Samenvatting Positieve Psychologie en ontwikkeling (441086-B-6)
32 views 3 purchases
Course
Ontwikkeling Talent En Motivatie (441086B6)
Institution
Tilburg University (UVT)
Book
Positive Psychology
Dit is een uitgebreide samenvatting van het vak Positieve Psychologie en ontwikkeling, voorheen Ontwikkeling van Talent en Motivatie, van de minor of major van ontwikkeling- en levenslooppsychologie. Zowel de hoorcollege als literatuur wordt hier samengevat.
Hopelijk heb je wat aan deze samenvatti...
Summary Positive Psychology, ISBN: 9781544322926 Development Of Talent And Motivation
Summary course Development Of Talent And Motivation LECTURE SLIDES + EXPLANATIONS + TEACHERS COMMENTS
Development of Talent and Motivation - Summary
All for this textbook (5)
Written for
Tilburg University (UVT)
Psychologie
Ontwikkeling Talent En Motivatie (441086B6)
All documents for this subject (4)
Seller
Follow
anneperdaems
Content preview
Ontwikkeling talent en motivatie
Hoorcollege 1 – een introductie in de positieve psychologie
Introductie
Wat is positieve psychologie?
De traditionele psychologie richt zich op wanneer het slecht gaat met mensen. Positieve
psychologie richt zich juist op de positieve staat van mensen. Het onderzoekt welke factoren
ervoor zorgen dat individuen en gemeenschappen het extreem goed kunnen doen en
kunnen opbloeien en het wetenschappelijke onderzoek hiernaar.
Relatie met andere disciplines:
Wat zijn de belangrijke thema’s in de positieve psychologie?
Er zijn drie brede domeinen van menselijke ervaringen:
1. Positieve subjectieve staten: de staten waarin mensen kunnen zijn, kunnen ook
weer verdwijnen
a. Positieve emoties
b. Liefde
2. Positieve individuele karaktertrekken – stabieler
a. Creativiteit
b. Deugden
3. Positieve instituties, de context waarin mensen zich bevinden
Positieve psychologie focust zich op the Good Life. Deze heeft 3 verschillende componenten:
1. Positieve connecties met anderen:
a. Vermogen om lief te hebben
b. Altruïsme
c. Vermogen om te vergeven
d. Aanwezigheid van spirituele connecties (diepere betekenis en doel)
2. Positieve individuele karaktertrekken:
a. Integriteit
b. Vermogen om te spelen en creatief te zijn
, c. Deugden
3. Life regulation qualities: kwaliteiten die er zijn, waardoor je jouw leven goed kan
reguleren
a. Gevoel van autonomie
b. Hoge mate van zelfcontrole
c. Aanwezigheid van wijsheid als gids voor gedrag: jezelf en de wereld.
Een ander belangrijk thema is ontplooien/flourishing/floreren: dit gaat over het beter
functioneren dan het normale standaard. Je bent tevreden met het leven, ervaart
welbevinden en kan jezelf ontplooien. Dit ontbreekt vaak nog in de traditionele psychologie,
deze richt zich vaak nog op wat er mis met je is.
Complete mental health, je kan mensen indelen in vier groepen op basis van twee
kenmerken:
1. Well-being: hoe is het welbevinden van iemand. Dit gaat zowel over emotioneel-,
psychologisch- en sociaal welbevinden.
2. Mental illness: heeft iemand veel of weinig last van mentale problemen
Floundering/spartelen: bevat mensen die veel mentale problemen hebben en een laag
welbevinden. Dit is de slechtste categorie waar je in kan zitten.
Struggling/worstelen: mensen met mentale problemen, maar hun welbevinden is relatief
hoog.
Flourishing/opbloeien: dit is de beste categorie waar je in kan zitten. Mensen hebben hier
een hoog welbevinden en weinig mentale problemen. Dit is de enige categorie waar je een
complete mentale gezondheid hebt, volgens dit model.
Languishing/wegkwijnen: mensen hebben geen mentale problemen, maar toch een laag
welbevinden.
Kritiek op dit model:
Op basis van de DSM groepen diagnosticeren we een kleine groep mensen met een mentale
stoornis, terwijl de rest van de mensen gezond is. Bij deze categorisatie is er echter maar een
klein deel mensen die optimaal functioneert, terwijl de rest allemaal minder goed
functioneert. Het idee was dat men teveel focust op wat er mis met je is.
,Mensen die prima functioneren, maar niet optimaal, zouden niet goed genoeg zijn. Thomson
vindt dat we van deze categorieën af moeten en wil een meer dimensioneel model.
Daarnaast heeft hij kritiek op het meetmodel. Het is namelijk niet duidelijk wanneer je in
welke categorie valt.
Een ander belang van positieve psychologie is het belang van positieve emoties.
Er is veel aandacht geweest voor negatieve emoties, maar nu wordt er steeds meer
aandacht gegeven aan positieve emoties. Positieve emoties zijn mogelijk belangrijker in
behandeling. Verbetering in positieve emoties lokt verbetering in negatieve emoties uit, in
plaats van omgekeerd. Een voorbeeld is emotieregulatie.
