Volledige samenvatting van de cursus van het vak Visuele Communicatie. Dit vak wordt gegeven in het eerste semester van het eerste jaar in Grafische en Digitale Media
Ik haalde door deze samenvatting te leren 70%
A Dwarsstreep h Ascender of stok
e Oog of counter K Stam (verticalen)
f vlag N neerhaal
G hals p Descender of staart
g oor Q Descender of staart
E schreef
- Als je je letter verkleint, dan vermindert de leesbaarheid
Op en neerhaal van de letter
- Ophaal dunne vorm
- Neerhaal dikke vorm
Font en lettertype
- Font is het digitale letterbestand
- Lettertype is de naamgeving van het ontwerp
Kritische letterparen
- Combinaties van letters die extra aandacht nodig hebben
- Komen eerder voor bij de grotere lettertypes (bv. bij titels, letters op affiches)
Onderkast en bovenkast letters
- Onderkastletters zijn kleine letters die zich in de onderste helft van de letterschuif bevonden
- Bovenkastletters zijn kapitalen en die lagen in de bovenste helft van de schuif
Inferieuren of subscripts en superieuren of superscripts
- Inferieur is een verkleinde letter of cijfer dat lager staat dan de basislijn (bv. H2O)
- Superieur is een verkleinde cijfer of letter die iets hoger ligt dan de basislijn (bv. m2)
,Kleinkapitalen
- Kleinkapitalen worden weergegeven als kapitalen waarvan de hoogte ongeveer gelijk is aan die
van de onderkastletters
- Dient als accentuering om het grijsbeeld niet te verstoren (word ook gebruikt voor ondertitels
en afkortingen)
- Het kan storend werken omdat ze elektronisch vervormd kunnen worden
Ligaturen en diftongen
- Ligaturen zijn combinaties van 2 of 3 letters die met elkaar verbonden zijn (bv. ft )
- Diftongen zijn weinig toegepaste lettercombinaties, het gaat hier om tweeklanken (bv. ae en oe)
- De ampersant is een buitenbeentje, in de laatste versie (krungthep) zijn de losse letters “et”
(komt van het latijn en betekent “en”) nog een beetje zichtbaar
Cijfers
- Romeinse cijfers
- Arabische cijfers
• Gewone cijfers: worden gebruikt in wiskundige toepassingen waar gelijkmatigheid
belangrijk is (bv. wiskundeboeken, jaarverslagen)
• Mediëval cijfers: ze zijn ongelijkmatig van hoogte en worden gebruikt om goed in een
tekst te mengen bij de letters (bv. geschiedenisboek, roman)
• Elektronische voorstelling van breuken: niet alle lettertypen hebben de
voorstelling van breuken zoals die in het rood en dan moet je gebruik maken van
het ‘lelijkere’ in het zwart
Leestekens
- Het gebruik van leestekens ligt niet echt vast
- Naast hun functie om teksten structuur te geven, dienen ze ook om grafisch/typografisch het
tekstuele beeld te versterken en te illustreren
Lettertype en font
- Lettertype is een verzameling van lettertekens eventueel aangevuld met cijfers en leestekens
- Font is het digitale bestand
- Het is dus niet vanzelfsprekend dat verschillende onderdelen in een lettertype aanwezig zijn
Letterfamilie
- Letterfamilie is wanneer er van een lettertype verschillende varianten bestaan
- Het gaat hier over verschillende “gewichten” van een type
- Een uitgebreide letterfamilie heeft als voordeel dat we tekst beter kunnen structureren zonder
de sfeer van de tekst te onderbreken => nodig bij uitgaves die duidelijke indeling nodig hebben
(bv. kranten en tijdschriften)
- Om een idee te geven van de variatie, een lijst van de meest voorkomende: light, thin, regular,
bold, schaduw, outline…
, Cursief (de schuine letter), er zijn 2 soorten:
- Italic of oblique: de getekende versie of de vals gecursiveerde versie
- Cursieve versie of elektronisch vervormde versie
Het meten van tekst
Het typografische maatsysteem
- Bij programma’s zoals InDesign word er gebruikt gemaakt van het puntenstelsel (dit is
gebaseerd op de inch, 1 inch = 72 pt = 2,54 cm)
- Metriek of decimaal stelsel
- Didotstelsel
• Twaalfdelig stelsel
• Gebaseerd op de grootte van de voet van de koning in Frankrijk
- Picastelsel
• Angelsaksisch
• Twaalfdelig stelsel
- Inch
• Standaardmaat
• We maken hier gebruik van omdat dit veel fijner is dan het decimaal stelsel => we
kunnen nauwkeuriger meten
• Nadeel => we zitten met 2 stelsels die naast elkaar lopen
- Verschillen tussen deze stelsels zijn zeer klein
- Bij het loodzetten waren de blokjes altijd even hoog maar niet altijd even breed
- In het loden blokje kan er boven of onder ook wat witruimte zijn => zo kunnen ascenders en
descenders elkaar niet raken
- De volledige grootte (inclusief witruimte) van zo een blokje is het korps (symbool = C)
- Compact zetsel = als de blokjes mooi bij elkaar aansluiten
- Interlinie => als we meer witruimte boven en onder de letters, dus tussen 2 tekstregels steken
• Interlinie wordt voorgesteld door een getal na een slash bij het korps (bv. C12/12)
• Als er bij een C12 een interlinie zou zijn van 2 pt dan noteren we dit als C12/14
• Bij het analoge kunnen we alleen witruimte toevoegen
• Bij het digitale kunnen we witruimte toevoegen maar ook wegnemen
- Als de korpsen hetzelfde is kan de grootte van de letters nog steeds verschillend zijn doordat de
letters verschillende lettertypes zijn
- Regelafstand is de afstand van basislijn tot basislijn
- Met een typometer of typolat kunnen we tekst meten
- Als je een letter meet en je doet dat getal (in mm) maal 4 dan bekom je ongeveer de
puntgrootte, maar hoe kleiner de letter hoe moeilijker dit word
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller nicolastollenaere. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.28. You're not tied to anything after your purchase.