Arts en maatschappij
Inhoud
1. Diversiteit ............................................................................................................................................ 2
1.1 Van micro naar macro: arts-patiënt in de maatschappij ............................................................... 2
1.1.1 Van caleidoscoop tot kruispuntdenken.................................................................................. 2
1.1.2 Van ijsberg tot ziekte en gezondheid ..................................................................................... 3
1.1.3 Van bewustzijn naar eerlijke gezondheidszorg ...................................................................... 5
1.2 Omgaan met diversiteit om micro- en macroniveau .................................................................... 7
2. Medische psychologie ......................................................................................................................... 8
2.1 Ontwikkeling.................................................................................................................................. 8
2.1.1 Inleiding .................................................................................................................................. 8
2.1.2 Ontwikkelingspsychologie .................................................................................................... 11
2.1.3 Ontwikkeling van verschillende leeftijdsgroepen ................................................................ 17
2.2 Persoonlijkheid ............................................................................................................................ 57
2.2.1 Inleiding ................................................................................................................................ 57
2.2.2 Verschillende theorieën ....................................................................................................... 58
3. Medische sociologie .......................................................................................................................... 67
3.1 Verslavingen ................................................................................................................................ 67
3.1.1 Inleiding ................................................................................................................................ 67
3.1.2 Verslaving ............................................................................................................................. 67
3.1.3 Gecontroleerd gebruik van roesmiddelen (drugs): drugs en zelfcontrole ........................... 71
3.2 Gezondheidspromotie, ziektepreventie en evaluatie ................................................................. 76
3.3. Tabak: epidemiologie, wetgeving en rol van de tabaksindustrie ............................................... 82
3.4 Jongeren en alcohol..................................................................................................................... 88
3.4.1 Inleiding ................................................................................................................................ 88
3.4.2 Schadelijke effecten van alcohol .......................................................................................... 89
3.4.3 Preventie interventie systeem ............................................................................................. 90
3.4.4 INSEAD .................................................................................................................................. 91
3.4.5 Voorlichting .......................................................................................................................... 92
3.4.6 Beleid .................................................................................................................................... 93
3.5 Het verhaal van Adam en Eva...................................................................................................... 94
3.5.1 Inleiding ................................................................................................................................ 94
3.5.2 High, of toch niet …?............................................................................................................. 96
3.5.3 Hoe detecteren? ................................................................................................................. 102
1
, 3.5.4 Casuïstiek ............................................................................................................................ 103
3.6. Rilatinegebruik bij studenten ................................................................................................... 104
3.6.1 Inleiding .............................................................................................................................. 104
3.6.2 Literatuur ............................................................................................................................ 104
3.6.3 Medische informatie: bijsluiter .......................................................................................... 104
3.6.4 Medicalisering: ADHD als voorbeeld .................................................................................. 106
3.6.5 Resultaten doctoraatsonderzoek: het oneigenlijk gebruik van stimulerende medicatie bij
studenten .................................................................................................................................... 107
3.6.6 Discussie en aanbevelingen ................................................................................................ 110
1. Diversiteit
Evaluatie:
• Zelfstudie-opdracht!!
o Indienen = noodzakelijke voorwaarde voor deelname examen
• Examen:
o 60 MCQ
o 4 open vragen (1 vraag uit elk onderdeel) (opm.: in tweede zit enkel dit)
o Puntenverdeling: 50/50
Onderdelen:
• Medische sociologie (verslavingen, alcohol-, drugs- en tabaksgebruik)
• Medische psychologie (ontwikkeling en persoonlijkheid)
• Diversiteit
• Medische ethiek (inleidend)
→ spelen allemaal mee bij consult van een patiënt.
5 basis stellingen:
1. De medische situatie als menselijke ontmoeting: de arts-patiëntrelatie
2. De mens is een biopsychosociaal wezen
3. De mens is een resultante van een ontwikkeling
4. De mens is exponent van zijn cultuur
5. Interdisciplinair handelen!
1.1 Van micro naar macro: arts-patiënt in de maatschappij
Micro (arts – patiënt) Macro (arts – patiënt in maatschappij)
• Caleidoscoop • Kruispuntdenken
• Ijsberg • Kijken naar ziekte/gezondheid
• Bewustzijn • Eerlijke gezondheidszorg
1.1.1 Van caleidoscoop tot kruispuntdenken
Caleidoscoop
→ dimensies (identiteit)
Verschillen en gelijkenissen hangen af van de context, situatie en interactie → elke beweging brengt
een verschillende beeld.
