Eindcompetenties:
- situering van de positie en het belang van ondernemerschap in het algemene economische gebeuren
- kosten en winsten op een correcte manier bepalen, met als doel betere en juistere beleidsbeslissingen
te nemen
- een businessplan, inclusief financieel plan en met uitwerking van de marketingmix, van een bedrijf
opstellen
- een uitgewerkt project bondig en overtuigend presenteren en verdedigen (groepswerk)
Ondernemerschap
Vaak pakket aan vaardigheden of competenties nodig:
- zelfstandig willen zijn
- ontwikkelingen in de markt herkennen
- creatief zijn en kritisch denken
- inspireren en motiveren
- kansen zien en grijpen
- goed communiceren en netwerken
- leiding willen geven en leiding nemen
- risico’s durven nemen
- doorzettingsvermogen
-
WAT is een bedrijf?
bedrijven staan centraal
- in ons leven
- in de media
DEFINITIE
1. een organisatie die gericht is op leveren van producten aan derden (economische visie)
- NIET
o afhankelijk van leden
o de overheid
o liefdadigheid (goede doelen)
- bedrijven zijn economisch rationeel = bedrijven werken reden: gericht op winst maken of failliet gaan
2. een aparte juridische economische entiteit
- juridische vormen
- beperkte aansprakelijkheid: groot voordeel om je in te dekken als er iets fout loopt
Als bedrijf failliet gaat en niks verkeerd heeft gedaan, dan niet vervolgd worden om schulden te vergoeden.
,WAAROM RICHT NIET IEDEREEN EEN BEDRIJF OP?
Niet omdat er weinig kapitaal is, kan ook een reden zijn. Wel omdat er risico’s aan verbonden zijn. Het is moeilijk
om geld te vinden om een bedrijf op te starten, maar vaak is er geen geld nodig om op te starten. Risico bij
opstarten van een onderneming is er wel, zeker bij de eerste jaren. 90% ondernemingen dat start falen —>
ondernemen is ook dingen uitproberen op de markt.
VOOR- EN NADELEN
nadelen: uitbuiting, winstmaximalisatie, grote bedrijven sturen kleine ondernemingen, …
patattenten op bepaalde zaken
WAAROM BESTAAN BEDRIJVEN?
waarom kapitaal, mensen, machines, kennis, … onder 1 dak samenbrengen:
- efficiëntie (bv stel iedereen een koe in z’n tuin voor melk) economisch zo goed mogelijk doen
- transactiekosten: kosten zijn goedkoper bij bedrijf (interessanter om op grote schaal te doen)
- internet: externe transactiekosten dalen (transactiekosten dalen door opkomst internet)
RELATIONELE CONTRACTEN
Kijken om goederen af te nemen, assembleren, verkopen
➔ vertrouwensband nodig met klant dat deze gaan kopen zodat je uw
leveranciers kan betalen ( vaak zit hier een tijdsdruk op)
STAKEHOLDERS (= mensen die te maken krijgen met het bedrijf)
zijn betrokken
- aandeelhouders (stockholders)
- klanten
- leveranciers
- medewerkers
- management
- maatschappij
→ belangrijkste groepen met wie bedrijf relationele contracten aangaan
- primaire stakeholders (klanten, aandeelhouders): rechtstreeks belang
- secundaire stakeholders (maatschappij): indirect belang
Wie kan invloed uitoefenen? → Stakeholdermodel vs. Stockholdermodel
tot 2008: focus op stockholdermodel
corporate governance: wie controleert organisatie? → wie is de baas, controleren dat goed zijn werk doen
GESCHIEDENIS VAN BEDRIJVEN
Vroegste fase: Marco Polo
Handelsroute naar het verre Oosten
- geldschieter nam financieel risico
- handelsreiziger nam fysieke en emotionele risico’s
- winsten tot 75% voor de geldschieter
Middeleeuwen: geestelijke
Verantwoordelijk voor grote infrastructuurwerken
- geen risico’s
- manager
- /bouwen van kastelen, abdijen, kathedralen,
… 17e eeuw: hofleverancier (gouden eeuw in
Nederland) Persoon die contract afsluit met overheid
, - leveren van goederen of diensten
- vaste prijs
- /verliezen of winst zijn voor rekening van de
ondernemer18e – 19e eeuw: industrialisatie
Thomas Edison → gloeilamp
democratie
/20e eeuw: innovatie
Innovatie en vernieuwing als deel van ondernemerschap
technologie- aanbodzijde
→ 1830: stoommachines, spoorwegen, hoogovens, …
sociologische verschuiving- vraagzijde
→ rol van de vrouw in de samenleving + daling kindersterfte
1850: apart juridisch statuut
→ beperken van risico’s
/
!!! Vorig examen!!!
