E-module expertise
Expertise ontwikkeling hangt samen met doelbewuste training. Je hebt hier geen talent voor nodig, alleen het
talent dat iedereen bezit, namelijk het vermogen om ons aan te passen aan toenemende complexiteit. Dus
aangeboren talent en ervaring zijn niet wetenschappelijk onderbouwt voor expertise ontwikkeling.
Expertise is het consequent beter presteren in een bepaald domein dan anderen in hetzelfde domein.
Expertise kan alleen als het wordt aangetoond via objectief onderzoek met herhaalde metingen.
Doelbewuste training (deliberate practice): is een combinatie van individuele training met coaching door een
expert. Daarbij zijn er vier principes:
1. Het hebben van een specifiek doel
2. Regelmatige intensieve focus op het bereiken van dat doel
3. De aanwezigheid van directe feedback op je progressie in het bereiken van het doel
4. Uit je comfort zone stappen
Volgens Ericsson verschillen experts mentaal van anderen in dat ze:
• sneller en beter inzicht en overzicht hebben in een complexe situatie;
• sneller en beter inzien wat belangrijk is in een complexe situatie en wat niet;
• sneller en beter kunt inschatten wat er wel en niet zou kunnen gaan gebeuren in een complexe situatie;
• sneller en beter weten wat een effectieve aanpak zou kunnen zijn in een complexe situatie en
• sneller en beter beslissingen kunnen nemen in een complexe situatie.
Dit ontwikkelt een expert via 'deliberate practice'.
Het zijn deze mentale representaties waardoor een expert in een bepaald vakgebied effectiever functioneert
dan anderen in datzelfde vakgebied.
• De 10.000 uren regel is onjuist omdat het teveel nadruk legt op het aantal uren in plaats van de manier
waarop die uren worden besteed.
• Het wekt de suggestie dat het toch gaat om ervaring in plaats van doelgerichte training. Dit is niet het
geval. Wel laat onderzoek consistent zien dat expertise-ontwikkeling een grote investering vraagt.
• Er bestaat geen snelle manier om expert te worden op een bepaald terrein
Pagina 1
,E-module deskundig hulpverlenen
Het deskundig hulpverleningsmodel onderscheidt drie hoofdfasen in het hulpverleningsproces:
1. Huidige situatie: wat is er met de cliënt aan de hand?
2. Gewenste situatie: wat wil de cliënt bereiken
3. Actieplan: wat heeft de cliënt nodig, welke acties moet de cliënt ondernemen om de gewenste situatie te
bereiken.
Deze vragen worden een voor een behandeld, waardoor er duidelijkheid en structuur is in een gesprek. Laten
we eerst onderzoeken waar je nu precies tegenaan loopt. Daarna kunnen we onderzoeken wat je zou willen
bereiken en tot slot wat je nodig hebt of moet doet om daar te komen.
Deze hoofdfase worden ook wel gezien als ene navigatie
systeem. Je hebt informatie nodig over de huidige situatie
waarin de cliënt zich bevindt (fase 1) en wat die wil
bereiken of naartoe wil werken (fase 2). Deze informatie
heb je nodig om samen te bepalen welke acties
ondernomen moeten worden om de gewenste situatie te
bereiken (fase 3).
Daarnaast kent elke hoofdfase van het hulpverleningsmodel drie verschillende subfases.
Subfase huidige situatie
Subfase 1a - verhaal: cliënten helpen hun verhaal te vertellen. Onder woorden brengen van problemen,
zorgen, (ongebruikte) talenten en mogelijkheden.
Subfase 1b - nieuwe perspectieven: cliënten helpen om vanuit nieuwe invalshoeken naar hun verhaal te
kijken, bijvoorbeeld meer gedetailleerd of meer constructief, en om op die manier nieuwe perspectieven te
ontwikkelen.
Subfase 1c - waarde: het helpen van cliënten om keuzes te maken waar ze het eerst aan willen gaan werken.
Het is belangrijk dat cliënten hun energie gaan richten op acties, waar ze de waarde van inzien en waarmee
Pagina 2
,ze denken vooruit te kunnen komen. Je kan niet alles in een keer veranderen en sommige dingen liggen
buiten je eigen vermogen.
Subfase gewenste situatie
Subfase 2a - mogelijkheden: cliënten helpen een beeld te vormen over wat er in het ideale geval allemaal
mogelijk is. Het droombeeld voor ogen geven.
Subfase 2b - agenda voor verandering: realistische en uitdagende doelen stellen, hier worden de
mogelijkheden vertaald in concrete doelen.
Subfase 2c - inzet: cliënten helpen om zich in te zetten om geformuleerde doelen te realiseren. Dus dat het
energie richt op doelen realiseren en niet alen op het gekozen onderwerp. Dit betekent tijd vrij maken en
actie ondernemen.