LET OP: dimensies zijn dynamisch!
• Interdynamische dimensie:
o = variaties over verschillende domeinen
o Vb. identiteit als arts vs identiteit als ouder aan de schoolpoort
• Intradynamische dimensie:
o = variaties binnen eenzelfde dimensie
o Vb. iemand geboren in België met Indonesische roots, maar als ze in Canada woont
zegt ze dat ze van België komt
Kruispunt denken
→ mensen hebben verschillende sociale plaatsen o.b.v. verschillende identiteiten & reflecteren ook
verschillende mate van macht en privileges.
• Beschrijvend
o = sociale ordeningstypes/dimensies
o Sturen ons gedrag/denken
o Dynamisch, contextgebonden
• Betekenis
o Reële impact
o Nadelen/voordelen (privileges)
o Dynamisch
• Multidimensioneel perspectief
o = kijken hoe dimensies op elkaar inspelen
1.1.2 Van ijsberg tot ziekte en gezondheid
Algemeen
• Vb. iemand komt altijd te laat = topje van de ijsberg
MAAR wat zijn de onderliggende redenen hiervoor? = onderliggende
deel van de ijsberg
• LET OP: ook kijken naar jezelf → wat maakt dat je iets vervelend vindt?
o → kijkt met een bepaalde bril naar iemand!
• Ijsberg is ook ergens in gelegen!
o Als je als arts laagdrempeliger bent → legt ijsberg van andere persoon in warm water
→ smelt → zal meer vertellen
o Opm.: door corona veel koudere omgeving voor kinderen → ijsberg bevriest
3
, • Algemeen: eigen mening geven = positief ontvangen door omgeving.
o Let op: meestal - niet altijd te veralgemenen.
Verklaringsmodellen
1. Ziekte/gezondheid in culturen*
Collectivistisch-groep Individualistisch
Plaats kennen Uitleg/overlegmodel
Rolverschil man-vrouw Man-vrouw gelijk
Wereld-natuur niet beheersbaar Wereld-natuur is beheersbaar
Ziekte overkomt je Ziekte heeft oorzaak, beheersbaar
Dokter geneest je Je kunt er zelf veel aan doen
Psychisch = bovennatuurlijk Psychisch = persoonlijk
Communicatie Communicatie
• Impliciet • Direct, expliciet
• Taboes ontwijken • Taboes benoemen
• Eer boven ‘feiten’ • ‘feiten’ boven ‘aanzien’
*culturen = het geheel van gebruiken, waarden en normen van een bepaalde groep, op een bepaalde
plaats, in een bepaalde tijd.
2. Zes dimensies van culturen (Hofstede)
→ ontwikkeld om dieperliggende drijfveren van cultuur te vergelijken met andere
culturen op de wereld.
• (1) Machtsafstand
o = mate waarin de minder machtige leden van de instelling
verwachten en accepteren dat de macht ongelijk verdeeld is.
▪ Grote machtsafstand: acceptatie van hiërarchische
volgorde
▪ Kleine machtsafstand: streven naar machtsvereniging en
eisen rechtvaardiging voor machtsongelijkheden
o Betreft: gelijkwaardigheid tussen individuen in een samenleving.
• (2) Individualisme
o = mate waarin onderlinge onafhankelijkheid binnen een maatschappij tot stand
wordt gehouden.
o Onderscheid
▪ Individualistische samenleving: zorg voor zichzelf en direct familie
▪ Collectivistische samenleving: zorg voor elkaar in ruil voor loyaliteit
• (3) Masculiniteit
o Onderzoekt wat mensen motiveert:
▪ Masculiniteit → de wil om de beste te zijn
• Voorkeur voor: prestatie, heldhaftigheid, assertiviteit, materieel
succes
▪ Feminiteit → houden van wat je doet
• Voorkeur voor: relaties, bescheidenheid, zorg voor de zwakken,
kwaliteit van leven
• (4) Onzekerheidsvermijding
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller stabiloboss. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.35. You're not tied to anything after your purchase.