Diabetes
1. Definitie en types
➔ Diabetes mellitus is een chronische aandoening die wordt gekenmerkt door chronische
hyperglycemie (te hoge bloedsuikerspiegel
Verschillende types
- T1DM (type 1 diabetes mellitus): auto- immuundestructie van bètacellen in de pancreas
- T2DM:
o Type 2 diabetes mellitus: diabetes die het gevolg is van insulineresistentie
o GDM: zwangerschapsdiabetes
Misvattingen rond diabetes
- T1DM en T2DM → vroeger jeugddiabetes en ouderdomsdiabetes
→ insuline-dependente diabets en niet-insuline-dependente diabetes
o Het echte onderscheid heeft te maken met de pathofysiologie en niet met de
leeftijd
- T1DM erfelijke en T2DM niet erfelijke
o Fout: erfelijkheid speelt bij beide types een rol
2. Epidemiologie
- 8% van de Belgen heeft een vorm van diabetes mellitus → het blijft stijgen
3. Casuïstiek
Ter informatie, eens lezen
,4. Pathofysiologie
4.1 Anatomie en fysiologie
4.1.1 De pancreas
- Exocrien: productie van het nodige pancreassap voor de spijsvertering
➔ Sap bevat: verteringsenzymen (amylase, trypsine, lipase)
- Endocrien: dit zijn de eilandjes van Langerhans. Verschillende soorten cellen
o Alfacellen: produceren glucagon
▪ Hormoon doet bloedglucosegehalte stijgen door omzetting opgeslagen
glycogeen, uit lever, naar glucose
▪ leidt tot gluconeogenese → stijging van bloedglucosespiegel
o Bètacellen: produceren insuline
▪ Hormoon doet bloedglucosegehalte dalen.
▪ Zorgt voor opname van glucose in spier- en vetcellen
▪ Omzetting naar glycogeen (reserve) in de lever
o Gammacellen: produceren somatostatine
▪ Hormoon regelt afgifte van groeihormoon
▪ Groeihormoon zorgt voor toegenomen insulineongevoeligheid → hogere
bloedglucose concentratie → stijgt continue de insulineproductie en
concentratie in het bloed → glucosurie treed op
▪ Hypoglycemisch effect blijft uit
4.1.2 Opname van glucose
Insuline wordt vrijgegeven als reactie op een stijgende bloedsuikerspiegel en
signaleert aan de lichaamscellen dat het tijd is om glucose op te nemen
- Regulator = voeding
▪ Koolhydraten innemen dan stijgt de bloedsuikerspiegel → Bètacellen
geven insuline vrij → insuline in de bloedbaan → bereikt zo diverse
weefsels
- Spieren nemen 2/3e op
▪ Op het celmembraan bevinden er zich insulinereceptoren
- Insulinereceptoren
▪ Door binding van insuline op de receptor vertrekt er een signaal naar de
glucosetransporter om glucose in de cel op te nemen
▪ Door afbraak dat glucose (glycolyse) kunnen cellen energie maken
,
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Maddiemadeline. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.87. You're not tied to anything after your purchase.