, Communicatie en media | werkcollege 1 | inleiding
media explosie
De media-explosie de trends en issues in media en communicatie
De zes kenmerken:
o Groei communicatiemiddelen en -aanbod
o Digitalisering van media door ICT
o Convergentie: ineenvloeien en dragers, kanalen en media
o Uitbreiding van de zintuigelijke ervaring (tekst, beeld en geluid in éen medium)
o Verdwijnen scheiding tussen massacommunicatie en interpersoonlijke communicatie
o Groei communicatiespecialismen
Mediarevoluties
Door de eeuwen heen zijn 3 mediarevoluties geweest:
1. De ontwikkeling van het schrift
2. De uitvinding van de boekdrukkunst (rond 1650)
3. De ontwikkeling van massamedia en digitalisering
De criteria
1. Intentionaliteitscriterium
De bedoeling van de zender is bepalend bij het gedrag of de acties
2. Effectiviteitscriterium
Het effect van de mediaboodschap op de ontvangers is bepalend. Bij effectiviteitsgerichte
benadering staat het soort invloed (impact) op ontvangers centraal.
3. Interactiviteit criterium
Interactiviteit staat voor alle vormen van wederzijds op elkaar betrokken handelen.
Cruciaal verschillende zienswijze in de communicatie
o Informatietransport:
Een proces van zakelijke informatie (transportgedachte)
Ieder transport is overdracht van datagegevens
Iedere boodschap kent een zakelijke kant, een emotionele kant en een sociale
kant. Maar het accent ligt op het overbrengen van de rationele inhoud van een
boodschap.
De ontvanger heeft nooit precies dezelfde kennis als de zender, daarom moet je
letten op het effect van je boodschap op de ontvangers: kunnen ze de boodschap
van de zender begrijpen.
o Cultureel:
Een symbolistisch proces van gemeenschappelijke betekenisgeving en betekenisuitwisseling
Cultureel ritueel draait om de persoonlijk verwerking van de mediaboodschap.
Communicatieboodschappen zijn nooit neutraal zowel zenders als ontvangers
kleuren een mediaboodschap persoonlijk in.
Er wordt meer rekening gehouden met de sociale en emotionele kanten van de
boodschap.
Het effect hangt af van welke appellerende, expressieve en rationele kanten van
een mediaboodschap voor de ontvangers de boventoon voert.
,Massacommunicatie is elkaar via de openbaarheid informeren en beïnvloeden.
Klassieke opvatting massacommunicatie:
o Openbaar
o Door technische middelen
o Indirect
o Eenrichtingsverkeer
o Verspreid publiek
Moderne opvatting (Maletzke):
o Openbare vorm van communicatiestromen
Opvatting ‘vandaag de dag’:
o Openbare communicatie
o Scheiding met interpersoonlijke communicatie vertraagt
o Interactief
o Cultureel-ritueel als invalshoek
De media-activiteiten van mediaorganisaties kun je onderverdelen in:
o Owned media: de door de organisatie beheerde eigen media als een website.
o Paid media: de betaalde media – zoals reclame van AH op de telvisie.
o Earned meida: de aandacht die je organisatie verdient of krijgt in andere media.
o Shares media: de aandacht die relatiegroepen geven aan je merk en met elkaar delen.
, Communicatie en media | werkcollege 2 | theorie en
onderzoek
Communicatieonderzoek
Richt zich op twee onderwerpen:
o Het mediagebruik van bepaalde groepen mensen;
o De werking en effecten van media
Theoretische inzichten bepalen de aard van de media-analyses van beide onderwerpen:
o Fundamenteel onderzoek
o Praktijkgericht of toegepast onderzoek
In theorievorming zijn er verschillende fases:
o Fase 1: de almacht van de media (1900)
o Fase 2: de inbreng van de opinieleider (1940)
o Fase 3: inspelen op de ontvanger (1950)
o Fase 4: de sturende macht van media (1965)
o Fase 5: naar een nieuw denken over massamedia (1990-2012)
Fase 1 de almacht van media
One-step-flow-theory of injectienaaldtheorie vanaf 1900 (hoofdstuk 13 en 14)
o Invloed van massamedia staat buiten kijf
o De ontvangers zullen als weerloze sponsjes reageren
o Er is direct verband tussen de inhoud van het aanbod en de effecten op de ontvangers
o Massamedia bereiken de massa heel effectief
Fase 2: de inbreng van de opinieleider
Two-step-flow-theory/ multi-step-flow-theory (hoofdstuk 13 en 14)
o Houd rekening met sociale
o Massamedia zouden beperkte effecten
o De opinieleiders beïnvloeden de mening en houding van de mensen
Opinieleiders
o Invloedrijke adviseurs (influencers)
o Publieke figuren/ leiders die gezag hebben in de publieke opinie
Fase 3: inspelen op de ontvangers
Vanaf de 2e wereldoorlog is de vraag niet meer wat media met mensen doen, maar andersom.
Zwamvlokken model (hoofdstuk 15):
o Verwachtingen van de gebruikers bepalen mediagebruik
o Mediagebruikers kiezen bewust mediumtype en boodschap
o Waarden, motieven en verlangens van ontvangers zijn uitgangspunten
o Mediagebruikers geven zelf betekenis aan mediabeleving
Fase 4: de sturende macht van media
o Specifieke aandacht voor soort informatiebewerking en manipulatie van publiek.
Theorieën:
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller tannecoenen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $11.28. You're not tied to anything after your purchase.