Samenvatting: Jeugdprofessionals en transformerend jeugdbeleid
7 views 0 purchase
Course
Recht, beleid en organisatiekunde
Institution
NHL Stenden Hogeschool (NHL)
Book
Jeugdprofessionals en transformerend jeugdbeleid
Een samenvatting van het boek Jeugdprofessionals en transformerend jeugdbeleid. Deze samenvatting heb ik gebruikt tijdens het semester 2 van leerjaar 2 (semester community). Met deze samenvatting heb ik een 8.8 behaald!
SAMENVATTING PEDAGOGIEK
JEUGDPROFESSIONALS EN TRANSFORMEREND JEUGDBELEID
DEEL 1 – THEORIE JEUGDBELEID
Politiek-bestuurlijke kant van het jeugdbeleid in Nederland. Jeugdbeleid is een samenspel
tussen (lokale) overheden en professionele uitvoerende jeugdorganisaties. het beleid
bepaalt de context waarbinnen jeugdorganisaties en sociale professionals hun werk
moeten doen.
HOOFDSTUK 1: JEUGDBELEID IN NEDERLAND
1.1 BELEID EN OVERHEID
Naast de overheid voeren ook andere organisaties, instellingen en bedrijven beleid->
instellingsbeleid.
Inzicht in beleid is belangrijk voor effectieve en efficiënte taakuitvoering.
- Beleid: het kiezen van doelen, het effectief (doelgericht) en efficiënt (doelmatig)
inzetten van middelen in een bepaalde tijdsvolgorde.
3 belangrijke onderdelen beleid: doelen, middelen en planning.
Aan ontwerpen of uitvoeren beleid ligt kwestie of probleem ten grondslag. Beleid gaat
over beoogde resultaten en maatregelen en is bedoeld voor groepen mensen of gericht
op specifieke probleemvelden.
Middelen die overheid inzet om beleidsdoel te bereiken-> voor een bepaalde periode.
Beleid is niet statisch maar altijd in beweging.
- Curatief beleid is gericht op het beperken van de negatieve gevolgen van een
situatie of gebeurtenis door achteraf maatregelen te treffen.
- Preventief beleid is het voorkomen van een ongewenste situatie door voortijdig
maatregelen te nemen.
- Preventief en curatief beleid hangen met elkaar samen.
- Repressief beleid bestaat uit het onderdrukken, beteugelen of bedwingen van
een ongewenste situatie-> bv. drang- en dwangmaatregelen.
DE overheid bestaat niet!-> er zijn meerdere en verschillende overheden die met
jongerenoverlast te maken hebben.
- De overheid: vormt het hoogst bevoegde gezag op een bepaald territorium of
grondgebied en bestaat uit bestuurders, bestuursorganen en het ambtelijke
apparaat.
Kerntaken overheid:
1. Zorgen voor openbare orde en veiligheid
2. Zorgen voor sociaaleconomische zaken
3. Zorgen voor sociaal-culturele zaken
1.2 JEUGD ALS BELEIDSPROBLEEM EN -VRAAGSTUK
Probleem: een situatie die (groepen) mensen als ongewenst en verstorend beschouwen
omdat het hen persoonlijk en in negatieve zijn raakt.
, - Getemde problemen: eenvoudige kwesties waarvan deskundigen weten hoe
deze in elkaar steken en hoe deze d.m.v. beleid zijn op te lossen.
- Ongetemde problemen: lopen de kennis en inzichten van professionals uiteen
en verschilt men van mening over de meest wenselijke oplossing.
Problemen hebben te maken met beleving en subjectieve ervaringswerkelijkheid.
Problematiseren van kwesties met de jeugd wordt vooral duidelijk bij het
stigmatiseren. In boek grenzeloze generatie-> jongeren op zichzelf en het eigen
netwerk gericht.
Jeugdvraagstuk roept ongeduld over het beleid op. Beleid krijgt daardoor een militant
karakter-> quasimilitaire kretologie (uiten van loze kreten).
Gaat met de meerderheid jeugd goed en het overheidsbeleid richt zicht niet enkel op
groepen waar het slecht mee gaat. Wordt geïnvesteerd in versterken van de
kwaliteiten en het talent van jongeren.
1.3 JEUGDBELEID DOOR DE TIJD HEEN
Begeleiden, beschaven en opvoeden van jongeren was vroeger een taak van kerken en
particuliere charitatieve instellingen, die zelf opdraaiden voor de bekostiging.
Jaar Gebeurtenis
1901 Leerplichtwet ingevoerd. Kinderwetten in werking-> opvoedingsplicht ouders werd
geregeld. Bij verzaken van deze plicht, opvoeding dreigde te ontsporen of te kort
schoot, de overheid het recht kreeg om in te grijpen in het gezin-> ouderlijke macht
beperken. Verantwoordelijkheid overgedragen aan door de overheid gesubsidieerde
Voogdijraad.
1921 Maatregelen uitgebreid met ondertoezichtstelling en de aanstelling van
kinderrechters, die kinderen konden plaatsen in particuliere tehuizen, vallend onder
Ministerie van Justitie.
1915 Staatscommissie tot onderzoek naar de ontwikkeling van jeugdige personen->
aanleiding van klachten over baldadige jongeren.
