LES 67 – ANAALCHIRURGIE – ANATOMIE
Anatomie
Het onderste deel van het rectum is het anorectum en
omvat het ampulla recti en het canalis analis.
Het canalis analis ligt onder de junctio anorectalis en
eindigt onderaan met de anus. Het chirurgische anale
kanaal begint ter hoogte van de junctio anorectalis en
eindigt ter hoogte van de eveneens tastbare linea
anocutanea, een groef tussen de randen van de mm.
sphincter ani internus en externus. Op deze grens gaat de
sterk sensorisch geïnnerveerde anoderm (zona alba), over
in de gepigmenteerde perianale huid. Boven het anoderm
lopen slijmvliesplooien (columnae anales), die over het
corpus cavernosum recti lopen. De slijmvliesplooien zijn
aan het onderste uiteinde met elkaar verbonden via
slipachtige dwarsplooien (valvulae anales), die in hun
geheel de linea dentata vormen. De sinus anales zijn
zakachtige verdiepingen achter de valvulae anales, waar de
afvoergangen van klieren zich bevinden. Dit is voor de
chirurgie belangrijk, want deze kunnen bij verstopping
zorgen voor abcessen en fistels.
Ter hoogte van het anale kanaal gaat het eenlagig cilinderepitheel van het colorectale slijmvlies ter
hoogte van het overgangsgebied (zona transitionalis) over in het meerlagige plaveiselepitheel van
het anoderm en de perianale huid. Histologisch kan er een onderscheid worden gemaakt tussen de
volgende epitheelgebieden:
- Zona colorectalis → Ligt tussen de junctio anorectalis en linea supratransitionalis en bevat
een colorectaal slijmvlies.
- Zona transitionalis → Ligt ter hoogte van de columnae anales en bevat colorectaal slijmvlies,
eenlagig plaveiselepitheel een meerlagig niet verhoornd plaveiselepitheel.
- Zona squamosa → Ligt tussen de linea dentata en de
linea anocutanea en is bedekt met meerlagig niet
verhoornd plaveiselepitheel dat verbonden is met de m.
sphincter internus, wat een witte kleur geeft (zona alba).
In deze zone liggen veel aanrakings-, druk-,
temperatuur- en pijnreceptoren.
- Perianale huid → Ligt onder de linea anocutanea en is
het begin van het meerlagig verhoornde
plaveiselepitheel van de uitwendige huid en bevat
talgklieren, haren en zweetklieren.
Vascularisatie
Het arteriële systeem van het rectum en het canalis analis bestaat uit:
- De a. rectalis superior, welke ontspringt uit de a. mesenterica inferior.
- De a. rectalis media, welke ontspringt uit de a. iliaca interna.
- De a. rectalis inferior, welke ontspringt uit de a. pudenda
,Het veneuze systeem van het rectum en het canalis analis bestaat uit:
- Vv. rectalis superior, welke bloed afvoert naar de v. mesenterica
inferior en van daaruit naar de v. portae.
- Vv. rectalis media, welke bloed afvoert naar de v. iliaca interna en van
daaruit naar de v. iliaca communis en van daaruit naar de v. cava
inferior.
- Vv. rectalis, welke bloed afvoert naar de v. iliaca interna en van
daaruit naar de v. iliaca communis en van daaruit naar de v. cava
inferior.
Boven de linea dentata, ter hoogte van de columnae anales, ligt een
submuceus zwellichaam, het corpus cavernosum recti. Door de bolle,
elastische consistentie van dit zwellichaam wordt vooral de fijne continentie voor de vloeibare en
gasvormige inhoud van de darmen gewaarborgd. Het zwellichaam heeft een caverneuze opbouw en
is gevuld met arterieel bloed. Een ziekelijke verwijding (hyperplasie) van het zwellichaam die sterker
is dan de normale, fysiologische vulling leidt tot hemorroïden ofwel aambeien.
Innervatie
De innervatie van de anus gebeurt via een visceraal deel en een somatisch deel. Het somatische
gedeelte is het animale zenuwstelsel en dus onder invloed van wil. Het viscerale deel is het
autonome zenuwstelsel en is dus niet onder invloed van de wil.
