Logistiek H1 + H3.1 t/m H3.4 + H4 + H6
Samenvatting Werken met logistiek
Logistiek:
- Logistiek omvat de organisatie, de planning, de besturing en de uitvoering van de
goederenstroom vanaf de ontwikkeling en inkoop, via productie en distributie naar de
eindafnemer, inclusief de retourstromen.
- Het doel is om tegen lage kosten en kapitaalgebruik te voldoen aan de behoeften van
de markt, teneinde een langdurige relatie met de klant op te bouwen.
- Goederenstromen staan centraal, bijkomend zijn de geld- en gegevensstromen.
Logistieke trends:
1. Customer service explosie:
- Je onderscheiden van je concurrentie door extra goede klantenservice te geven.
2. Tijdreductie / Lead time management:
- Zoveel mogelijk tijd winnen om zo snel mogelijk omzet te kunnen behalen.
3. Globalisatie:
- Zo laag mogelijk, overal ter wereld, je inkopen doen.
4. Organisatorische integratie:
- Afdelingen zo goed mogelijk op elkaar afstemmen (supply chain management en
demand chain management)
Business logistics:
- De verzamelnaam voor alle activiteiten die worden uitgevoerd om de ingaande en
uitgaande goederenstromen te beheersen.
Logistiek management / Integrale goederenstroombesturing:
1. Inkooplogistiek / Aanvoerlogistiek:
Physical Supply
2. Productielogistiek:
Material management:
- Richt zich vooral op het plannen en ondersteunen van de goederenstroom bij
binnenkomst tot aan de aflevering van het gerede product.
3. Distributielogistiek:
Physical distribution management / Fysieke distributielogistiek:
- Physical distribution management houdt zich bezig met de goederenstromen en de
ermee verbonden gegevensstromen die beginnen aan het einde van het
productieproces en eindigen bij de consument.
- Vervult haar taak in samenwerking met en ten behoeve van andere functies (zoals
productie en verkoop) in de organisatie.
- Centraal staan hier de verbetering van relaties tussen verschillende functies.
- Kent drie subsystemen:
1. Beslissingen rondom het voorraadbeheer gereed product
2. De problematiek rond en binnen magazijnen en depots
3. Beslissingen rondom de transport
4. Reverse logistics:
- Richt zich vooral op de retourstromen van punt 3 naar 1.
Fysieke stroom:
- Invoer + bewerking = uitvoer
, VB: Ruw staal + bewerking = Stalen buis
Relatiepatronen in logistieke grondvormen:
- Hoeveel breuklijnen (overdragingen van opearationele verantwoordleijkheden en/of de
juridische eigendom aan de volgende marktprartij) heeft een grondvorm:
1. Pijplijn:
- Is één onderbroken proces.
VB: Olie inkopen en weer uitvoeren zonder bewerking.
2. Keten:
- Inkopen, bewerken en uitvoeren
VB: Ruw staal + bewerking = Stalen buis
3. Shared resource:
- Meerdere soorten producten inkopen + allen ondergaan 1 soort bewerking = uitvoer
VB: Fiets, Verwarming, Auto + wit spuiten = Uitvoer
4. Convergente stroom:
- Een verzameling van onderdelen worden samengevoegd tot 1 eindproduct.
VB: Wielen + Stuur + Frame = Fiets
5. Divergente stroom:
- Van 1 product worden meerdere producten gemaakt.
VB: Melk kaas, boter, yoghurt, melkpoeder etc.
5. Netwerk:
- Bestaat zowel uit de convergente als de divergente stroom.
Beleveringsfrequentie:
- Hoe vaak men een product moet laten leveren.
Aandachtspunten integraal logistiek concept:
1. De grondvorm / De fysieke inrichting:
- De fysieke inrichting van de faciliteiten die direct van invloed zijn op het bewerken,
verplaatsen en opslaan van goederen (inkoop, voorraadpunten en het proces)
2. Het besturingssysteem / Beheersing:
- De wijze waarop de primaire processen worden aangestuurd en bewaakt.
3. Informatievoorziening
4. De personele organisatie
Logistieke performance:
- De invulling van de aandachtspunten van het logistieke concept is bepalend voor de
logistieke performance: de mate waarin externe en interne logistieke doelstellingen
worden gerealiseerd.
KOOP (Klantenorderontkoppelpunt):
- Het punt dat aangeeft hoever een klantenorder (stroomopwaarts) doordringt in het
productie- of distributieproces van de aanbieder van een product of dienst.
Stroomopwaarts:
- Voorraadvorming vindt vooral plaats bij de bron (leverancier).
Stroomafwaarts:
- Voorraadvorming vind vooral plaats bij de klant (magazijn van een winkel).
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller BSmit. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.25. You're not tied to anything after your purchase.