,OWG 1.01
1. Hoe werkt een multidisciplinaire samenwerking in een gezondheidscentrum?
Bij patiënten die passen in profiel II is het zinvol te streven naar een multidisciplinaire afstemming
van de behandeling en afspraken te maken tussen de patiënt en de betrokken hulpverleners.
Afstemming met alle gewenste hulpverleners zal niet altijd haalbaar zijn. Goede communicatie
tussen de fysiotherapeut en de huisarts (als verwijzer of coördinator) en de fysiotherapeut en de
bedrijfsarts, in verband met eventuele gedeeltelijke re-integratie, is bij deze patiënten echter
essentieel. Voor een bredere samenwerking kan gedacht worden aan afstemming met een
psycholoog of een maatschappelijk werkende (in verband met de gedragsgeoriënteerde aanpak,
gericht op een adequate wijze van omgaan met pijn), een revalidatiearts of een ergotherapeut (in
verband met ergonomische aanpassingen).
Bij profiel 2 kan je multidisciplinaire afstemming doen, omdat duidelijk is waardoor de klachten
komen. Er is een duidelijke en herkenbare samenhang.
Bij profiel 3 is dit niet het geval, en moet je ook coping en psychologische handelingen verrichten. Dit
kan de fysiotherapeut tot een bepaalde hoogte. Indien dit niet genoeg is kan alsnog een psycholoog
o.i.d. ingeschakeld worden.
2. Welke verschillende vormen van preventie, gezondheidsvoorlichting en het
bevorderen van gezond gedrag worden door fysiotherapeuten gedaan.
Welke soorten preventie zijn er?
- Universele preventie: Universele preventie bevordert en beschermt actief de gezondheid van
de gezonde bevolking.
- Hygiëne
- Gymlessen op basisscholen
- Selectieve preventie: Selectieve preventie probeert te voorkomen dat personen met één of
meerdere risicofactoren (determinanten) voor een bepaalde aandoening daadwerkelijk ziek
worden.
- Vaccinaties
- Voorkomen van diabetes bij bepaalde afkomst
- Geïndiceerde preventie: Geïndiceerde preventie probeert te voorkomen dat beginnende
klachten verergeren tot een aandoening.
- Beweeggroepen voor mensen met een verhoogd risico op een chronische
aandoening.
- Zorg gerelateerde preventie: Het doel van zorggerelateerde preventie is te voorkomen dat
een bestaande aandoening leidt tot complicaties, beperkingen, een lagere kwaliteit van
leven of sterfte.
- Valpreventie.
Gezondheidsvoorlichting- en opvoeding is te onderscheiden in twee soorten:
- Intentionele GVO → de intentie heeft om gedrag van de cliënt te veranderen (sturende
manier).
- Faciliterende GVO → bedoeld om kennis te vergroten. De kennis verbreding wordt door
informatieoverdracht bereikt. Deze methode is vrijblijvender.
Bevorderen gezond gedrag: MI, trainen, voorlichting
3. Wat zijn de risico- en prognostische factoren bij deze verschillende klassen werkende
mensen? Maak gebruik van de Arbeidsanamnese/ 4 A’s.
SES kan niet op een directe manier gemeten worden.
- Laag opgeleiden
- meer fysiek werk en lange dagen, meer stress
- vaker overbelasting en herhalingen
- geen bewegingsangst
- weten vaak niet waar de klacht vandaan komt en is ook moeilijker uit te leggen
, 4. Wat zijn de screeningsvragen & rode vlaggen? (KNGF Richtlijn-Kans)
De fysiotherapeut brengt de (stoornissen in) functies en anatomische
eigenschappen, de (beperkingen in) activiteiten en de (problemen met) de
participatie van de patiënt in kaart en inventariseert de herstelbelemmerende
en -bevorderende factoren. Tevens brengt de fysiotherapeut de opvattingen
van de patiënt in kaart over de klachten, de manier waarop de patiënt met de
klachten omgaat, de verwachtingen van de patiënt ten aanzien van de therapie
en het functieherstel. Daarnaast screent de fysiotherapeut zowel op voor deze
patiëntengroep specifieke als op algemene rode vlaggen. Rode vlaggen kunnen
duiden op onderliggende pathologie. Bij aanwezigheid van rode vlaggen dient
de fysiotherapeut de patiënt te adviseren contact op te nemen met de huisarts
of specialist. Op grond van de inventarisatie analyseert de fysiotherapeut wat
het verband is tussen de klachten, de stoornissen in functies, de beperkingen in
activiteiten, de participatieproblemen en de herstelbeïnvloedende factoren,
waarbij ook de invloed van het werk op het ontstaan en voortbestaan van het
gezondheidsprobleem aan de orde komt. Tot slot bepaalt de fysiotherapeut of
er een indicatie is voor fysiotherapeutische behandeling en of de patiënt in
aanmerking komt voor behandeling volgens de richtlijn.
8. Beschrijf de patiënten profielen uit de richtlijn KANS.
Er worden 3 patiëntenprofielen onderscheiden:
- Patiëntenprofiel 1: Er is sprake van stoornissen in functies en/of anatomische eigenschappen. De
patiënt heeft geen beperkingen in activiteiten en geen participatieproblemen.
- Patiëntenprofiel 2: Er is sprake van stoornissen in functies en/of anatomische eigenschappen,
beperkingen in activiteiten en participatieproblemen. Er is een voor zowel de fysiotherapeut als de
patiënt begrijpelijke en herkenbare samenhang tussen de stoornissen, beperkingen en/of
participatieproblemen.
