Vraag 1: Foa & Mounk stellen vast dat rijke, gevestigde democratieën wereldwijd een grote mate van
‘zelfvertrouwen’ hebben in de stabiliteit en duurzaamheid van hun systeem. De auteurs stellen zich
echter vragen bij dat ‘democratisch zelfvertrouwen’ van gevestigde democratieën. Wat zijn de
redenen die ze aanhalen voor deze bezorgdheid?
Het vertrouwen bij burgers in politieke instellingen zoals parlementen en rechtbanken is sterk
gedaald in gevestigde democratieën in Noord-Amerika en West-Europa.
De verkiezingsopkomsten in gevestigde democratieën in Noord-Amerika en West-Europa dalen.
Partij-identificatie en -lidmaatschap zijn sterk afgenomen wat aantoont dat burgers minder
affiniteit hebben met de gevestigde partijen.
Er is een groeiende populariteit bij single-issue bewegingen, populistische kandidaten en anti-
systeempartijen
Vraag 2: Wat is het verschil tussen “government legitimacy” en “regime legitimacy”? Welke 4
maatstaven of indicatoren voor “regime legitimacy” onderscheiden ze? Leg elke maatstaf uit in 1 à 2
zinnen.
Government legitimacy = De steun voor een specifieke overheid
Regime legitimacy = De steun voor de democratie als overheidssysteem
Openlijke steunbetuiging van burgers ten opzichte van het systeem in zijn geheel.
De mate waarin burgers de belangrijkste democratische instellingen of principes steunen.
De bereidheid van burgers om hun politieke doelen binnen het bestaande politieke systeem te
bevorderen.
De openheid van burgers ten opzichte van autoritaire alternatieven zoals een militair bewind.
Vraag 3: Op pagina 8 (Withdrawal from Democratic Institutions) zeggen Foa en Mounk:
“People can have an abstract allegiance to “democracy” while simultaneously rejecting many key
norms and institutions that have traditionally been regarded as necessary ingredients of democratic
governance”.
Hoe versta je deze paradoxale zin? Hoe zou democratie hier gedefinieerd kunnen worden?
Burgers hechten nog steeds veel belang aan de democratie als ideaal, maar ze zijn hun vertrouwen
kwijt in de gevestigde instellingen die deze zouden moeten realiseren zoals verkiezingen.
Vraag 4: Op pagina 13, tweede paragraaf, staat:
“The idea that support for military rule markedly increased among wealthy citizens of long-
established liberal democracies is so counter-intuitive…”.
1)Waarom is het idee dat rijke burgers een militair bewind verkiezen tegen-intuïtief?
2)En waarom neemt het aantal rijken die een militair bewind verkiezen toe?
1) Omdat men zou verwachten dat rijke burgers meer inspraak voor zichzelf zouden opperen.
2) De democratie wordt vaak geassocieerd met armeren die een herverdeling van de rijkdom
eisen. Dit zou nadelig zijn voor de welvaart van de rijken.
Vraag 5, 6 & 7 zijn opinievragen
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller emanuellebultiauw. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.76. You're not tied to anything after your purchase.