Het somatische gedeelte van het anale kanaal bestaat uit:
- De n. pudendus, die loopt naar de m. sphincter ani externus. De n. pudendus heeft een
motorische werking.
- De nn. levatores, die lopen naar de m. levator ani en de m. puborectalis. De nn. levatores
hebben ook een motorische werking.
- De nn. rectalis inferiores loopt naar de anus en de perianale huid. Het zijn takjes van de n.
pudendus en zijn sensorisch verantwoordelijk.
Het viscerale gedeelte van het anale kanaal bestaat uit:
- De nn. splanchnici pelvici, die loopt naar de m. sphincter ani internus. De nn. splanchnici
pelvici heeft zowel een motorische als een sensorische functie. Doordat de interne sphincter
steeds is aangespannen, is het canalis analis voortdurend afgesloten en stroom er minder
bloed uit het corpus cavernosum recti weg.
- De nn. splanchnici pelvici, die loopt naar de rekreceptoren in de wand van de ampulla recti.
De nn. splanchnici pelvici hebben een sensorische functie voor de wand van het rectum en
de ampulla recti. In de ampulla ontstaat als gevolg van de ophoping van ontlasting rek op het
weefsel, welke subjectief het gevoel van drang tot ontlasting geeft
,Functionaliteit
Het continentieorgaan dient ter afsluiting (continentie) en opening (defecatie) van het rectum en
zorgt voor een goede afsluiting voor en na de ontlasting, zodat vaste, vloeibare en gasvormige
darminhoud niet ongecontroleerd ontwijkt. Het bestaat uit
een rekbaar hol orgaan en zowel vasculaire als musculaire
afsluitingsmechanismen inclusief hun aansturing door
middel van zenuwen. Deze angiomusculaire
afsluitingsmechanismen maken deel uit van een
constructief nauw systeem dat begint ter hoogte van de
flexura perianales en zicht langs het canalis analis voortzet.
Het rekbaar hol orgaan bestaat uit het rectum met de
rekreceptoren, vooral in de ampulla recti, en uit de anus
met rekbare huidgedeelten in het canalis analis. Het
rekbaar hol orgaan wordt ook het anorectum genoemd.
De spierafsluiting bestaat deels uit glad spierweefsel en deels uit dwarsgestreept spierweefsel. Het
gladde spierweefsel wordt gereguleerd door het autonome zenuwstelsel en gebeurt dus niet onder
de invloed van de wil. De gladde spieren in het anale kanaal is de m. sphincter ani internus. De
dwarsgestreepte spieren worden gevormd door de m. sphincter ani externus, welke uit drie delen
bestaat, en de m. puborectalis.
De vasculaire afsluiting wordt gevormd door het corpus cavernosum recti. Het bloed dat zich in het
corpus cavernosum recti bevindt, is afkomstig van de a. rectalis superior.
De defecatie wordt net als de afsluiting van de darmen bewerkstelligd door de samenwerking van
veel verschillende anatomische structuren, aangestuurd door het centrale zenuwstelsel. Een deel
hiervan gaat autonoom en een deel gaat somatisch. Wanneer er een bolus in de ampulla recti
terechtkomt, registreren mechanoreceptoren de vultoestand van de ampul en geven die informatie
via viscerale afferenties door aan de sensorische cortex. Daar wordt de stoelaandrang waargenomen
en kan de willekeurige actie voor het inleiden van de
stoelgang, ook onder invloed van olfactorische, visuele
en akoestische prikkels, worden bespoedigd of
vertraagd. Door het vullen van de ampulla rectie neemt
de intrarectale druk toe en ontspant in eerste instantie
de m. sphincter ani internus. Het verdere verloop wordt
gekenmerkt door de willekeurig op gang gebrachte
ontspanning van de puborectalis en de m. sphincter ani
externus. Door de uitdrijving van de ontlasting worden
hemorroïdale kussens van het corpus cavernosum recti
uitgeperst.
