100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Anatomie en fysiologie Hoofdstuk 1&2 De cel $5.80
Add to cart

Summary

Samenvatting Anatomie en fysiologie Hoofdstuk 1&2 De cel

 15 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Samenvatting studieboek Anatomie en fysiologie van de mens kwalificatieniveau 4 van L.L. Kirchmann, P Bocken - ISBN: 9789036813433, Druk: 6, Uitgavejaar: - (Kirchmann boek)

Preview 2 out of 5  pages

  • Yes
  • March 16, 2022
  • 5
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
Anatomie DA H1 en H2



Anatomie DA
H1
Anatomie: de kennis hoe het lichaam is opgebouwd en hoe het eruit ziet. Topografie, hoe ziet een
orgaan eruit en hoe microscopisch.

Fysiologie: wat is de functie van een orgaan, weefsel of cel en hoe functioneert deze?

1e hoofdstuk waar veel Latijnse benamingen worden uitgelegd. Bijvoorbeeld thoracaal en
abdominaal of intracraniële holte in de schedelholte.

intra en extra (binnen en buiten), epi (eroverheen-epitheel), peri (als omhulsel-pericard-hartzakje)

Ook zijn de verschillende doorsneden benoemd. Bijvoorbeeld ventraal richting buik, dorsaal richting
rug. Distaal naar vingers en proximaal naar de romp. En mediaal als midden en lateraal naar de
zijkant.



H2 De cel
2.1 De cel
We bestaan uit meer dan een biljoen cellen. Microscopisch klein, ontdekt door Antoni van
Leeuwenhoek in de 17e eeuw.

Iedere cel ziet er anders uit puur om zijn functie



2.2 Bouwplan: met celmembraan, cytoplasma en organellen
Iedere cel bevat dezelfde basis. Een celmembraan met celvloeistof en een celkern.

Celmembraan: regelt het transport en de uitwisseling van stoffen in en uit de cel. Ook communiceert
hij met buiten de cel door bijv een antigeen te presenteren. De laag is opgebouwd uit vetmoleculen
en daardoor kan vet of in vet oplosbare stoffen gemakkelijk in en uit de cel. De rest heeft hulp nodig
door eiwitten. Het is semipermeabel. Water wel, suiker niet.


Cytoplasma: de celvloeistof en celorganellen.

Celkern: kernplasma met DNA en RNA in de vorm van nucleïnezuren.

Mitochondriën: energiecentrale. Hier wordt brandstof verbrand en komt energie vrij als ATP.
Levercellen en spercellen hebben meer energie nodig dus met mitochondriën.

Ribosomen: maken eiwitten

Endoplasmatisch reticulum: werkt samen met de ridosomen. ER verplaatst eiwitten. Bijv nodig bij
ontgiften van de lever

Centriolen: nodig bij de celdeling

Golgi-apparaat: hier worden grote kolhydraten gemaakt en gekoppeld aan eiwitten. Na sorteren en
herschikken naar een nieuwe bestemming.

1

, Anatomie DA H1 en H2


Lysosomen: kleine blaasjes vol enzymen. Ruimen onbruikbare stoffen op en afgebroken. Geven het
afval af naar het celmembraan.



2.3 Transport: diffusie, osmose, actief transport
Passief transport: osmose en diffusie

Diffusie: moleculen bewegen zich van hoge concentratie naar lagere concentratie totdat links en
recht gelijk is.

Osmose: water stroomt door een membraan van de plek met weinig opgeloste stoffen naar de plek
van meer opgeloste stoffen. Er vind verdunning plaats. De opgeloste stoffen hebben dus een
aanzuigende werking en er ontstaat drukverschil. Osmotische druk. Er kan ook een verschil in
waterniveau ontstaan

Actief transport: met transporteiwitten. Tegen de richting van spontane diffusie in. Bijv natrium,
kalium pomp: kalium moet de cel in, natrium de cel uit. Dit kost energie (ATP). Omdat er al veel
kalium in de cel zit en natrium buiten de cel. Wordt bijv gebruikt voor afvoeren van afvalstoffen uit
de cel



2.4 Erfelijk materiaal in de cel
Chromosomen zijn opgerolde, gedraaide ketens DNA met miljoenen nucleïnezuren. In zo’n
nucleïnezuur zit een base gebouwd. Hiervan hebben we 4 verschillende: Adenine (A), Trymine (T),
Cytosine (C) en Guanine (G). A en T zitten altijd bij elkaar en C en G. Bij RNA is de T vervangen goor
uracil (U).

De dubbele helix is de spiraalvorm waarin het DNA ligt opgerold. In het DNA liggen de genen. Deze
gebruikt de cel om eiwitten samen te stellen dmv RNA in ribosomen.

Eiwitten: zijn onze bouwstenen. Zijn opgebouwd uit verschillende aminozuren (polypeptideketen).
We gebruikten eiwitten naast bouwstenen voor celorganellen als onderdeel van celmembraan,
receptor of transportmiddel in het membraan, als antigeen of als enzym bij stofwisseling.

Eiwitsynthese is de manier waarop nieuwe eiwitten gemaakt worden: de dubbele helix van DNA
ontvouwd zich waardoor er een kopie van dat stuk gemaakt kan worden (RNA). Dit RNA kan de
celkern uit en gaat naar de ribosomen. Dit heet het boodschapper RNA of mRNA. De ribosomen
kunnen het RNA aflezen. Het tRNA of transport RNA haalt per 3 basen een aminozuur uit het
cytoplasma en koppelt die aan het mRNA dit heet het codon. Hierdoor kan een eiwit gevormd
worden. van deze 3 combinaties basen zijn vele verschillende aminozuren te maken. Hierbij is er ook
altijd een code start en stop. Het aan elkaar zetten van de aminozuren heet translatie.

Enzymen: zijn eiwitten opgebouwd uit aminozuren uit voeding. Vaak wordt hier een vitamine of
metaalion aan gekoppeld om deze te activeren. Een enzym maakt een chemische reactie in of buiten
de cel mogelijk of versnelt deze. Bijvoorbeeld het enzym maltase om maltose in 2x glucose te
splitsen.

Chromosomen: we hebben in iedere cel 46 chromosomen. Ofwel 23 paar. Dit zijn de dragers van ons
erfelijk materiaal. Tijdens de celdeling zijn ze zichtbaar. Daarbuiten zijn het lange draden. Dames
hebben 23 paren (XX) en heren 22 paar en een XY. Zo’n paar heet autosoom. Het 23 e par zijn de


2

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller domi_4you. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.80. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

51292 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$5.80
  • (0)
Add to cart
Added