100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting vak Strafrechtelijke Sancties $8.64   Add to cart

Summary

Samenvatting vak Strafrechtelijke Sancties

 52 views  3 purchases
  • Course
  • Institution

*Ik zie dat het door het upload een beetje is versprongen, dit was in het originele document niet zo. Sorry voor het ongemak. Het is een samenvatting van alle collegeweken inclusief voorgeschreven literatuur, lectures en aantekeningen voor zover relevant. Let op! Ik heb deze samenvatting opg...

[Show more]
Last document update: 2 year ago

Preview 3 out of 18  pages

  • March 28, 2022
  • October 28, 2022
  • 18
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
Alle tentamenstof van het vak Strafrechtelijke Sancties 2021-2022 Universiteit Maastricht


Strafrechtelijke Sancties Week 1: Strafrechtsgeschiedenis- en theorieën Samenvatting Stof

Algemeen ontstaan publiek strafrecht
Vanaf 1200 kreeg de kerk meer macht, dit oefenden ze uit op ketterij. Dat was de inquisitie (kerkelijke rechtbank vs ketterij).
De kerk kon zelfstandig opsporen, vervolgen en veroordelen.
Zij streefden naar absolute macht en het inquisitoire proces was een makkelijk middel om je macht te vertonen.
Tussen 1500-1800 ging het meer van misdaad-eigenrecht (horizontaal) naar publiekrecht (verticaal).
Het publieke strafrecht is woordelijk pas ontstaan sinds Napoleon (vanaf 1800), hij schafte de laatste resten van
privaatrechtelijke acties af. Enkel publiek strafrecht blijft over.

Officiële reden voor ontstaan: mensen kun je niet eigenrecht laten doen, dan breekt de chaos uit.
Niet-officiële reden: machtsvertoon.

Sinds ca. 1800 heeft het publieke strafrecht in Nederland vele veranderingen ondergaan. We gingen van een verzorgingsstaat
(verdeling van welvaart centraal) naar een risicomaatschappij (‘managen’ van risico’s).

Premoderne tijden kenden ook publiek strafrecht, maar dit bestond uit wrede praktijken zoals openbare kruisigingen,
verbrandingen, onthoofdingen, etc. Dit waren grotendeels politieke delicten en alleen m.b.t. misdaden waarbij de staat of vorst
zelf in gevaar werd gebracht.

Het bestaan van het publieke strafrecht
Het publieke strafrecht bestaat om:
Vergeldingsredenen (straf is verdiend omdat er een misdaad is gepleegd) en/of
Preventieredenen (straf is noodzakelijk ter voorkoming van een nieuwe misdaad).

Strafrecht is niet altijd een exclusieve reactievorm op misdaad geweest. Pas met de verlichting is het publieke strafrecht de
exclusieve reactievorm op misdaad geworden. Rechtswetenschappers zien een ontwikkeling, waaruit blijkt dat de staat zich
inmiddels (vanwege capaciteitsproblemen) langzaam maar zeker steeds meer genoodzaakt ziet op bepaald conflictgedrag te
decriminaliseren en of langs een andere weg af te handelen.

Verlichtingsdenkers als de Fransman Charles de Montesquieu en de Italiaan Cesare de Beccaria beseften dat het publieke
strafrecht met meer beschermende waarborgen voor de burger diende te worden omgeven en dat het strafrecht tegelijkertijd
efficiënter en effectiever moest worden gemaakt wat betreft de repressie en preventie van misdaad.

Hoe heeft de verlichting voor de verschillende straftheorieën (vergeldings- en preventietheorieën) en de daar bijhorende
stromingen (klassiek en moderne richting) kunnen lijden? > Dit heeft te maken met het verschil in mens- en wereldbeeld.

Het wezen oftewel inhoud van de straf
De inhoud van straf kan worden gezien als intentionele leedtoevoeging. Noch vergeldingsdenkers noch preventiedenkers
beschouwen straf als een moraal kwaad. Straf wordt door hen gezien als een intrinsiek goed – respectievelijk noodzakelijk –
kwaad.

Vergelding = Wraakneming door de overheid in de vorm van proportionele leedtoevoeging.
Wraak = Ligt in het verlengde van vergelding; door te limiteren en kanaliseren.
Straf = Ligt in het verlengde van wraak, aangezien straf vergelding is.

