• 1 van de vragen van het examen zal behandelde leerstof zijn uit de hoorcolleges
o Omdat het slechts één vraag is, zal de prof geen detailvragen stellen
• De andere vraag zal gaan uit de gevolgde seminaries
• De voorbeelden die in de les gebruikt worden zijn slechts steunpilaren
o Laat zien dat je de leerstof goed begrepen hebt door zelf andere voorbeelden aan te kaarten
LES 1 – Dinsdag 5 oktober
VOORAFGAANDE OPMERKING
• Communicatiewetenschappen is een discipline die op zichzelf staat, wel bouwen we ook verder op
sociologie, filosofie, politicologie, mediageschiedenis, etc. → Interdisciplinariteit
• Communicatiewetenschappen kan niet in één hokje gestoken worden, maar het is belangrijk om over
de grenzen heen te kijken → 3 I’s
o Interdisciplinair
➢ Er komende verschillende zaken voort uit verschillende disciplines zoals sociologie,
economie, natuurwetenschappen, humane wetenschappen, etc.
o Internationaal
➢ Je kan een studie doen enkel in Vlaanderen / België, maar dan moet men dat goed
aangeven
➢ Als men algemene uitspraken wilt doen, is het belangrijk om over de landgrenzen heen te
kijken en zelfs breder te gaan dan het continent Europa
o Intersectoraal
➢ Naast de academische wereld is het ook belangrijk om over het ‘muurtje’ te kijken en te
kijken hoe andere actoren een rol kunnen spelen in ons onderzoek
➢ Wanneer men bijvoorbeeld onderzoek doet naar kinderen en media is het ook van belang
om naast academische partners ook ook eens te gaan kijken bij leerkrachten, ouders en bij
kinderen en jongeren zelf
• Iets wat nu als ‘waar’ wordt gezien, kan binnen één jaar / 5 jaar / 10 jaar / 100 jaar ontkracht worden
• Wetenschap staat niet vast: het ene bouwt niet voort op het andere (in veel gevallen is dit uiteraard
wel het geval, maar soms gaan we een stap terugzetten om dan opnieuw iets op te bouwen)
o Alsook zijn er verschillende breuklijnen
➢ Zoals er gezegd wordt dat er verschillende stromingen / scholen zijn die elkaar
tegenspreken en elkaar stimuleren om nog een stap verder te gaan in het onderzoek
• In heel de lessenreeks is het van belang om de en/en-benadering te hanteren
o Het is niet of communicatiewetenschappen of sociologie, alleen ouderen bevragen of alleen
jongeren bevragen, etc. het is altijd goed om die en/en-benadering te hanteren
• Ook is de reflectie van onze eigen positie als wetenschapper van belang
o Wanneer we bijvoorbeeld naar een onderzoek gaan kijken van een wetenschapper kunnen we
ons de vraag stellen: “Wie was deze auteur?” “Is dit een Westerse, blanke man?” “Heeft hij
wel rekening gehouden met andere elementen in de samenleving?”
• Scientia vincere tenebras (= door wetenschap duisternis overwinnen) (slogan van de VUB)
o Om dit te kunnen doen, is het belangrijk om kennis te verzamelen, vrij kunnen onderzoeken en
kritisch kunnen denken
➢ Vrij kunnen onderzoeken: dat we niet worden belemmerd door bijvoorbeeld een
opdrachtgever die ons in bepaalde hoeken wilt duwen of de woorden in de mond legt
PROF: WILLEM JORIS 2021-2022 1
, o We bouwen verder via de Verlichting en het humanisme (de rode draad in de lessen) die in
Europa zijn gekomen aan het einde van de 17de eeuw / begin 18de eeuw
0. VERPLICHTING, HUMANISME & POSTMODERNISME
Moderniteit >>>> Postmoderniteit
• Modernisme
o Moderniteit als historische fase
o Als cognitief denkkader
o Als artistieke stroming
• Keerzijde en kritische stemmen
• Postmodernisme
o Postmoderniteit als historische fase
o Als cognitief denkkader
➢ Stromingen binnen postmodern denken
o Als artistieke stroming
Tekst: Lewis, J. (2011). Postmodernism and Beyond. In J. Lewis, Cultural Studies. London: Sage.
Moderniteit als historische fase
Moderniteit: historische periode vanaf Europese verlichtingsdenken (17e eeuw) tot ten minste jaren 1980
• Het was van belang dat de rede kwam voor het geloof
o Voorheen stond geloof centraal en levensvragen werden telkens beantwoord op basis van de
Bijbel → Met Verlichtingsdenken werd dit doorbroken en werden wetenschap en de rede (de
ratio) steeds belangrijker
➢ Alles moest dus rationeel zijn
• Geloof in de maakbaarheid van de maatschappij
o De mens kan weldegelijk iets bijbrengen aan de samenleving / de maatschappij en het is dus
niet enkel God of het Christendom die alles bepalen
o We streven niet enkel naar een goed leven na onze dood, maar men kan ook tijdens het leven
veranderingen aanbrengen aan de maatschappij
• Gekoppeld aan het geloof in de maakbaarheid van de maatschappen is het Humanisme
o De mens staat centraal
o Enkele belangrijke elementen hierbij zijn: de vrijheid, de gelijkheid en de verbondenheid
o De rede wordt dus steeds belangrijker en de rede die vinden we voornamelijk in wetenschap
• Het wereldbeeld (ons mens en maatschappij beeld) wordt voornamelijk verklaard door de wetenschap
• De Moderniteit wordt gekenmerkt door verschillende sociologische processen
o Secularisering
➢ De macht van God / de macht van het geloof neemt af en wordt langzaamaan vervangen
door het rationele denken en door de wetenschap (dus: einde dominantie religieuze)
autoriteit
o Rationalisering
➢ Alles moet efficiënter verlopen / alles moet met controle verlopen
▪ Denk hierbij aan het fabrieken met een lopende band die het proces doen
versnellen van het produceren van een bepaald product
➢ Dus: Efficiëntie, voorspelbaarheid, controle over proces, berekenbaarheid, etc.