Zelfstandige Werknemer
Risico’s en vrijheid Werkt autonoom en heeft grote vrijheid Werkt volgens arbeidsovereenkomst
Draagt zelf alle risico’s Werkgever draagt risico’s
Kosten en lasten Moet de zelfstandige zelf dragen Werkgever draagt kosten en lasten
Kan beroepskosten aftrekken Kan bijna geen kosten aftrekken
Pensioen Berekend op sociale bijdrage Berekend op sociale bijdrage
Ziekte of ongeval 1e maand: geen uitkering 1e maand: gewaarborgd inkomen
e
>1 maand: forfaitaire dagvergoeding* (afh. van >1e maand: 60% begrensd inkomen
gezinssituatie)
Werkloosheidsuitkering Geen werkloosheidsuitkering Werkloosheidsuitkering
Max. 12 maand faillissementsuitkering
Vakantie Geen betaalde vakantie Betaalde vakantie
* Forfait en forfaitair zijn termen in het Nederlands belastingrecht die worden gebruikt om aan te duiden dat in
een bepaald geval niet de werkelijke situatie, maar een veronderstelde situatie de heffingsgrondslag vormt voor
belasting.
/
VENNOOTSCHAPSVORMEN
Structuur voor nieuwe zaak:
- eenmanszaak → zelfstandige
- vennootschap
Afhankelijk van
- activiteit die men wenst uit te oefenen
- aantal personen die aan de activiteit meewerkt
- organisatie waarover men wenst te beschikken
- het beschikbare kapitaal
- financiële aansprakelijkheid van de vennoten
- het meest geschikte belastingstelsel
, Sedert 1 mei 2019:
4 venootschapsvormen:
- BV (was ervoor bvba)
- NV
- De maatschap (samen activiteiten bv. notaris)
- Coöperatieve vennootschap (maatschappelijk doel)
Vrije beroepen, landbouwers en verenigingen vallen onder het ondernemersrecht
/
EENMANSZAAK
Meest eenvoudige vorm:
- geen statuten + geen minimum startkapitaal
- onderneming heeft geen rechtspersoonlijkheid → als failliet: ook zelf failliet gaan
- geringe oprichtings- en werkingskosten
- activiteit kan snel opgestart worden
- ondernemer is eigen baas en hoeft geen andere vennoten te raadplegen bij zijn activiteiten
- vereenvoudigde boekhouding tenzij omzet > €500.000
- mogelijkheid forfaitair btw-stelsel
- inkomsten belast via personenbelasting
o geen aparte fiscale aangifte en aanslag voor eenmanszaak
niet langs notaris
onderneming groter worden → overgaan naar vennootschap i.p.v. eenmanszaak
met nieuwe wetgeving bepaalde financiële drempels weggewerkt
/
VENNOOTSCHAP
Oprichting vereist:
- tussenkomst notaris
- minimumkapitaal → beperkt
- financieel plan
- redactie van statuten
- eventueel verslag van bedrijfsrevisor
Stopzetting en vereffening van de vennootschap brengt ook kosten mee. Een vennootschapsvorm heeft een
rechtspersoonlijkheid die haar zowel rechten als plichten verleent.
Vennootschapsvorm: meer administratieve en juridische verplichtingen bv. jaarrekening neerleggen.
Vennootschapsvorm heeft een voordelig fiscaal regime: de vennootschapsbelasting.
In de vennootschapsvormen: raad van bestuur & algemene vergadering nemen belangrijke beslissingen.
/
AANSPRAKELIJKHEID
Ondernemer bij eenmanszaak
GEEN scheiding tussen het vermogen dat voor de beroepsactiviteit is bestemd en het persoonlijke vermogen
→ ook vermogen / goederen van partner kan betrokken worden (afhankelijk van huwelijkscontract)
Ondernemer bij vennootschapsvorm
Vennootschapsvormen met beperkte aansprakelijkheid (NV, BV):
Aansprakelijkheid voor de schulden ten belope van eigen inbreng
→ persoonlijk vermogen is beschermd
OPGELET: grotere aansprakelijkheid in aantal gevallen bv. vennootschap binnen 3 jaar failliet
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller juliebeeldens. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.81. You're not tied to anything after your purchase.