BASISSTOF
1 Gaswisseling 40
2 Longventilatie 41
3 De lever 42
4 De nieren 42
5 De huid 43
SAMENHANG
De koningsziekte 45
PRACTICA 45
EXAMENTRAINER 46
, 40 BASISSTOF thema 5 Gaswisseling en uitscheiding
Openingscontext 6a Een variërende pO2 van de buitenlucht heeft geen grote
gevolgen voor de zuurstofopname in de longhaarvaten.
Als de pO2 afneemt met bijvoorbeeld 25% (tot 10 kPa),
Eerste hulp bij festivals neemt het percentage verzadigde hemoglobine af met
Over de beoordeling van je uitwerkingen krijg je informatie minder dan 5%.
van je docent. b In de haarvaten van een weefsel in rust wordt door
100 mL bloed (20 – 14 =) 6 mL O2 afgegeven.
1
c Bij een steile verzadigingskromme veroorzaakt een
kleine verandering in de pO2-waarde in een weefsel een
grote verandering in de zuurstofafgifte van het bloed.
Hierdoor vertoont de zuurstofafgifte van het bloed een
Gaswisseling goede aanpassing aan de activiteit van het weefsel.
d Bij een hogere temperatuur komen er dan meer
1 a Nee, want bij slikken wordt de luchtpijp via het zuurstofmoleculen vrij.
strotklepje afgesloten.
b – Kleine stofdeeltjes en ziekteverwekkers blijven aan het 7a Bij een pO2 van 5 kPa en een pCO2 van 5 kPa bevat
slijm op het neusslijmvlies kleven. 100 mL bloed 12 mL O2.
– Bewegingen van de trilharen brengen het slijm naar de b Bij een pO2 van 5 kPa en een pCO2 van 2,5 kPa bevat
keelholte, waar het samen met speeksel wordt 100 mL bloed 14 mL O2.
doorgeslikt. (In de maag worden ziekteverwekkers c Het voordeel is dat bij een toenemende activiteit van een
onschadelijk gemaakt.) weefsel de zuurstofafgifte van het bloed toeneemt.
– De binnenstromende lucht wordt door het slijm vochtig
gemaakt en door het bloed in de bloedvaten in het 8 et gevolg is dat je grote zuurstofnood krijgt, met mogelijk
H
neusslijmvlies verwarmd. (Hierdoor kan het ernstige gevolgen voor de gezondheid.
afweersysteem ziekteverwekkers beter onschadelijk
maken.) 9a De grote cirkel aan de buitenkant: de huid. De
– Het reukzintuig keurt de binnenstromende lucht op instulping: de longen. De stippellijn: de bloedsomloop.
‘gevaarlijke stoffen’. b De huid is (vrijwel) ondoorlaatbaar voor zuurstof.
c Als je op hogere toon gaat praten, worden de c
stembanden strakker gespannen, waardoor ze sneller
gaan trillen.
d De voorkant bevindt zich aan de bovenzijde.
e De doorsnede is gemaakt ter hoogte van de hals.
f Als je inademt, ontstaat een onderdruk in de luchtpijp,
net als in een stofzuigerslang. De kraakbeenringen Insecten: gaswisseling in tracheeën. De in het lichaam
zorgen ervoor dat de luchtpijp niet dichtklapt. opgenomen zuurstof wordt niet door het bloed vervoerd.
g Dat zou de bewegingen van je hoofd en bovenlichaam De tracheeën brengen de zuurstof tot vlak bij de cellen.
belemmeren. Vissen: gaswisseling via kieuwen. De in het lichaam
opgenomen zuurstof wordt door het bloed vervoerd. De
2 e adrenaline bereidt je voor op actie. Voor actie is meer
D kieuwen zijn een uitstulping van de huid met een dunne,
zuurstof nodig. Door het verwijden van de bronchiolen kan voor zuurstof doorlaatbare huid.
er meer lucht per ademhaling worden in- en uitgeademd.
10 a Als de huidmondjes zijn gesloten, kan de plant geen
3a Deze uitspraak is niet juist. In lucht die wordt koolstofdioxide opnemen. Koolstofdioxide wordt dan de
uitgeademd, komen nog aerosolen van 0,1 μm en 1 μm beperkende factor voor de fotosynthese. Hierdoor
voor. vermindert de koolstofassimilatie en zijn er minder
b Deze uitspraak is niet juist. Volgens het diagram slaan assimilatieproducten beschikbaar voor de groei van de
de meeste aerosoldeeltjes van 50 μm neer in de plant.
neus-keelholte. In de mondholte bevindt zich veel b De osmotische waarde neemt toe. De osmotische waarde
minder slijmvlies en zijn er geen haren waaraan de is afhankelijk van de concentratie opgeloste stoffen. Bij
aerosoldeeltjes blijven kleven. Bij inademing door de watertekort verliezen de sluitcellen vocht. Daardoor
mond zullen er daardoor meer aerosoldeeltjes van 50 μm neemt de concentratie opgeloste stoffen toe en dus de
in de luchtpijp komen. osmotische waarde.
c Het grote oppervlak ligt in het blad: alle celwanden die
4 I n het vocht in de longblaasjes is de pO2 hoger dan in het grenzen aan intercellulaire ruimten en luchtholten.
bloedplasma. d Door het grote oppervlak is snelle diffusie mogelijk: van
zuurstof en koolstofdioxide voor de fotosynthese en de
5 a Aan hemoglobine gebonden: (,5) × 100% = 97,6% dissimilatie, en van water van de celwanden naar de
Opgelost in het bloedplasma: (0,,5) × 100% = 2,4% intercellulaire ruimten.
b Bij een pO2 van 13,3 kPa raakt 100% van de hemoglobine e Door de uitstulpingen in de vorm van longblaasjes wordt
verzadigd. het gaswisselingsoppervlak enorm vergroot.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller tomashertogh. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.34. You're not tied to anything after your purchase.