100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Pathologie $9.11   Add to cart

Summary

Samenvatting Pathologie

 5 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Volledige samenvatting inclusief extra aantekeningen en verwijzingen naar het examen.

Preview 4 out of 119  pages

  • March 17, 2022
  • 119
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
Algemene parasitologie
 Een infectie ontstaat: wanneer bacteriën, schimmels, virussen of parasieten de gastheer
binnentreden en schade veroorzaken
 Een infectie heeft meestal een ontsteking als gevolg
 Een ontsteking is een reactie van het lichaam op beschadiging van weefsels/ cellen met
bedoeling het schadelijk agens te verwijderen en de schade te herstellen (lichaam gaat
zo reageren om de indringer buiten te krijgen)
 Ontsteking gaat meestal gepaard met: warmte, roodheid, zwelling, pijn
 Niet alle infecties veroorzaken een ontsteking
 En niet alle ontstekingen worden door een infectie veroorzaakt
 Mogelijke oorzaken van ontsteking:
o MO (bact, schimmels,…)
o Chemische prikkels (irriterende stoffen,…)
o Fysische prikkels (hitte, straling,…)
o Auto-immuun reacties (bv reuma)
o …
 AB  infectie
 Ontstekingsremmer  ontsteking
 Geen AB tegen ontsteking!!!!
 Symbiose
o ‘sym’: samen
o ‘biosis’: wonend
o Associatie
o Tijdelijk of permanent
o Tussen 2 levende organisme van een verschillend species
o Soorten symbioses
 Mutualisme: een symbiose waar beide organismen een voordeel uithalen
 Vb protozoa in pens Rund
 Commensalisme: een symbiose waar 1 organisme voordeel bij heeft maar
het andere noch voordeel/nadeel bij heeft
 Vb remora (zuigvis) en haai
 Parasitisme: een symbiose waarbij 1 organisme (de parasiet) op of in het
andere organisme leeft en deze eventueel beschadigt
 De parasiet wordt metabolisch afhankelijk van de gastheer
 GH niet afhankelijk van de parasiet
o Conclusie: parasieten leven ten koste van hun GH maar doden hem niet (is in
eigen nadeel) rechtstreeks ? (Vlooien infestatie op kitten: kitten gaat te weinig
RBC hebben)
 Parasitisme
o Ectoparasieten: leven op de GH
 Vb: vlooien
o Endoparasieten: leven in de GH
 Vb spoelwormen
o Ectoparasieten veroorzaken een infestatie
o Endoparasieten veroorzaken een infectie
1

, o Geneesmiddelen tegen ectoparasieten:
 Ectoparasitica of acariciden of insecticiden
o Geneesmiddelen tegen endoparasieten:
 Endoparasitica of anthelmintica

Onderverdeling parasieten
 Obligate parasieten: minstens deel van hun leven als parasiet doorbrengen
 Facultatieve: kunnen in principe onafhankelijk van een GH ontwikkelen
 Permanent: ganse levenscyclus op/in GH
 Tijdelijke: maar een deel van levenscyclus op/in Gh
 Incidentele: zelden bij die GH gezien (meestal bij een verwante GH)
 Erratische: niet volwassen parasiet die zich in een abnormaal orgaan dan normaal van de
GH bevindt (vb. Toxacara canis: Le-H-Lo-T-Ma-Duda)
 Pseudoparasieten: levende wezens of bestanddelen ervan die toevallig aanwezig zijn in
afscheidingen (faeces,…)

Levenscyclus
Directe ontwikkeling
 Volledig bij éénzelfe individu (1 GH)
 Ofwel deels in buitenwereld en deels in de GH
 Homoxene parasiet: slechts 1 GH in de cyclus
 Stenoxeen: indien er maar 1 soort dier als GH in aanmerking komte
o Grote GH specificiteit
 Vb Eimeria spp (vogels), Strongylus (paard)
 Euryxeen: verschillende diersoorten of mens kunnen fungeren als GH
o Kleine GH specificiteit
 Cryptosporidium, Fasciola

Indirecte ontwikkeling
 Geen directe ontwikkeling
 Meer dan 1 GH-soort
 Heteroxene parasiet: meer dan 1 GH
 EH (eindgastheer)= definitieve GH: het individu waar de volwassen parasiet verblijft
 TSGH (tussengastheer)= het dier waar de parasiet in larvaire toestand verblijft
o Fasciola (de grote leverbot) : 1 TSGH
o Dicrocoelium (de kleine leverbot) : 2 TSGH
 Paratenische GH:
o Niet noodzakelijk voor levenscyclus
o Bescherming infectieuze stadia
o Transport
o Geen ontwikkeling
o Vb bij de kattenhaakworm  paratenische GH: muis of rat
o Parasiet gebruikt GH niet om te ontwikkelen (vlo is paratenische GH bij de
hondenlintworm)
 Zoönosen:
o Parasitosen bij de mens