o Kapitalisme
➢ Staat in tegenstrijd met het marxisme
PROF: WILLEM JORIS 2021-2022 2
, ➢ Alles draait rond winstmaximalisatie en vrije markt
o Industrialisering
➢ Machines om mens en dier te vervangen
▪ De landbouw die tot dan van groot belang was, verminderd in belang als gevolg
van de technologische ontwikkelingen en nieuwe manieren op geld te verdienen
➢ Technologische ontwikkelingen: ontginnen fossiele brandstoffen, staalproductie en –
bewerking, etc.
o Urbanisering
➢ Voorheen was dus de landbouw van belang maar door de urbanisering trekken mensen
naar de stad toe → Dit werd veroorzaakt door de professionalisering / industrialisering
➢ Toename bevolkingsdichtheid in steden
• Omdat grote aantallen mensen op een beperkte oppervlakte leven is er meer
individualisme
o Bureaucratisering
➢ Hiërarchische organisatie op basis van geschreven regels, procedures en aanspreekpunten
➢ Voorbeelden: onderwijs, gezondheidszorg, openbaar vervoer
▪ Stel als je de trein neemt en je staat 1 minuut voor vertrek voor de deur, is het
een regel dat er geen nieuwe personen meer toegelaten mogen worden op de
trein
➢ Voorbeeld: Wanneer men een document nodig heeft van de overheid moet men
verschillende procedures overlopen
➢ Onpersoonlijk door gestandaardiseerde procedures die in de regel geen uitzonderingen
toelaten
o Democratisering
➢ Daardoor krijgen burgers inspraak en medezeggenschap
▪ Eerst was dit enkel voor de mannen (vrouwen hebben pas het stemrecht
gekregen in 1948)
➢ Daarnaast werd er ook een parlementair stelsel ingevoerd
➢ Enkele belangrijke elementen die van belang waren: vrijheid van meningsuiting,
vrouwenstemrecht, democratisering onderwijs, etc.
o Globalisering
➢ Samenlevingen bestaan minder in isolatie
▪ Er is veel meer contact mogelijk tussen verschillende samenlevingen
▪ We zijn meer mobiel geworden (door het vliegtuig, de auto, de trein, etc.)
➢ Transnationale productie, handel en consumptie zijn mogelijk over de landgrenzen heen
o Consumentisme
➢ Verlangen naar consumptie wordt als positief beschouwd (persoonlijke voldoening)
▪ Hierdoor wordt de maatschappij heel materialistisch en is er sprake van
massaconsumptie
➢ Streven naar gevoel van vervulling, aangewakkerd door marketingcommunicatie
➢ Ook gebruiken we media als middel om status en identiteit uit te drukken
PROF: WILLEM JORIS 2021-2022 3
, Modernisme als cognitief denkkader
• Verlichting en vooruitgangsdenken: klemtoon op universele, rationele en ware kennis
o We denken die ware kennis te vinden via de wetenschap en die waarheid zou naar vrijheid
moeten leiden
• Zo ontstaan er grote ideologieën: Liberalisme, socialisme, communisme, christendom, marxisme,
democratie, kapitalisme
o Voor deze grote ideologieën gingen mensen nog op de barricades staan want iedereen
streefde naar de waarheid maar waarheden van de verschillende ideologieën spraken elkaar
tegen
Modernisme als artistieke stroming
• Kritisch zijn over wat er gezegd wordt in de samenleving en niet zomaar zaken overnemen
• Ook was het zeer experimenteel: zaken die eerder niet mogelijk, werden mogelijk
o Tubes verf werden bijvoorbeeld uitgevonden en was het voor schilders ook mogelijk om buiten
te gaan schilderen
➢ Ze moesten niet langer (zelf)portretten en fruitkommen schilderen
• Herdefiniëren kunst en originaliteit: meer belang van kleur en vorm
• Het was niet langer nodig om enkel de werkelijkheid weer te geven (zoals bijvoorbeeld een fruitkom),
maar het was ook belangrijk om de werkelijkheid te vatten in haar kern
o Dus die expressies naar voor laten komen, het gevoel van angst in een schilderij naar voor
laten komen, etc.
• De kunststromingen die belangrijk waren voor het Modernisme: Post-impressionisme, expressionisme,
kubisme, abstracte kunst
(Post)-impressionisme → Expressionisme
Kritische stemmen in / over moderniteit
• Bij het Modernisme kwamen ook enkele nadelen kijken
o De rationaliteit zorgde ervoor dat er ongelijkheden kwamen binnen de maatschappij
➢ Sociale ongelijkheden: de kloof tussen arm en rijk werd groter
➢ De moderniteit werd gekenmerkt door gewapende conflicten (WOI en WOII)
➢ De rationaliteit / het streven naar meer winst heeft ervoor gezorgd dat er meer
milieuvervuiling is (klimaatopwarming als gevolg)
➢ Excessen van kapitalisme
• ‘De waarheid’ / Eén waarheid bestaat niet: het socialisme en het liberalisme staan als tegenover elkaar
en hebben ieder zijn waarheid
• Globalisering en media/ICT stimuleren een reflexieve en contingente benadering in een gepercipieerde
werkelijkheid
• Uniformiteit moet plaats maken voor diversiteit in de samenleving en pluraliteit
PROF: WILLEM JORIS 2021-2022 4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller anaswinand. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $13.47. You're not tied to anything after your purchase.