Het irrationele waarin straf wortelt, kan slechts achteraf worden gerationaliseerd. Er bestaan twee benaderingen:
1) De primitieve-instinctieve benadering (straf wortelt in wraakzucht)
Op wraakzucht rust een moreel taboe, omdat de biologische drang van de mens om wraak te nemen in strijd is met
de morele basis intuïtie dat je een ander niet mag schaden. Of wraakzucht is moreel gerechtvaardigd als zij
proportioneel tot uiting wordt gebracht.
2) De moreel-intuïtieve benadering (straf wortelt in intuïtie)
Deze intuïtie is in strijd met de morele basis intuïtie dat je een ander niet mag schaden – zij is eventueel zelfs een
perverse rationalisering/maskering van de biologische drang van de mens om wraak te nemen. Of deze intuïtie is een
morele intuïtie en derhalve is straf moreel gerechtvaardigd.
De vraag is of een morele intuïtie eigenlijk een chique woord is voor wraakzucht; verkapte wraakzucht.

Vergeldingsdenken = Mensbeeld dat men vrije wil heeft (simplistisch mensbeeld).
Zonder vrije wil geen verwijtbaarheid, schuld of straf.
De mens is vrij in het maken van keuzes, waarbij je een verkeerde keuze kan maken.
Aangezien de mens wilsvrij dient te worden geacht, hoeft alleen de daad te worden
afgekeurd (middels straf), nu de dader in de toekomst in dezelfde situatie anders kan
handelen dan hij nu heeft gedaan.
De verenigingstheorie (in NL) gaat in principe ook uit van vrije wil, maar soms ook verminderde verwijtbaarheid, etc.
Verenigingsdenken kun je dus ook zien als een combinatie van vergeldingsdenken en preventiedenken.



1

,Alle tentamenstof van het vak Strafrechtelijke Sancties 2021-2022 Universiteit Maastricht


Preventiedenken gaat gepaard met het mensbeeld determinisme (de mens is een veredelde rekenmachine; rationele-keuze
theorie). De mens rekent uit wat de meeste baten oplevert voor zichzelf, en dat gedrag ga je vertonen.
Bentham: de mens streeft naar genot en probeert pijn te vermijden. Door te dreigen met straf worden de kosten hoger dan de
baten. Determinisme houdt in dat niet alles vast staat – door de juiste prikkels te geven kun je er verandering in brengen.

Verenigingsdenken bestaat in Nederland. Je kunt het zien als een combinatie van vergeldingsdenken en preventiedenken. Met
daarin centraal het vergeldingsdenken. Volgens de verenigingstheorie is de mens in beginsel wilsvrij, maar kan hij door
biologische, psychische en sociale factoren in zijn vrijheid worden belemmerd. Voor het gedeelte dat hij zijn misdaad in vrijheid
heeft gepleegd, kan hij worden gestraft, voor het gedeelte dat hij zijn misdaad onder invloed van genoemde factoren heeft
begaan, kan hij worden behandeld.

Klassieke en moderne richting
Klassieke richting: Praktische rede, rechtvaardigheid, wilsvrijheid, indeterminisme.
Moderne richting: Instrumentele rede, doelmatigheid, causaal determinisme.

Beknopt
Het straffen van mensen die verwijtbaar een misdaad hebben begaan, wordt om vergeldingsredenen en/of preventieredenen
gerechtvaardigd geacht. Omdat mensen die direct of indirect slachtoffer zijn geworden van een misdaad, zich daarbij geen maat
weten te houden, dient het straffen van daders over te worden gelaten aan de staat (voorkomen eigenrichting).
- Echter blijkt dat de overheid vaak ook onrechtmatig geweld kan toepassen;
- Bovendien is het publieke strafrecht zoals we dat tegenwoordig kennen, pas twee eeuwen oud terwijl niets erop wijst
dat er in de periode vóór 1800 een voortdurende ‘oorlog van allen tegen allen’ heeft plaatsgevonden.




2

, Alle tentamenstof van het vak Strafrechtelijke Sancties 2021-2022 Universiteit Maastricht


Strafrechtelijke Sancties Week 2: Het Nederlandse Strafrechtelijke Sanctiestelsel Samenvatting Stof

Algemeen
Op 1 juli 2021 is de Wet tot wijziging van de Penitentiaire Beginselenwet, het Wetboek van Strafrecht en enige andere
wetten in verband met de wijziging van de regelingen inzake de detentiefasering en voorwaardelijke invrijheidstelling (v.i.)
(kort gezegd: Wet Straffen en Beschermen) in werking getreden.
V.i. wordt sindsdien niet langer van rechtswege verleend zoals dat voorheen het geval was. De mogelijkheid tot verlening van v.i.
wordt per individuele veroordeelde afhankelijk gesteld van het voldoen aan een drietal criteria:
i) De mate waarin en de wijze waarop de veroordeelde door zijn gedrag heeft doen blijken van een bijzondere
geschiktheid tot terugkeer in de samenleving;
ii) De mogelijkheden om eventuele aan de invrijheidstelling verbonden risico’s te beperken en te beheersen en
iii) De belangen van slachtoffers, nabestaanden en andere relevante personen, waaronder de door de veroordeelde
geleverde inspanningen om de door het strafbare feit veroorzaakte schade te vergoeden.