1948 Het ontstaan van de beïnvloeding van de mentaliteit van de massajeugd.
1952 Ministerie van Maatschappelijk werk opgericht dat buiten het onderwijs bezig ging
houden met opgroeiproces van kind tot jongvolwassene.
Jaren Gespecialiseerde en gesubsidieerde jeugd- en gezinsinstellingen-> komst van
60-70 alternatieve hulpverlening, Jongeren Advies Centra (JAC’s) en Belangenvereniging
Minderjarigen (BM).
Tussen Emancipatie, democratisering, participatie, bewustwording en maatschappelijke
1965 ontplooiing. Jeugdbeleid dijde uit onder Ministerie van Cultuur, Recreatie en
en Maatschappelijk werk (CRM).
1982 Nederlandse verzorgingsstaat gevormd: jeugdbeleid kenmerkte zich door curatieve en
preventieve aanpak.
1982 Ministerie van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur (WCV) een nieuwe visie en missie:
van verzorgingsstaat naar een zorgzame samenleving.
1985 Wet op Jeugdhulpverlening aan de 2e kamer aangeboden.
1989 Wet op jeugdhulpverlening van kracht. Uitgangspunt: tijdige, bij voorkeur preventieve,
kortdurende hulpverlening dichtbij huis. Jeugdsector op de schop:
1. Jeugdhulpverlening naar lager beleidsniveau te brengen en decentraliseren
naar provincies en/of grootstedelijke regiobesturen
2. Andere vorm financiering-> functie- i.p.v. instellingsgerichte subsidie
, 3. Hulpverleningscapaciteit rechtvaardiger te herverdelen
4. Streven naar schaalvergroting omdat residentiele instellingen klein waren en
beperkte omvang en eenzijdig aanbod kenden.
1987 Welzijnsbeleid overgeheveld (gedecentraliseerd) naar de gemeenten. Strengheid en
zorgelijkheid + krachtige preventieve aanpak. Scholing en deelname arbeidsmarkt.
Preventief beleid betekende: strijd tegen schoolverzuim, doelmatiger structurering
van opvoeding en vrije tijd van jeugd-> hing samen met sociale vernieuwing->
wegwerken van maatschappelijke achterstanden in wijken.
1993 Kabinet-Lubbers 111 zette in op de ‘risicojeugd’:
1. Jongeren die opvoedingsondersteuning nodig hadden
2. Jongeren die maatschappelijk niet participeerden
3. Zwerfjongeren (dak- en thuislozen)
1994- Kabinet-Kok 1, ministerie van WVC omgedoopt tot Volksgezondheid, Welzijn en Sport
1998 (VWS) + overheid maakte terugtrekkende beweging, het voeren van specifiek
gezinsbeleid werd niet noodzakelijk geacht.
1998 Regeerakkoord kabinet-Kok 11 nieuwe Wet op jeugdzorg, gebaseerd op Internationale
Verdrag van de Rechten van het kind-> kind/jongere staat centraal.
2005 Wet op jeugdzorg trad in onder kabinet-Balkenende. Recht op jeugdzorg is verankerd
in deze wet en kreeg een toegangsbasis in Bureau Jeugdzorg. Doel: integrale aanpak
van jeugdzorg.
21e Gemeenten een lokaal integraal jeugdbeleid tot stand brengen. Alle beleid,
eeuw beleidsinstellingen en organisaties die te maken hadden met opvoeden en opgroeien
zich beter gingen verhouden en beter gingen samenwerken.
Ketenbeleid raakte in zwang. Gemeenten hoorden te beschikken over nota lokaal
integraal jeugdbeleid waarin visie, beleid en samenhang beleidsvelden voor
telkens periode van 4 jaar werd vastgesteld. Idee erachter: gemeenten staan dichter
bij de burgers.
Gemeenten werden regisseurs van het jeugdbeleid. Integraal: streven naar
samenhang in beleidsvorming en -uitvoering.
2007 Operatie Jong onder kabinet-Balkenende 1V-> Richtte zich op samenwerken en
afstemmen van jeugdbeleid tussen 6 ministeries met als doel stevig en
resultaatgericht, meetbaar jeugdbeleid om uitval jeugdigen terug te dringen.
2006 In alle gemeenten een Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG)-> laagdrempelige en
makkelijk te bereiken voorziening in de buurt voor ouders, kinderen, jongeren en
professionals die daar terechtkunnen met vragen en problemen m.b.t. opvoeden,
opgroeien en eerstelijnsgezondheidszorg.
2011 Elke gemeenten min. 1 CJG-> sluitende aanpak voor gezinsproblemen en dat risico’s
tijdig behoort te signaleren.
Kabinet-Rutte 1 en 11 staan veiligheid, arbeid en zelfredzaamheid centraal in
jeugdbeleid.
2014 Nieuwe jeugdwet en vanaf 1 januari 2015 gemeenten primair verantwoordelijk voor
alle jeugdzorgtaken. Jeugdzorg meer te bundelen en te voorkomen.
Jeugdwet: alle ondersteuning, hulp en zorg aan jongeren en hun ouders bij vrijwel
alle denkbare opgroei-, opvoedings- en psychische problemen en stoornissen.
HOOFDSTUK 2: JEUGBELEID BINNEN BESTUURLIJKE ORGANISATIES
A. BESTUURSLAGEN
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller pippedagogiek. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.96. You're not tied to anything after your purchase.