2

, o Oorsprong bij dieren
o Meeste heteroxeen (Taenia saginata: runderlintworm en mens)
o Homoxene (Toxacara) 1GH voor de ontwikkeling: Carnivoor
o Mens: blindeindigende GH (bij de mens gebeurt geen voortplanting (parasiet
veroorzaakt miserie maar geen voortplanting zodat de mens andere mens kan
besmetten)

Stadia in de levenscyclus
 Tijdens verloop van parasitaire cyclus bij EGH  meestal 2 perioden te onderscheiden
 Prepatente periode (PPP):
o Vanaf dat de infectieuze stadia binnendringen in hun GH TOT op het ogenblik dat
hun eieren of larven door lab technieken kunnen worden aangetoond (Het is niet
omdat de eitjes worden uitgescheiden dat deze ook infectieus zijn (sommige
moeten eerst nog sporuleren). PPP: zijn er eitjes aanwezig ? PPP stopt vanaf dat
er nakomelingen zijn of dat we kunnen aantonen dat het dier besmet is. )
 Patente periode (PP):
o De periode tijdens de welke de parasiet kan aangetoond worden
 Endoparasiet
 Ectoparasiet

Parasitaire adaptaties
 Morfologische aanpassingen (grootte, vorm, aanpassing bewegingsorganen)
 Fysiologische aanpassingen (asexuele vermeerdering)  voor het vastzetten en het
voeden bij de GH
 Infectieuze stadia moeten beschermd zijn tegen externe invloeden als koude en droogte

Mechanismen van infectie
 Passief:
o Via voeding – drinkwater (cysten, eieren)
o Door direct contact (sommige protozoa)
 Actief:
o Via vectoren (bijtend of zuigend)
o Speciale ontwikkelingsvormen (larven)

Inwerking op GH
 Klinische veranderingen
 Pathologische veranderingen
 Spoliatieve veranderingen (parasiet eet mee: parasiet gaat met de energie en de stoffen
om te overleven lopen )
 Destructieve veranderingen

Ergheid van de ziektetekens
 Parasiet
o Species
o Aantal
o Lokalisatie

3

, o Stadium
 Gastheer
o Leeftijd, ras
o Ziekten
o Voedingstoestand
o Immuniteit
o Fysiologische toestand

Protozoa
 Algemene kenmerken
o Kleine ééncelligen
o Microscopische afmetingen
 Celvorm kan veranderen afh van omgeving, leeftijd
 Zelfstandig organisme: alle levensfuncties
 Produceren resistente cysten of sporen (voortplantingscellen) (ongunstige
omstandigheden overleven + transport)
 Vrijlevend, commensaal, symbiotisch of parasitair
 Komen voor bij planten – invertebraten – vertebraten
 Heterotroof
 Ongeslachtelijke en/of geslachtelijke voortplanting

Voortplanting
 Flagellaten (Mastigophora): meestal asexueel
 Amoebozoa (Rhizopoda): meestal asexueel
 Sporozoa: afwisseling geslachtelijke met ongeslachtelijke vermenigvuldiging
 Ciliata: ongeslachtelijke of geslachtelijk
 Asexueel:
o Eenvoudige celdeling
o Tweedeling
o Veeldeling
 Sexueel of bevruchting (syngamie)
o Versmelten van 2 cellen (gameten (voortplantingscel)) waarbij een zygote
(bevruchte eicel) ontstaat
 Gamogony: proces van gametenvorming (seks)
 Syngamie: versmelten van 2 voortplantingscellen  bevruchtings (seks)
 Sporogony: voortplanting door sporevorming (voortplantingscel bij lagere organismen)
(asex veeldeling)
 Schizogonie: simultane deling in moedercel tot vele dochtercellen (asex)

Vb Eimeria
 Invasie GH
o Schizogonie: sporozoiet  trofozoiet  spiltst na deling in merozoieten 
gamonten
o Gametogonie: macrogametocyten en microgametocyt  zygote
o Sporogonie: deling zygote  oöcyste met besmettelijke sporozoieten



4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Chayenne1212. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $9.11. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

70055 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$9.11
  • (0)
  Add to cart