- Patiëntenprofiel 3: Er is sprake van stoornissen in functies en/of anatomische eigenschappen,
beperkingen in activiteiten en participatieproblemen. Er is naar het oordeel van de fysiotherapeut
sprake van een discrepantie tussen de aanwezige stoornissen enerzijds, en de ervaren beperkingen
en/of participatieproblemen anderzijds. Er is mogelijk sprake van een inadequate wijze van omgaan
met het gezondheidsprobleem door de patiënt.
10. Wat verstaan we onder algehele belastbaarheid?
Belastbaarheid is ons vermogen om de fysieke en psychische belasting te verdragen.
Belastbaarheid wordt, bijvoorbeeld, bepaald door:
- de kwaliteit en hoeveelheid slaap
- het voedingspatroon
- hoe wij omgaan met stress
- of je voldoende rust en ontspanning hebt
- De conditie van het lichaam
Dit alles zorgt voor de algehele belastbaarheid.
Door te trainen kan belastbaarheid verbeteren, maar kan ook verslechteren door bijvoorbeeld
ziekte.
11. Welk aanvullend onderzoek doe je bij meneer G?
Wordt aan tendinopathie gedacht dus onderzoek daarnaar.
Meestal is een anamnese (het typische verhaal dat de patiënt verteld over zijn klacht) in combinatie
met een klinisch onderzoek van de fysiotherapeut, voldoende om tot de diagnose te komen. Verdere
onderzoek zoals een MRI scan, RX scan of Echografie kan in zeldzame gevallen bijdrage aan het
bevestigen van de diagnose en het vaststellen van de ernst van de aandoening.
- Spierkrachtonderzoek elleboog buigers en strekkers, neem de pols ook mee.
- ROM ellebooggewricht testen.
- Knijpkracht
, 12. Wat is tendopathie, beschrijf de pathogenese en de behandelingsmogelijkheden?
De wetenschappelijke naam voor een peesblessure is tendinopathie (tendon=pees en
pathos=ziekte). Een pees is het uiteinde van een spier en zit vast aan het bot. Als een spier
samentrekt, brengt de pees de kracht over op het bot, waardoor dit gaat bewegen in een gewricht.
De pees bestaat uit strengetjes eiwit die langs elkaar kunnen schuiven, maar niet samentrekken en
bestaat uit veel water en weinig cellen.
Bij een tendinopathie is er sprake van kwaliteitsverlies in het peesweefsel. Dat kan zijn door
overbelasting of veroudering of een combinatie van beiden. Zo komen tendinopathie voor bij
(top)sporters, maar ook bij actieve ouderen. Doordat de steeds terugkerende trekkrachten te groot
worden en/of te lang inwerken, kan schade ontstaan aan het peesweefsel. Een pees van een oudere
patiënt is vaak minder goed bestand tegen hoge belasting dan die van een jongere. Tendinopathie
kan overal in het lichaam voorkomen bijvoorbeeld in de knie, schouders, pols, voet of elleboog.
Er zijn verschillende behandelmogelijkheden variërend van oefeningen tot operatie. In de
behandeling van peesklachten wordt een vaste volgorde aangehouden:
herstellen van de balans tussen belasting en belastbaarheid en het (op indicatie) corrigeren van
individuele risicofactoren.
14. Wat zijn de behandelmogelijkheden bij meneer H?
Behandelprofiel D (graad III)
- Patiënt kan baat hebben bij fysiotherapie maar wees bewust van mogelijke onderliggende
pathologie.
- Informatie & advies gericht op neurologische tekenen.
- Fysieke leefstijl/coping stijl → stimuleren van activiteiten en participatie en het beïnvloeden van de
belemmerende factoren. Er wordt tijdcontingent gehandeld.
- Therapie: als bij behandelprofiel B.
- aanvullende cervicale en thoracale mobiliteit
- zenuwmobilisatie oefeningen
- halskraag (korte termijn)
- tractie
- Afsluiting: als bij profiel B, na 6 weken geen voldoende effect retour naar huisarts.
Patiëntenprofiel 3:
Bij patiënten die passen in profiel III is de behandeling gericht op de wijze van omgaan met het
gezondheidsprobleem en op gedragsverandering. Op de voorgrond staat een oefenprogramma dat uitgaat
van een gedragsgeoriënteerde benadering.
15. In welk patiëntenprofiel zet je meneer H en meneer G?
- Meneer H: III, graad 2, behandelprofiel C
- Meneer G: II, graad 2, behandelprofiel B
17. Stel een behandelplan op voor mevrouw I (houd hierbij rekening met de invloed van
de externe en persoonlijke factoren etc.)
- Na 3 weken zijn de trapezius p. descendens en m. sternocleidomastoideus minder
hypertoon en drukgevoelig (VAS 6).
- Na 2 weken komt de rotatie van de nek in de eindstand met max VAS 2
- Na 2 weken komt de lateroflexie van de nek in de eindstand met max VAS 2
- Na 1 behandeling weet mevrouw hoe ze goed moet zitten (zowel normaal als achter
computer)
- Na 2 behandeling weet mevrouw hoe ze haar werkplek moet inrichten om geen belastende
handelingen meer moet uitvoeren. (ergonomisch)
- Na 3 weken heeft ze contact gelegd met de arbo-arts m.b.t. hoge werkdruk en stressoren.
- Na 2 behandelingen heeft mevrouw een beeld van belang bewegen (adviseren en
informeren)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller mikevdvooren. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.02. You're not tied to anything after your purchase.