Subfase actie ondernemen
Subfase 3a - mogelijke strategieën: cliënten helpen met het bedenken van strategieën om hun doel te behalen.
Subfase 3b - beste keuze: hierbij ga je helpen met het kiezen van de strategie die het best bij de capaciteiten
van de cliënt past.
Subfase 3c - plan: het ordenen van de gekozen acties tot een concreet plan.
Casus Bas
• We lichten de negen subfasen van het deskundig hulpverleningsmodel toe aan
de hand van een voorbeeld van student Bas. Stel hij zoekt hulp bij jou omdat
hij moeite heeft met het maken van zijn schoolopdrachten. Hij stelt deze
opdrachten regelmatig uit en haalt daardoor slechte cijfers (fase 1a – verhaal).
Door een aantal concrete uitstelmomenten nader te onderzoeken, komt Bas tot het nieuwe inzicht dat hij
met name uitstelgedrag vertoont bij grote en abstracte opdrachten en niet bij kleinere opdrachten (fase 1b -
nieuw perspectief). Het aanpakken van zijn uitstelgedrag bij dit soort opdrachten zou een aanknopingspunt
kunnen zijn voor verdere begeleiding. Bas moet daar wel de waarde van inzien (fase 1c) en bereid zijn om
zijn energie hier op te richten.
• Stel dat Bas de waarde ervan inziet, dan zou een volgende stap kunnen zijn om samen met Bas te
onderzoeken wat hij in het ideale geval zou willen bereiken, bijvoorbeeld voldoendes halen voor alle grote
en abstracte opdrachten in zijn studie (2a – mogelijkheden). Om dit te realiseren zal hij subdoelen moeten
formuleren die haalbaar zijn. Een subdoel zou kunnen zijn om eerst een voldoende te halen voor een niet al
te grote en abstracte opdracht en daarna toe te werken naar voldoendes voor meer complexe opdrachten
(fase 2b – agenda voor verandering). Bas dient zich wel te realiseren dat dit inzet van hem vraag en
mogelijk ten koste zal gaan van de tijd die hij met vrienden kan besteden aan het kijken naar films en series
op Netflix (fase 2c – inzet).
• Bas bedenkt verschillende acties die hij zou kunnen ondernemen om de kans te vergroten dat hij een
voldoende haalt voor de eerste gekozen opdracht (fase 3a – mogelijke strategieën). Hij kiest uiteindelijk
om een planning te maken voor het maken van deze opdracht en een huisgenoot te vragen hem te helpen
bij het zich houden aan zijn planning (fase 3b -beste keuze). In de laatste fase concretiseert hij zijn keuze
verder, bijvoorbeeld wanneer hij zijn planning gaat maken, welke huisgenoot hij wanneer gaat vragen en
hoe die hem het beste kan helpen (fase 3c – plan).
Pagina 3
, Bovenste rij: Bij het inventariseren van
het verhaal, de mogelijkheden (in een
ideale situatie) en de mogelijke
strategieën kijk je heel breed naar de
huidige situatie, de gewenste situatie en
de acties die moeten worden
ondernomen.
Onderste rij: Bij het bepalen van de
waarde, de inzet en het plan, wordt het
allemaal veel concreter. De cliënt moet
hier beslissen waar die zich in de
huidige situatie op wil richten (waarde),
hoeveel inzet die wil tonen om de
gewenste situatie te bereiken (inzet) en
welke acties die precies moet uitvoeren om het eigen doel te bereiken (plan).
Het deskundig hulpverleningsmodel kent geen vaste volgorde. Want cliënten beginnen niet altijd meteen te
vertellen over hun levensverhaal (fase 1a). Ze kunnen ook beginnen met het onderwerp waaraan ze willen
werken (fase 1c) of die eerst hun droom delen (fase 2a) of eerst concrete doelen vertellen (fase 2b) of de
motivatie (fase 2c) of ze wat ze allemaal willen of moeten (fase 3a) of hulp vragen bij het realiseren van een
concreet plan (fase 3c). Dus je begint niet bij altijd dezelfde fase. Het helpt je om informatie te plaatsen en
aan te sluiten op de fase waarin de cliënt zich bevindt. Daarnaast worden de fases niet in vaste volgorde
gevolgd om de volgende redenen:
• De eerste is een voorkeur voor een bepaalde manier van werken, bijvoorbeeld inzichtgevend (fase 1),
doelgericht (fase 2) of oplossingsgericht (fase 3).
• De tweede reden is de beschikbare tijd (het aantal gesprekken) voor de begeleiding van een cliënt.
Aangezien die tijd niet onbeperkt is moet een psycholoog samen met de cliënt keuzes maken waar
accenten worden gelegd.
Taken van de psycholoog
Pagina 4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Brittamse. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.36. You're not tied to anything after your purchase.