1. Overstromingsgevaar zee en rivieren
2. Leefbaarheid Nederlandse steden
– Een van de meest dichtbevolkte landen
– 40% van Nederland ligt onder de zeespiegel
– Kust is de overgang tussen zee en land
Hoe kunnen we de Nederlandse kust beschermen tegen toenemend
overstromingsgevaar?
Hoe wordt het kustgebied van Nederland beschermd tegen
overstromingen vanuit zee?
Waardoor wordt de kans op overstromingen vanuit de Noordzee groter?
Hoe kunnen veiligheid en natuur samengaan in het zuidwestelijke
deltagebied?
– Watersnoodramp 1953: springtij en noordwestenstorm
– Overstromingsrisico: doden en economische schade en de kans op
een overstroming
– Door de zeespiegelstijging en bodemdaling is er minder
kustveiligheid
– Zeespiegelstijging: stijging van de temperatuur, smelten van ijs en
uitzetten van het water.
– Bodemdaling (inklinking): door de hoge waterstand, ontwateren van
de grond
o Relatieve zeespiegelstijging en bodemdaling
– Nederland is verdeeld in dijkringen: primaire waterkering/hogere
gronden/sluis/dam
– In oorlogen overstromingen gebruiken
– Binnenin primaire waterkeringen ook nog dijken, dammen en
sluizen
– De schade hangt af van: oppervlakte dijkring, ligging onder het
zeeniveau, aantal inwoners, investeringen in waterveiligheid
– Overstromingsrisico: kans dat het overstroomt en de gevolgen,
aantal inwoners
– Nederland: neerslagintensiteit en neerslagvariabiliteit gaan
omhoog.
– Windrichting en windsnelheid veranderen (grotere
luchtdrukverschillen door opwarming)
– 60% van Nederland overstroomt als de dijken én de rivieren
overstromen.
o De rivieren kunnen dan hun water nergens meer kwijt.
– Het voortbestaan van de kust:
o De zeebodem mag niet flauw lopen: meer sedimentatie,
ophoping zeebodem
, VWO Aardrijkskunde Leefomgeving
o Zeestromen mogen niet veel zand aanvoeren
o Eb en vloed niet te veel verschillen: erosie door
stroomsnelheidsverschillen
o Niet te veel zware stormen: kan stukken van het land
wegslaan
o De zeespiegel mag niet te snel stijgen
– Kustafslag en duinafslag brengt overstromingsgevaar, wordt
vanzelf herstelt en is geen probleem op de langetermijn, wel op de
kortetermijn. (ergens anders sedimentatie)
– De wind loop langs de kust, zuidwesten tot noordoosten
– De zeestromen staan loodrecht op de wind en de kust
– Zuiden zanderosie, noorden en bij de Waddenzee zandsedimentatie
H1.2
– Duinen: in het Holoceen steeg de temperatuur en de zeespiegel
o De zee sedimenteerde klei en zand bij de kusten van
Nederland
o Bij eb kwamen die droog te liggen: strandwallen
o De wind blaast het zand weg en het blijft hangen achter de
planten
o Oude duinen liggen meer landinwaarts dan de jonge duinen
(hoger)
– Kusttypen:
o Waddenkust: zeegaten en eilanden die bij eb droogliggen, er
is meer sedimentatie en aanslibbing in het gebied dan
kustafslag of duinafslag
o Gesloten duinenkust: lange lijn van strandwallen en
natuurlijke duinen
o Estuariumkust: trechtervormige riviermonding waar zoet en
zout water mengen met een groter verschil tussen eb en vloed
door een kleinere breedte landinwaarts
– Zachte kust: duinen, stranden, zandplaten, wadden en kelders
– Harde kusten: zeedijken en dammen (geen herstel of vrije
beweging)
– Strekdammen van keien om de golven te breken en kustafslag te
voorkomen
– Kustprocessen: verandering van de kustlijn door natuurlijke en
menselijke factoren
o Opbouw en de afbouw van de kust
– Wind is verantwoordelijk voor zandverplaatsing
– Er is verlies van zand en verval van duinen als er meer erosie
plaatsvindt dan sedimentatie
– In diep water is de golfsnelheid hoger dan in ondiep water
– Getijdenstroming is een gevolg van de aantrekkingskracht van de
maan
o Maximale waterhoogte is hoogtij (vloed), minimale
waterstand laagtij (eb)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller annexvdw. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.39. You're not tied to anything after your purchase.