Nadat het sphincterapparaat de ontlasting heeft
vrijgegeven, komt die in contact met het zeer gevoelige
anoderm en worden volume, consistentie en positie van
de ontlasting bewust waargenomen. Via die
waarneming wordt uiteindelijk ook het willekeurig
beëindigen van de stoelgang tot stand gebracht, met de
daaropvolgende contractie van het gehele
sphincterapparaat en het opnieuw opzwellen van het
corpus cavernosum recti.
, LES 67 – ANAALCHIRURGIE – TECHNIEK
De meest gebruikte liggingen bij aandoeningen aan de anus zijn de volgende:
- Steensnedeligging → Hierbij komen de benen hoog in de beensteunen en wordt de
operatietafel in trendelenburgpositie geplaatst. De ingrepen die in steensnede ligging
worden gedaan zijn; HAL-procedure, rubberbandligatie, fistulotomie, perianaal abces,
skintags en marisken.
- Buikligging met knie-ellebooghouding → Hierbij komt de patiënt in buikligging met een knik
op bekkenhoogte op de operatietafel te liggen. De ingrepen die in buikligging worden gedaan
zijn: rubberbandligatie, circulaire stapling, fistulotomie en sinus pilonidalis.
Het desinfecteren bij de anus gaat als volgt: van schoon naar vuil. Dat betekent dat eerst het
gedeelte aan de binnenzijde van beide bovenbenen wordt gedesinfecteerd en dat daarna de
genitaliën worden gedesinfecteerd. Desinfectie gebeurt met povidonjodium of chloorhexidine 0,5%.
Hemorroïden
Een hemorroïd wordt gedefinieerd als een plaatselijk uitgezakte vene onder het slijmvlies van de
anus. Deze venen maken deel uit van de plexus haemorrhoidalis. Hemorroïden zijn het gevolg van
drukverhogingen in het anale gebied, bijvoorbeeld door te harde ontlasting en veel persen. Deze
hemorroïden of aambeien zijn dus omlaagzakkende anale zwellichamen, die altijd bedekt zijn met
mucosa. Aambeien geven vaak helderrood anaal bloedverlies, chronische jeuk en een constant
gevoel van aandrang. Hemorroïden kunnen erg pijnlijk zijn wanneer ze ontstoken raken. Deze
aderontsteking gaat vaak gepaard met een beschadiging van de venenwand (tromboflebitis). Een
dergelijke ontsteking kan heftige pijn veroorzaken in en rondom de anus, waardoor de patiënt niet of
nauwelijks kan zitten. Andere vormen van hemorroïden
die ook in en rond de anus voorkomen zijn de volgende:
- Skintags → Dit zijn perianale huidflarden rondom
de anus die geschrompelde aambeien zijn.
- Marisken → Dit zijn uitwendig zichtbare
uitgezakte perianale huidplooien zonder klachten
en vaak een overblijfsel van getromboseerde
hemorroïden.
Deze huidflarden en aanhangels rond de anus geven geen
klachten en worden meestal op de polikliniek behandeld.
Deze aandoeningen kunnen heel goed diathermisch
worden verwijderd.
Een operatieve behandeling van hemorroïden wordt alleen toegepast als conservatieve therapie
geen succes heeft. Wanneer naast de aambeien ook het slijmvlies van de endeldarm mee naar buiten
zakt, is er sprake van een mucosaprolaps en vindt de behandeling op de operatieafdeling plaats. Er
zijn een aantal benodigdheden die bij elke operatie nodig zijn; de proctoscoop of een anale sperder,
een oplosbare hemostatische tampon en xylocaine zalf of gel. De verschillende operatietechnieken
bij hemorroïden zijn:
- Rubberbandligatie volgens Barron → Met een speciale paktang of zuigtang wordt het
slijmvlies boven de aambei in een holle cilinder gezogen en wordt een strak rubberbandje
boven de aambei aangebracht. Dit bandje snoert het slijmvlies boven de aambei af,
waardoor het necrotiseert en na een aantal dagen wordt afgestoten.
o Specifieke benodigdheden → Een set voor de elastische bandligatie met
rubberringetjes, een zuigslang voor de behandeling met elastische bandligatie en een
diathermiesnoer met naaldje en rookafzuigsysteem.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller carlijn69. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $11.56. You're not tied to anything after your purchase.