Positieve- en negatieve emoties zijn onafhankelijk van elkaar: een afwezigheid van negatieve
emoties impliceert geen aanwezigheid van positieve emoties. Bijvoorbeeld bij een depressie:
somberheid is maar een van de kenmerken van depressie, maar ook het gebrek aan
positieve emoties.
De geschiedenis van positieve psychologie en welbevinden
De oudste benadering van welbevinden is uit het hedonisme: mensen zouden plezier halen
uit zintuigelijke ervaring. Dit gaat ook om het minimaliseren van de negatieve ervaringen.
Het nadeel hiervan is dat we een component missen om het welbevinden te ervaren,
namelijk zintuigelijke genoegen zijn vaak kortdurend en kunnen problemen opleveren, zoals
verslavingen en overgewicht. Door negatieve ervaring te minimaliseren, ontneem je jezelf de
kans om te groeien.
Aristoteles was het niet eens met het hedonisme. Hij vond dat het gouden midden het
belangrijkste was, het vermijden van emotionele extremen. Hij vond het belangrijk dat
mensen streefden naar het leiden betekenisvol leven. Dit noemen we eudaimonia: de
persoon die echt gelukkig is, heeft wat het waard is om naar te verlangen en te hebben in
het leven. Voor elke deugd is er een optimaal middelpunt, gouden midden.
Door naar jezelf op zoek te gaan, kan je de deugden verder ontwikkelen.
Aristoteles zegt dus dat het niet gaat om het ervaren van plezier, maar over het ervaren van
een betekenisvol leven. Waar haal je waarde en betekenis uit?
De Grieken hebben vier grote theorieën over het goede leven:
• Het contemplatieve leven: zelf actief het leven onderzoeken, omdat het anders niet
de moeite waard is, volgens Socrates. Dit gaat over het streven naar hogere kennis
• Het actieve leven: plichtsbesef, sociale verantwoordelijkheid, betrokkenheid in de
wereld.
• Het fatalistische leven: het accepteren dat het leven niet altijd over rozen gaat.
Welbevinden is hier de acceptatie hiervan.
• Hedonisme: streven naar individueel, zintuigelijk genot en het vermijden van pijn en
lijden.
De geschiedenis in het christendom. In het Christendom heb je de zeven dodelijke zondes.
, Deze zeven zondes kan je ombuigen in vier deugden:
1. Rechtvaardigheid
2. Zelfbeheersing
3. Moed
4. Voorzichtigheid
Dit zijn te tegenhangers van de zonden. De drie theologische deugden zijn geloof, hoop en
liefde.
In de Renaissance kwam er meer waardering voor het onafhankelijke denken, creativiteit en
de opkomst van de kunstenaar, individualisme en een persoonlijke visie.
Het einde van de 17e eeuw was de opkomst van de wetenschap. Het idee hierbij was dat
rationele mensen zelf kunnen beslissen wat waar is en van ultieme waarde. Tools om de
waarheid te achterhalen: logica, objectiviteit en empirisme.
In de 18e en 19e eeuw werd de sociale wereld ook steeds belangrijker. Het utilitarisme kwam
ook op, het zoveel mogelijk geluk opleveren voor zoveel mogelijk mensen.
Hedonic calculus, geluk is te kwantificeren. Je kan het uitrekenen door de positieve en
negatieve ervaringen te onderzoeken. Dit ligt vast en is niet veranderbaar.
In de 19e eeuw kwam het romanticisme op. Dit werd gezien als het belang van emotionele
ervaringen. Ook liefde werd steeds belangrijker. Huwelijk werd gebaseerd op affect, er was
een vrijwillige basis nodig en je moet autonoom zijn om deze keuze te maken.
In de 20e eeuw lag de focus op het genezen van ziektes, een bevredigend leven leiden en
talent koesteren. De laatste twee zijn positieve aspecten van functioneren.
Maar door de tweede wereldoorlog viel deze focus weg.
Na de tweede wereldoorlog kwam de focus op het medische model. Daarnaast was er een
opkomst van het behaviorisme en psychoanalyse.
De enige uitzondering was de humanistische psychologie, hier lag de focus niet op het
medische model. Er werd gefocust op wat de waardes, deugden en doelen zijn in het leven.
Dit is dus een focus op de positieve aspecten van functioneren.
Zij focuste op:
1. Het gedrag van individuen wordt met name bepaald door hun perceptie van de
wereld om hen heen en hun persoonlijke zingeving;
2. Individuen zijn niet alleen het product van hun omgeving of hun genen
3. Individuen zijn intern gedreven en gemotiveerd om hun menselijke potentieel te
vervullen.
Humanisten hadden de focus op de theorie zonder dat ze dit kwantitatief gingen toetsen. Ze
gebruikten meer een kwalitatieve methoden. Zowel de focus op de theorie en de methoden
waren minder populair.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller anneperdaems. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.01. You're not tied to anything after your purchase.