De lumbale wervelkolom bestaat uit 5 wervels, L1 tot L5. Boven L1 zit thorocale 12 en onder
L5 bevindt zich het sacrum. De wervel bestaan uit meerdere delen.
Ventraal aanzicht heb je de body, ook wel corpus genoemd. De
corpus heeft een zandloperfiguur. Van ventraal naar dorsaal zit er
een brug tussen, het pedicle links en rechts. Deze verbindt
ventraal met dorsaal. Dorsaal zit de proc. Spinosa en proc
transversus (L en R). Hieraan zitten de spieren en ligamenten
verbonden. De open ruimtes tussen de wervelgewrichten worden
gevuld met tussenwervels, discus. Elk gewricht heeft 4 facet
gewrichten, 2 links en 2 rechts. De schuiven als
dakpannetjes in elkaar.
Aan het wervellichaam zit een scherpe rand, hierbij
maakt de discus contact. Tussen de pedicles zit een
opening, het spinale kanaal. Ook het vertebrale
foramen genoemd. Het gat tussen de corpus en
proc. Heet de foramen intervertebrale.
Hier gaat het ruggenmerg doorheen. Naarmate
je meer naar lumbaal gaat veranderd het
ruggenmerg van dikte en vorm (steeds meer
zenuwen splitsen af). Het ruggenmerg wordt
ook wel cauda equina genoemd, vanaf de L2
splitsen er al geen zenuwen meer af. De eerst
uittredende banen liggen meer lateraal gelegen. De laatst uittredende banen
liggen meer mediaal (het ruggenmerg wordt hierdoor steeds dunner).
De discus bestaat uit meerder lagen:
- Nucleus pulposus: watergebonde kern, bewegelijke en vangt
compressiekrachten op
- Annulus fibrosus: zorgt voor stevigheid, stabiliteit van de wervelkolom
→ 10 tot 25 verschillende lamellen zorgen voor stevigheid. De lamellen
zijn in verschillende richtingen neergelegd, waardoor in meerdere
richtingen krachten kunnen worden opgevangen.
- Vertebral end-plates: verbindt de discus met boven- en onderliggende
wevellichamen
De discussen zijn vooral belangrijk bij rek-, schuif- en torsi spanningen
(compressiebelastingen). Naarmate je ouder wordt neemt het vocht in NP af. Het droogt uit
en je discus zakt in. Mobiliteit neemt hierdoor af.
,Lumbale wervelkolom bestaat uit een discus die zorgt voor
het opvangen van krachten en sturen van de wervelkolom.
Facet gewrichten die een stabiliserende invloed hebben
tijdens bewegen.
De artrokinematica van de lumbale wervelkolom. In de
lumbale wervelkolom kunnen verschillende bewegingen
worden gemaakt; flexie (60 graden), extensie (35 graden), lateroflexie (20 graden) en
rotaties (5 graden). Dit zijn nooit zuivere bewegingen. Dit gaat altijd gepaard met een
translatie. Door compressie neemt de bewegelijkheid af. Je kijkt hierdoor niet naar de
uitkomst van de bewegingen in graden alleen, maar ook naar de neutraal positie van een
patiënt. Er kan sprake zijn van articulair tropisme; vorm en functie veranderd waardoor de
houding of bewegingsfunctie veranderd.
Bij een flexie beweging beweegt de wervel naar ventraal vergeleken met het
onderliggende gewricht. Het komt hierdoor een caudale druk. De discus drukt naar
dorsaal (AF). Het foramen intervertebrale wordt groter. De facetten en proc.
spinosa gaan uit elkaar.
Bij een extensie beweging beweegt de wervel naar
dorsaal vergeleken met het onderliggende gewricht. De
druk op de discus gaat naar ventraal. Het foramen wordt
kleiner. De facetten en proc. Spinosa komen
dichter bij elkaar
Bij een lateroflexie ontstaat aan de flexie zijde een sturende functie (beweging
ondersteunen) en aan de andere zijde remmen de spieren ligamenten. De druk op
de discus is naar tegenovergestelde richtinge van de lateroflexie
Bij een rototie naar vb. links gaan de
facetgewrichten links open staan en ontstaat er op rechts
een compressie. Meest belastende beweging
Gekoppelde bewegingen:
- De gevonden koppeling in de LWK is gelijkgericht, dwz dat een rotatie rechts gepaard
gaat met een lateroflexie van rechts (geldt ook bij flexie en extensie0
- Koppelingen ontstaan vooral door de vorm van de anatomie
Sacro-illiacaal gewricht
Het SI-gewricht heeft een beperkte mobiliteit. Het heeft een
stabiliserende functie en is centraal gelegen. Het SI-gewricht
bestaat uit; het sacrum, 5 sacrale wervels en het illium.
, Aan het SI-gewricht zitten meerder ligamenten vast:
- Lig. Iliolumbale: van het ilium naar de lumbale wervelkolom
- Lig. Sacroiliaca: loopt rechtstreekt over het sacrum
- Lig. Sacrotuberale & sacrospinale: verbindt sacrum met illium
Myogeen:
- Buikwand: m. obliquus internus
- Rugmusculatuur: m. quadratus lumborum
- Heup: gluteus medius & iliopsoas
- Bekkenbodum: m. levator ani
- Adductoren: m. sartorius
- Hamstrings: m. bicep femoris
De biomechanica van het SI-gewricht is beperkt. Het gaat van ventro-
craniaal naar dorso-caudaal.
Het sacrum maakt 2 bewegingen:
- Nutatie: naar ventraal en caudaal
- Contranutatie: naar dorsaal craniaal
Het ilium maakt ook 2 bewegingen:
- Posterior rotatie: ilium kantelt naar achter
(flexie beweging)
- Anterior rotatie: ilium kantelt naar voren
(extensie beweging)
Het SI-gewricht heeft een kracht- en vorm sluiting. De
krachtsluiting zorgt houdt zich bezig met de actieve stabiliteit (spieren) en de vormsluiting
met de positie van het gewricht. Naarmate je ouder wordt neemt de vormsluiting toe,
waardoor er een verminderde mobiliteit ontstaat. Als er sprake is van een
krachtsverandering dan moeten andere componenten iets doen om dezelfde gewrichtsvorm
te behouden.
Patroon van klachten is meestal hetzelfde. De pijn is gelokaliseerd bij de SIPS,
maar er kan ook sprake zijn op lange duur van bilpijn (zelfde innervatie als SI).
Ook gaan er sprake zijn van een trauma moment vooraf (vb verstappen), maar
het kan ook pijn optreden bij zwangerschap door de veranderde mobiliteit.
Er zijn meerder testen die kunnen worden uitgevoerd om noiciceptie aan te
tonen. Het cluster van Laslett en het cluster van Wurff
Cluster van Laslett is obligaat en moet in dezelfde volgorde worden
uitgevoerd.
1. Distractie test
2. Thigh thurst
3. Compression test
4. Sacral thrust
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sophievangrimbergen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $10.73. You're not tied to anything after your purchase.