Het niet langer van rechtswege verlenen van v.i. hangt samen met dat het OM niet langer een vordering bij de rechtbank hoeft
in te dienen, indien het van mening is dat de v.i. moet worden uitgesteld of achterwege gelaten. Het OM beslist in die
gevallen zelf, alsmede waar het (gedeeltelijke) herroeping van de v.i. betreft in geval van niet naleving van voorwaarden.
Dit heeft tot gevolg dat er minder rechtsbescherming is. De veroordeelde kan bij afwijzing nog slechts eenmaal het OM
verzoeken om alsnog voorwaardelijk in vrijheid te worden gesteld.
Wel kan de veroordeelde bij de rechter een bezwaarschrift indienen tegen de beslissing van het OM waarbij hij niet
voorwaardelijk in vrijheid wordt gesteld of waarbij de v.i. (gedeeltelijk) wordt herroepen.
De rechter toetst hier vervolgens echter enkel marginaal (= of redelijkerwijs tot deze beslissing heeft kunnen komen).
Ten slotte is de maximale duur van de periode waarover v.i. wordt verleend, gewijzigd. Deze is nu gesteld op maximaal
twee jaar.

Strafsoorten, -maten en -modaliteiten
De proeftijd (art. 6:1:18 Sv) is gelijk aan de periode waarover voorwaardelijke invrijheidsstelling wordt verleend, ten minste 1 jaar
(en nu dus max 2 jaar – nu de v.i. is gemaximaliseerd tot 2 jaar).
De proeftijd kun je verlengen (art. 6:6:19 Sv).

Pas op het moment dat de voorwaardelijke invrijheidsstelling klaar is, kan de maatregel ex art. 38z Sr gevorderd worden.
Bij een voorwaardelijke veroordeling is er geen sprake van een voorlopige invrijheidsstelling (die sluiten elkaar uit; art. 6:2:10 lid
2 sub a Sv).

Art. 9 Sr geeft op macroniveau de volgorde van zwaarte aan (geldboete onderaan, gevangenisstraf bovenop). Lid 3 en 4 geven
een cumulatie aan van gevangenisstraf + taakstraf + geldboete. Dit kan in theorie, maar komt in de praktijk weinig voor.
Ons wetboek komt uit 1986, toen bestond de taakstraf nog niet. En dat zie je ook in de artikelen, de wetgever heeft als
oplossing hiervoor art. 9 lid 2 Sr toegevoegd.
Art. 9a Sr: rechterlijk pardon = veroordeling zonder straf.

Bij straffen ligt de grondslag in proportionele vergelding, bij maatregelen ligt de grondslag in het doel v/d straf (bv. verbetering).

Voorwaardelijke invrijheidsstelling (art. 6:2:10 Sv)
Bij een gevangenisstraf van:
1 tot 2 jaar = 1 jaar uitzitten, van de rest 1/3 uitzitten = daarna pas mogelijkheid tot invrijheidsstelling.

2 jaar of meer = 2/3 uitzitten, daarna mogelijkheid tot invrijheidsstelling met max 2 jaar voor einddatum

Het OM beslist over alles (art. 6:2:12 Sv), maar een bezwaarschrift is mogelijk (art. 6:6:8 Sv). Marginale toetsing door de rechter
(art. 6:6:9 Sv).

Gratie
De gratieprocedure is geen rechtsmiddel. Het verlenen van gratie tast het vonnis of het arrest waarbij de veroordeling is
uitgesproken ook als zodanig niet aan. Wel wordt de uitvoerbaarheid ervan beïnvloed.
Art. 122 GW bepaalt dat gratie wordt verleend bij Koninklijk Besluit, na advies van een bij de wet aangewezen gerecht.
Art. 558 e.v. Sv en de Gratiewet stellen nadere regelingen over waar gratie voor mogelijk is, de criteria en het doel.

Gratie kan worden verleend op twee gronden:
1. Op grond van enige omstandigheid waarmee de rechter op het tijdstip van zijn beslissing geen/onvoldoende rekening
heeft kunnen houden, en zowel, hem aanleiding zou hebben gegeven tot het opleggen van een andere straf of tot
afzien daarvan.
2. Indien aannemelijk is dat met de tenuitvoerlegging van de beslissing geen strafrechtelijk doel wordt gediend.




3

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller RechtenstudentjeGROMAAS. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $8.64. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67096 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$8.64  3x  sold
  • (0)
  Add to cart