rijk
2. Provincie
3. Gemeente
, Belangrijkste uitgangspunten: Grondwet (H7) en Gemeentewet.
De opheffing en samenvoeging en vastlegging van de gemeentelijke grenzen zijn
een zaak voor de wetgever art. 123 Gw.
Huidige uitgangspunt van herindelingen: dat de samenvoegingen, fusies en
herindelingen op vrijwillige basis tot stand komen.
2 vormen herindelingen:
1. dat alle betrokken gemeenten worden opgeheven en dat er vervolgens een
geheel nieuwe gemeente wordt gecreëerd.
2. dat één v.d. gemeenten blijft bestaan en de anderen aan de bestaande
gemeente worden toegevoegd.
Gemeenten hebben divers takenpakket, financiering grotendeels door
Rijksoverheid. Taken worden soms in autonomie, maar vooral in medebewind
verricht. Denk aan:
- openbare orde en veiligheid
- burgerzaken
- volkshuisvesting
- onderwijs (medebewind)
- welzijn
- (lokale) economie.
Een gemeente bekostigt de uitvoering van alle taken vooral via geld v.d.
rijksoverheid.
Facultatief medebewind: wanneer de centrale wetgever het gemeentelijk bestuur
vrijheid geeft om zelf keuzes te maken bij het verplicht uitvoeren van de taken.
Reader
Week 1: Paragraaf 1.1.1 t/m 1.1.4
Paragraaf 1.1.1: Het beginsel van decentralisatie
Gedecentraliseerde eenheidsstaat: naast het centrale overheidsverband,
functioneren zelfstandige lichamen die wetgevende en bestuurlijke taken
vervullen.
In Nederland is de inrichting v.d. decentrale overheden gestandaardiseerd door
de Provinciewet, de Gemeentewet en de Waterschapswet. De nationale wetgever
kan hun bevoegdheden eenzijdig wijzigen.
Territoriale decentralisatie: gemeenten en provincies die op hun eigen territoir
wetgeving en bestuur verzorgen ter behartiging v.d. lokale en provinciale
belangen: hun huishouding. Art. 124 GW. Regels over het functioneren van
Gemeenten en provincies: art. 123 – 132 Gw.
Functionele decentralisatie: bevoegdheden tot regeling en bestuur toekennen
aan organen van publiekrechtelijke lichamen die op het gehele grondgebied v.h.
Rijk op een bepaald terrein werkzaam zijn. Hierbij moet men denken aan
openbare lichamen voor beroep en bedrijf art. 134 Gw. Vb: Nederlandse orde van
advocaten.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller zjeex. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.91. You're not tied to anything after your purchase.